Plenair Koffeman bij behandeling Stikstofreductie en natuurverbetering



Verslag van de vergadering van 2 maart 2021 (2020/2021 nr. 27)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.05 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Koffeman i (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. Ik zie dat de tijd al eerder is ingegaan dan ik begonnen ben, maar daar zullen we het straks nog even over hebben.

Sinds een paar maanden vliegen er helikopters boven de Veluwe. Niet van toeristen die de schoonheid van de heide vanuit een ander perspectief willen zien, of van militairen die het land willen verdedigen, maar van natuurbeheerders die kalkrijk steen- of schelpengruis over het land, over het bos storten, om zo de verzuring van de bodem tegen te gaan. Ook zijn er in het natuurgebied grote landbouwmachines te vinden die de verzuurde bovenste lagen van de grond moeten afplaggen. "Natuurverbetering", heet dat officieel. In het voorliggende wetsvoorstel trekt de minister er 3 miljard euro voor uit. Het zijn grove maatregelen die helaas noodzakelijk zijn. Want zelfs als er in Nederland geen enkele mol stikstof meer zou neerslaan, zijn we nog niet van het probleem verlost, omdat stikstof zich ophoopt in de grond en daar niet vanzelf verdwijnt. Zo ernstig is de situatie.

Toch komt de minister wederom met een wet die een te hoog houtje-touwtjekarakter heeft, aldus Friso de Leeuw, emeritus-hoogleraar gebiedsontwikkeling aan de TU Delft. Johan Vollenbroek, ons allemaal welbekend inmiddels, noemt de wet zelfs de "PAS 2.0", en als hij het zegt, zou ik dat als minister heel serieus nemen.

Voorzitter. Nederland heeft 166 Natura 2000-gebieden die worden beschermd door de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. We hebben afgesproken dat we in deze gebieden bepaalde diersoorten en hun natuurlijke omgeving beschermen, zodat de biodiversiteit daar behouden blijft. In die gebieden mag maar een beperkte hoeveelheid stikstof neerslaan op de grond. Meer stikstof zorgt voor grote problemen. Dat is op 75% van het Nederlands grondoppervlak het geval, met rampzalige gevolgen voor de natuur. De heides vergrassen, raken overwoekerd met braamstruiken, vlinders en zeldzame insecten verdwijnen bij gebrek aan voedsel, eeuwenoude eikenbossen sterven af en zangvogels leggen door kalkgebrek geen complete eieren meer. Daar hebben we het vandaag over.

De tijdelijke spoedwet die in december 2019 in dit huis werd aangenomen, loste nauwelijks iets op. Eiwitarm veevoer en een streep door de maximumsnelheid van 130 km/u op de snelweg, dat moest voor net genoeg lucht zorgen om de woningmarkt weer even van het slot te halen. Maar eiwitarm veevoer bleek schadelijk voor de koeien en daarnaast bleek 100 km/u rijden weinig te doen voor de stikstofuitstoot van het verkeer.

Kortom, de wetgeving tot nu toe hielp niet en wij geloven dat de wet die nu voorligt daar weinig aan toevoegt. "Niet alles kan" luidde het advies van de commissie-Remkes, en toch is dat wat de minister hier weer probeert voor te stellen. Onze fractie had gehoopt dat de minister inmiddels zou begrijpen dat de kool én de geit niet gespaard kunnen worden in deze fase.

Er moet nu serieus worden ingegrepen, met juridische zekerheid voor boeren, bouwers en burgers. Maar de minister kiest voor wat haalbaar is, of nee, voor wat ze denkt dat haalbaar zou moeten kunnen zijn, niet voor wat nodig is. Onze fractie vindt dat onbestaanbaar. Toch is ze al verzekerd van een meerderheid in dit huis. De SP, de SGP en de fractie van 50PLUS kregen van de minister een aardigheidje in ruil voor hun steun. Het resultaat is een slap compromis dat naar het oordeel van onze fractie vroeger of later zal sneuvelen bij de Raad van State, net als de PAS.

Voorzitter. Dit wetsvoorstel moet in 2025 40% van de natuur die gevoelig is voor stikstof weer gezond maken. De weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens. Een ambitie van 50% in tien jaar, wat neerkomt op 26% minder stikstofemissie in diezelfde periode, is niet erg logisch. De commissie-Remkes pleitte voor minimaal 50% en experts hielden het op 70%.

De Partij voor de Dierenfractie begrijpt heel goed dat je voor bedrijvigheid die belangrijk is, zoals woningbouw, misschien even wat ruimte nodig hebt die ten koste kan gaan van natuur. We begrijpen zelfs dat de bouwsector gedeeltelijk vrijgesteld wordt van de vergunningplicht, maar die ruimte kun je alleen maar uitgeven als je een wettelijk geborgd programma hebt, waarmee je zeker weet dat de natuur beschermd gaat worden. Dat is de voorwaarde volgens de Europese Habitatrichtlijn, waaraan Nederland gewoon moet voldoen. Maar met dit wetsvoorstel zadelt de minister woningbouwers, boeren en belastingbetalers op met dezelfde problemen als toen, maar dan straks. Uitstel van executie, gevaarlijk en een onacceptabele vlucht naar voren.

