Verslag van de vergadering van 23 februari 2021 (2020/2021 nr. 26)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.46 uur
De heer Van der Voort i (D66):
Voorzitter, dank u wel. Ook ik dank de ministers voor de beantwoording van de vragen. Ik herken in dit debat vandaag een aantal thema's. Het eerste thema betreft de maatschappelijke perspectieven, die een groot deel van de fracties hier belangrijk vindt om mee te wegen. Ik heb van de minister van VWS begrepen dat het de bedoeling is dat er in toenemende mate of in ieder geval in grote mate gekeken wordt naar de rol van anderen die de overheid daarover kunnen adviseren. Maar het is voor mij nog niet helemaal duidelijk of dat een intentie is of dat er ook een meer formele rol gezocht gaat worden voor bijvoorbeeld een MET of EMT of welke letters je daar ook aan wilt geven, zodat er een weloverwogen afweging van de effecten van maatregelen kan worden gemaakt. Daar sluit de motie-Segers uit de Tweede Kamer op aan, want daarin gaat het over herstelplannen waarin ook dit soort overwegingen meegenomen moeten worden. En die sluiten dan weer aan, denk ik, op het voorstel van deze Kamer om scenario's te maken. We hebben ook de toezegging gekregen dat die er gaan komen.
Het andere thema dat aan de orde is gekomen, is communicatie. Het antwoord van de minister van VWS daarop vond ik wat beperkt. Ik begreep dat hij zijn best zal doen om in de persconferenties — die van vandaag en de komende — nog duidelijker te zijn over wat er bedoeld wordt, maar ik denk dat wij in deze Kamer iets anders bedoelden in onze vragen. Wij willen graag zien dat er op allerlei manieren een gedegen onderbouwing van de maatregelen gegeven wordt, die burgers ook kunnen terugvinden en herkennen. Ook willen wij graag dat zij een diepgaander gesprek met de overheid krijgen over de vraag waarom allerlei maatregelen nodig zijn. Ik vraag dus toch nog een keer: hoe wordt dat de komende tijd vormgegeven? Gaan inhoudelijke voorstellen van allerlei groeperingen uit het land, waar soms toch best bruikbare elementen in zitten, een juiste plaats krijgen?
Tot slot zijn twee vragen wat mij betreft nog niet beantwoord. De eerste is: hoe staat het nu met het Europese pandemiebeleid? Welke elementen daarvan zijn nu wel en niet in wording of misschien al in uitvoering?
Als laatste zou ik willen zeggen dat het geheel mij toch nog niet helemaal geruststelt over een exitstrategie. Ik heb eigenlijk geen exitstrategie gehoord. Ik heb ook niet gehoord dat een exitstrategie feitelijk in de maak is. Ik denk toch dat we daar allemaal veel behoefte aan hebben. Daarmee zijn mijn zorgen vandaag niet allemaal weggenomen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van der Voort. Dan is het woord aan de heer Recourt namens de Partij van de Arbeid.