Plenair Van der Linden bij voortzetting behandeling Opneming bepalingen correctief referendum in Grondwet



Verslag van de vergadering van 19 januari 2021 (2020/2021 nr. 20)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.39 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van der Linden i (Fractie-Van Pareren):

Vele regeringsvormen zijn uitgeprobeerd en zullen nog worden uitgeprobeerd in deze wereld van zonde en ellende, en niemand beweert dat democratie perfect of alwetend is. Er wordt zelfs wel gezegd dat democratie de slechtste regeringsvorm is, met uitzondering van al die andere vormen die van tijd tot tijd zijn uitgeprobeerd. En velen die de recente ontwikkelingen in de Verenigde Staten volgen, constateren met afschuw dat de westerse democratie kraakt in haar voegen. De rechtsstaat en de constitutie van wat velen toch als de bakermat van de moderne democratie beschouwen, worden op de proef gesteld.

Maar ook dichter bij huis staat de democratische rechtsstaat onder druk. Waar instituties in beginsel bedoeld zijn om de macht van de Staat te beperken en aldus de burgers te beschermen tegen machtsmisbruik, is in Nederland bij de toeslagenaffaire gebleken dat volstrekt het tegenovergestelde heeft plaatsgevonden. Gevaren van binnenuit en van buitenaf zijn reëel. Onze democratie en onze rechtsstaat vergen dus permanent onderhoud. Dat is een belangrijke conclusie uit het rapport "Lage drempels, hoge dijken" van de staatscommissie parlementair stelsel. Ja, een conclusie die wij delen. Rechtsstaat en democratie moeten sterk zijn en blijven om het goed functioneren daarvan te waarborgen.

Het vandaag voorliggende voorstel tot het opnemen van een bindend correctief referendum in de Grondwet valt wat onze fractie betreft in de categorie noodzakelijk groot onderhoud. De bevolking, het volk, krijgt, als het aan de indiener van deze grondwetswijziging ligt, het laatste woord bij belangrijke besluiten. En zo hoort het ook, zeg ik als zeer recent verantwoordelijke organisator van een bindend referendum. De uitslag daarvan beviel mij persoonlijk overigens niet bepaald. Ja, wij zijn voor meer directe democratie, en dus voor een aanpassing van de Grondwet die dat mogelijk maakt middels een bindend correctief referendum.

Ik hecht er ook aan om de belangrijkste argumenten nog even te noemen. Dat zijn: soevereiniteit, draagvlak en dynamiek. Soevereiniteit: wie bepaalt uiteindelijk in dit land, in Nederland; wie is de hoogste macht? Het volk natuurlijk, althans op papier. Maar hoe groot is nu daadwerkelijk de invloed van het Nederlandse volk op en hun betrokkenheid bij de Staat? Want is juist dat niet de toetssteen voor de legitimiteit en de geloofwaardigheid van onze democratie? Hoe staat het hiermee? Nou, als volgt. De Staat der Nederlanden wordt jaar in jaar uit alsmaar groter. Die dijt uit, versterkt door een web van bureaucratische, supranationale instituties die uit zijn op het vergaren van eigen macht en invloed, zoals de alsmaar uitdijende Europese Unie. De invloed van het Nederlandse volk, van de burger, is juist sterk tanende. De betrokkenheid staat onder druk en de soevereiniteit neemt af. Herstel en versteviging zijn dus noodzaak. Dit voorstel geeft het volk meer en directe invloed. Dat draagt bij aan hun soevereiniteit.

En die invloed is nodig. De Nederlandse politieke cultuur is er één van coalitievorming — het poldermodel — en samenwerkingen, en compromissen zijn natuurlijk onvermijdelijk. Wij vinden echter dat het negeren van grote groepen kiezers door uitsluiting het aanzien van de democratie schaadt. We zien het ook nu weer in aanloop naar de verkiezingen en we vinden dat niet acceptabel. Wat de invloed van het volk ook uitholt, is de kennelijke neiging van sommigen om bepaalde wetgeving af te schilderen als te ingewikkeld, te complex voor gewone mensen. We hoorden dat ook vandaag weer; een simpel ja of nee zou te moeilijk zijn. Dat argument werd overigens destijds ook aangehaald door tegenstanders van het algemeen kiesrecht.

Bij gehouden referenda is tot op heden gebleken dat vele kiezers zich terdege inhoudelijk verdiepen in de aan hen voorgelegde vraag. Maar wat bleek hun stem waard? Een omweggetje via een geitenpaadje leidde tot een inlegvelletje. De kiezer werd belazerd. En omdat de uitkomst van de onderliggende referenda niet bindend was, kon dat ook gewoon. Daarom nu bindend; bindend maakt soeverein.

