Plenair Janssen bij behandeling (zonder stemming aangenomen)



Verslag van de vergadering van 14 december 2020 (2020/2021 nr. 15)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.36 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Janssen i (SP):

Voorzitter, dank u wel. Laat ik beginnen met een opmerking vooraf, die ik al wel persoonlijk tegen de heer Nicolaï heb uitgesproken. Wij gaan hier als leden allemaal over onze eigen woorden, maar voor mij is de situatie in de pelsdierhouderij dusdanig dieronvriendelijk en dusdanig barbaars dat ik geen enkele behoefte heb aan een vergelijking en zeker niet aan die die de heer Nicolaï maakte. Dat vooraf.

Voorzitter. Alles overziend kan ik zeggen dat ik enorm gelukkig ben dat het dierenleed tot een vroegtijdig einde komt. Alles overziend moet ik ook zeggen dat ik gaandeweg steeds ongelukkiger werd met de details van de uitvoering, zoals ik die van de minister hoorde. Ik sluit me aan bij de angst die mevrouw Faber-van de Klashorst bekroop toen ze zei: ja, dan krijgen we hier straks een voorhang. Ik heb net gehoord dat een motie van collega Bromet aan de overkant in de Tweede Kamer niet wordt uitgevoerd. Naast dat een motie in de Tweede Kamer niet wordt uitgevoerd, hebben wij de ervaring dat moties ook in de Eerste Kamer soms niet worden uitgevoerd, laat staan bij een voorhang waarvan we iets mogen vinden. Ik deel die onrust van mevrouw Faber-van de Klashorst.

Ik weet dat het OMT-Z niet over schoolsluitingen gaat, maar in de breedte zien we dat er veel OMT-rapporten komen en dat het kabinet daar al dan niet een eigen beleidskeuze in maakt. Dat is ook aan het kabinet. Dat moet je uitleggen. Daar moet je transparant over zijn. Ik stel vast dat de minister nu zegt: ik heb alle OMT-Z-adviezen gevolgd. Prima, maar de minister had beleidsmatig — zo zei ze — ook een andere afweging kunnen maken, namelijk om het OMT-Z niet te volgen en bijvoorbeeld wel eerder te sluiten. Als zij vanwege de maatschappelijke onrust die er in de gemeenten was een ander besluit had willen nemen, had zij dat besluit kunnen nemen, om andere redenen dan alleen het advies van het OMT-Z over de volksgezondheid. Er is ook nog zoiets als maatschappelijk belang en maatschappelijke onrust. Dat had een reden kunnen zijn, stel ik vast.

De minister was ook heel selectief met de uitleg van de Raad van State. Ze zei: de Raad van State heeft geadviseerd dat het niet kan. Nee, de Raad van State heeft geadviseerd dat het niet kan zoals de minister het voorgesteld had. De Raad van State heeft ook gezegd: als u het nu anders doet, kunnen we ons er iets bij voorstellen en dan is het verdedigbaar, maar niet zoals u het nu voorgesteld heeft. Dat laatste liet de minister weg en dat vind ik jammer.

Een samenloop met de NOW? Nee, natuurlijk is er geen samenloop met de NOW, want die samenloop komt pas als wij dit wetsvoorstel aannemen. Mijn vraag is: kan de minister daar nog naar kijken? Tot nu toe was er geen samenloop, maar vanaf 2021 kan er wel een samenloop zijn. Mijn vraag is: wilt u dat nog eens uitleggen? Misschien snap ik het niet.

Ik heb niet gevraagd of er te veel dieren of te weinig dieren zijn. Mijn vraag was: weet u überhaupt hoeveel dieren er zijn? Het antwoord was "nee", want sinds 2013 hebben we daar geen zicht op. Toen is er een eigen opgave van de bedrijven geweest en die nemen we dan maar voor waarheid aan. Wat de feitelijke situatie nu is, weten we eigenlijk niet. Ik kan me niet voorstellen dat er in die 160 bedrijven zeven jaar lang geen inspecteur geweest is, noch van de NVWA noch van de gemeente noch van de omgevingsdienst, van wie dan ook. Dat er zeven jaar lang niemand een idee heeft gekregen, dat er geen controlerapporten zijn van wat er op dat bedrijf aan de hand is, hoeveel dieren er gehouden worden, of er ontwikkelingen zijn, of er wijzigingsvergunningen zijn aangevraagd. Dat is namelijk aan de lopende band aan de hand, dat er wijzigingsvergunningen worden aangevraagd. Ik kan me dat dus niet voorstellen.

De motie van collega Bromet over de 20% ondernemers wordt niet uitgevoerd, zo zegt de minister hier. Ik neem aan dat ze dat aan de overkant al weten. Zo niet, dan: surprise! Ik vind dat heel erg jammer, omdat het nou net de kans was om te laten zien dat de ondergrens van 10% tot 20%, die door Van Ameyde werd aangegeven, de ondergrens was. Dus 20% was ook nog de ondergrens. Van Ameyde heeft niet gezegd: bij meer dan 15% wordt het echt tricky. Nee, 20% was echt de ondergrens. Het had gewoon gekund, maar het gebeurt niet. Ik vind dat jammer. Ik heb zo een heleboel jammers en dan vind ik het weer jammer dat dat in dit verband moet. Ik stel vast dat, als we uitgaan van 150 miljoen, 5% toch 7,5 miljoen is. Dat lijkt mij een serieus bedrag, dat misschien niet uitgekeerd had hoeven worden, maar dat gebeurt nu wel.

Voorzitter. Alles afsluitend, eindig ik waar ik mee begonnen ben. We zijn gelukkig met het einde van het dierenleed, maar gaandeweg steeds ongelukkiger geworden met de uitvoering. We zien uit naar de voorhang en we kijken wat daaruit komt.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Janssen. Dan is het woord aan de heer Recourt namens de fractie van de Partij van de Arbeid.