Voorzitter, dan punt 2: draagvlak. Alleen al de mogelijkheid dat het volk zich in laatste instantie bindend kan uitspreken over belangrijke besluiten, zal in onze ogen direct zorgen voor een verbetering van voorstellen door de wetgever. Het bindend correctief referendum versterkt daarmee de representatieve democratie, omdat het volksvertegenwoordigers dwingt om de wil van de meerderheid van de bevolking, dus of een voorstel draagvlak heeft, nadrukkelijker vooraf mee te wegen. Een volksvertegenwoordiging die permanent de hete adem in de nek voelt van de kiezer die haar de macht heeft toevertrouwd, waarbij de kiezer weet dat als men het al te bont maakt, de tucht van de stembus kan worden toegepast als noodrem. Dat zorgt voor draagvlak voor wetgeving en voor onze democratie als geheel, denken wij.

En dan dynamiek. Referenda zorgen voor dynamiek, voor meer en intensiever publiek debat, voor een levendige democratie en geen inlegvelletjes meer. Bindend. De uitkomst móét worden overgenomen. Het hééft dus invloed om te stemmen. Het is dus zinvol om in het publieke domein, op verjaardagen, langs de lijn of in de sportkantine met familie, vrienden of onbekenden te discussiëren over dat ene onderwerp. Het werkt bovendien enorm verbindend in een toch wat gepolariseerde samenleving. Referenda kunnen volstrekt anders stemmende burgers samenbrengen op concrete onderwerpen. De vakbondsactivist en de kapitalistische ondernemer samen voor kernenergie en tegen absurde klimaatplannen. Wat zou dat toch mooi zijn!

Is het bovendien niet verwonderlijk dat in een wereld die alsmaar dynamischer wordt, waarin alles sneller gaat, informatie binnen handbereik is, de bevolking slechts één keer in de vier jaar een hokje mag kleuren voor vier jaar een onduidelijke mengelmoes van beleid, zonder dat zij kan bijsturen? In 2017, de laatste keer dat we stemden voor de Tweede Kamer, ging het niet over dat zeer uitgebreide klimaatbeleid of over de transferunie, waardoor belastinggeld naar Zuid-Europa vloeit. Maar dat beleid van Klimaatakkoord tot transferunie kwam er toch. En bij een moderne, innovatieve en dynamische democratie past het dan dat het volk, de kiezer, niet eens in de vier jaar maar structureel de mogelijkheid heeft om bij te sturen.

Soevereiniteit, draagvlak en dynamiek dus als argumenten voor het bindend referendum. Die argumenten zijn zwaar te prefereren boven een aantal tegenwerpingen die we vandaag hebben gehoord, bijvoorbeeld ten aanzien van de verhouding tot het vertegenwoordigende stelsel. Het referendum zou het vertegenwoordigende stelsel — de polderpolitiek — ondergraven. Dat is gedeeltelijk waar, maar dat is helemaal niet erg, want uitgerekend door het gepolder wordt in Nederland op enkele grote thema's al tien jaar lang geen duidelijke keuze gemaakt, of een keuze die niet in lijn is met de wil van een grote meerderheid van de bevolking. Verder is het bindend correctief referendum slechts een noodrem die alleen toegepast wordt wanneer het parlement in meerderheid evident foute beslissingen neemt. Wij denken dat het referendum het vertegenwoordigende stelsel dus versterkt.

Dan nu onze kritiek. Artikel 89d. Helaas moet mijn fractie constateren dat het originele voorstel van de heer Van Raak er door toedoen van onze ambtsgenoten van de Staten-Generaal aan de overkant van het Binnenhof niet beter op is geworden. Wat heet: het is aanzienlijk verslechterd. Het uitsluiten van internationale verdragen is natuurlijk al een behoorlijke mispeer. We lezen in het amendement dat het argument daarvoor is dat zo'n internationaal verdrag het eindpunt is van heel lang, heel veel praten en veel onderhandelen met verschillende landen en dat de handtekening van Nederland onder een verdrag een inherente onzekere zou worden door dit niet uit te sluiten. Dat klopt natuurlijk, maar in ruil daarvoor krijgt het volk soevereiniteit terug. Als het kabinet met uitstekende verdragen op de proppen komt, waarom zou het volk die verdragen dan verwerpen? Juist bij internationale verdragen waar meerdere jaren over onderhandeld is, kan het zo zijn dat een resultaat op een gegeven moment belangrijker wordt dan hét resultaat. Dit referendabel maken zou een einde kunnen maken aan die oeverloze lange onderhandelsessies en zorgen voor simpele en resolute verdragen op hoofdlijnen, die de bevolking ook eenvoudig zou kunnen beoordelen. Mijn fractie is tegen die uitsluitingsgrond, maar bereid die toch te slikken om het bindend referendum grondwettelijk te verankeren.

Nog minder te spreken zijn wij over de toevoeging in artikel 89d, de gewraakte uitkomstdrempel waar al veel over is gezegd, toegevoegd in de Tweede Kamer. Dit is gewoon een poging tot politieke sabotage, daar kom ik zo op terug. Een referendum wordt met deze drempel slechts geldig als de meerderheid even groot is als bij de laatste Tweede Kamerverkiezing, 40% of hoger, al vaak aangehaald. Het werkt demotiverend. Zij die erop uit gaan om te stemmen, worden gestraft als te veel mensen thuisblijven.

De drie position papers die professor dr. Hendrik, professor dr. Van der Meer en dr. Jacobs hebben geschreven, zijn hier duidelijk over: dat moeten we niet doen. Ik doe een greep uit de argumenten. In vergelijkbare landen is de uitkomstdrempel fors lager. De drempel kan leiden tot demobilisatiecampagnes: het heeft toch geen zin, blijf lekker thuis. Nou moet ik er wel bij opmerken dat blijfthuiscampagnes niet bijster goed werken gezien de ontwikkelingen met de besmettingscijfers. Een uitkomstdrempel van circa 40% is onrealistisch en onnodig, schrijven zij. Toepassing zou betekenen dat alle drie de gehouden referenda in Nederland, de Sleepwet, het Oekraïnereferendum en zelfs de EU-grondwet ongeldig zouden zijn. Dat kan niet de bedoeling zijn. Deze uitkomstdrempel doet geweldig veel afbreuk aan dit wetsvoorstel.

Ik noemde het net politieke sabotage en dat is het natuurlijk ook. Ik vond de term castratie ook wel aardig. Politieke sabotage door een aantal notoire referendumtegenstanders. Want voorzitter, het is toch opmerkelijk dat juist een aantal grote partijen die dit amendement in de Tweede Kamer aan een meerderheid hielpen, de VVD en het CDA, sowieso principieel tegen dit instrument van het correctief bindend referendum zijn, of dit amendement er nu wel of niet in zou zitten. Dat is een soort strategie van de verschroeide aarde. Als het bindend referendum er dan komt, dan maar met een zo hoog mogelijke uitkomstdrempel, zodat het vrijwel onmogelijk bruikbaar wordt. Mijn vraag is of daar een politieke deal over is gesloten, bijvoorbeeld in de Tweede Kamer. Is dit artikel — misschien weten de vertegenwoordigers dat — uitgeruild door D66 in ruil voor steun voor de uitsluitingsgrond over internationale verdragen?

Die uitkomstdrempel moet eruit, dat betogen meerdere partijen vandaag. Als je hier al mee wilt werken, regel het dan niet zoals het nu is, in de Grondwet, maar daarbuiten. Helaas kan deze Kamer geen wetswijzigingen aanbrengen en dat stelt onze fractie voor een groot dilemma: deze wet aanvaarden inclusief deze joekel van een beperking, of tegenstemmen, terugsturen en het kind met het badwater weggooien?

Dat brengt ons bij de vraag: wat is dan het alternatief, wat kunnen we dan nog doen? Een novelle is al een paar keer aangehaald, een aanvulling op de wet waarbij de uitkomstdrempel zou kunnen sneuvelen of in ieder geval lager wordt. Hoe haalbaar is dat? Heeft de overkant van het Binnenhof al kennisgenomen van de position papers? Hoe taxeren zij die en wat gebeurt er bij een novelleverzoek? Wie dient dat in? Doet de initiatiefnemer dat, doet iemand anders dat? Eerste Kamer versus Tweede Kamer als ze het niet eens worden, wordt dat geen catch 22 waarbij het voorstel gevangen raakt tussen beide Kamers? Deze minister heeft daar slechte ervaringen mee.

Wij horen graag van de initiatiefnemer zijn visie op dit dilemma, we hebben het van veel partijen al gehoord, en horen ook graag zijn beschouwing van de kans dat zo'n wijziging van de uitkomstdrempel alsnog tijdig en positief door de Tweede Kamer en hier in de Eerste Kamer komt. Dat verdient het wetsvoorstel wel en de initiatiefnemer ook. Die heeft er hard voor gestreden en hoe de uitslag ook zal luiden, bij dezen alvast onze waardering en complimenten daarvoor.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van der Linden. De heer Raven heeft aangegeven na zijn installatie het woord te willen voeren in dit debat namens de OSF. Het betreft dus zijn maidenspeech. Het woord is aan de heer Raven.