Voorzitter. De minister hoopt stikstofruimte te creëren door het subsidiëren van technische snufjes als uitstootarme stallen, het verdunnen van mest, brandgevaarlijke luchtwassers en koeientoiletten. In Nieuwkoop ontvangen boeren €300.000 subsidie om dit soort innovaties in hun stallen uit te proberen. De te besparen stikstof mag van de minister worden verhandeld met het Rotterdamse havenbedrijf dat stikstofruimte tekortkomt. En daar gaat het mis. De PAS sneuvelde daarop. De rechter oordeelde dat die goocheltrucs niet geoorloofd waren. De Europese natuurbeschermingsregels schrijven voor dat bij overbelaste natuurgebieden 100% van de stikstofreductie ten goede moet komen aan de natuur en opbrengst van de reductie dus niet opnieuw uitgegeven mag worden aan economische activiteiten zoals nu in Nieuwkoop gebeurt. Kan de minister uitleggen hoe zij dat ziet? Is de minister met ons van oordeel dat niet alleen de effecten van technische maatregelen zeer onzeker zijn, maar dat ze ook schaalvergroting in de hand werken omdat de investeringen terugverdiend moeten worden, en dat deze maatregelen dus niet bijdragen aan een natuurinclusieve landbouw? Is er onderzoek gedaan naar de effecten van deze maatregelen op het welzijn van dieren? En zo ja, wanneer blijkt of zou blijken dat het welzijn van de dieren wordt geschaad, is de regering dan bereid om deze maatregelen per direct te staken en naar alternatieven te zoeken? Kan de minister de uitkomsten van dat onderzoek met de Kamer delen?

Voorzitter. Er is nog een punt waar wij ons zorgen over maken. De maatregelen voor stikstofreductie moeten door de Gedeputeerde Staten worden ingevuld. Dat wordt nog een hele klus met een partij als het CDA, die in elf van de twaalf provinciebesturen meeregeert. Wat doet de minister wanneer provincies weer worden geconfronteerd met ronkende trekkers die deuren van provinciehuizen rammen en agressie van organisaties als Farmers Defence Force? De acties zijn al aangekondigd en we hebben gezien hoe snel sommige provincies dan overstag gaan. Kortom, waar is de garantie dat de provincies überhaupt tot noodzakelijke plannen zullen komen? Graag een reactie van de minister.

Voorzitter. De commissie-Remkes adviseerde bij sanering te gaan voor de grote klap en dan vooral te kijken naar piekbelasters bij kwetsbare natuur. Waarom heeft de regering gekozen voor vrijwilligheid bij deze cruciale opgave? In Trouw werd op 24 november jongstleden een onderzoek gepresenteerd waaruit bleek dat als de 25 meest vervuilende stikstofbedrijven zouden worden opgekocht, het probleem zou zijn opgelost. Als voorbeeld werd een kalkoenhouder op de Veluwe genoemd die evenveel stikstof uitstoot als alle Nederlanders samen besparen door nog maar 100 km/u te rijden. Toch gaat de regering door met een opkoopregeling op basis van vrijwilligheid. Als het beleid niet succesvol is, valt Nederland opnieuw stil. Kan de regering uitleggen waarom zij volhardt in deze aanpak? Welke concrete meetbare effecten in mollen per jaar verwacht de regering van het vrijwillig uitkopen van piekbelasters? Hoe lang duren deze processen gemiddeld? Graag een reactie.

Voorzitter. Niet alleen de piekbelasters worden benaderd voor uitkoop op vrijwillige basis, ook de varkenshouderij kan rekenen op warme sanering. Daarvoor wordt bijna een half miljard euro aan belastinggeld uitgetrokken. Het gaat om een oude subsidieregeling die honderden varkensboeren moet verleiden om te stoppen met hun bedrijf, een regeling die eigenlijk bedoeld was om geuroverlast aan te pakken. De verminderde stikstof is slechts bijvangst, moest de minister desgevraagd erkennen. Nu al is duidelijk dat deze maatregel niet de beloofde beperking van stikstofuitstoot zal opleveren. De geplande besparing is al beloofd aan de woning- en wegenbouw, maar uit onderzoek blijkt dat de minister gebruikmaakte van een berekening van het Planbureau voor de Leefomgeving die het effect van deze maatregel bijna drie keer te hoog inschatte. Het PBL baseerde zich voor zijn berekening op een rekenmethode die ervan uitgaat dat alleen bedrijven dicht bij natuurgebieden — die veroorzaken relatief veel stikstofschade — konden deelnemen aan de sanering. In de voorwaarden voor de regeling speelt de afstand tot een natuurgebied echter geen enkele rol. Ook boeren met relatief weinig stikstofschade doen mee. Door die methode komt het Planbureau voor de Leefomgeving uit op een veel te hoge reductie van stikstofneerslag. Op basis daarvan beloofde de minister al een groot deel aan de bouw, terwijl de varkensregeling waarschijnlijk minder dan de helft gaat opleveren. Kan de minister dat beamen? En als dat niet het geval is, welke garanties kan ze dan geven dat haar gunstige prognoses alsnog werkelijkheid zullen worden? Vooral de varkensboeren zelf zijn bij de uitkoop gebaat, net als de grootste financier van de sector: de Rabobank. De bank voor agrarische ondernemers schreef het grootste deel van de voorwaarden en zal 40% van het subsidiebedrag ontvangen in de vorm van afgeloste leningen volgens Investico. Graag een reactie van de minister op deze bevindingen.

Voorzitter. Wij horen ook graag van de minister hoe het zit met bedrijven die vrijwillig stoppen en vervolgens besluiten hun werkzaamheden elders voort te zetten. We hebben gezien hoe dat ging bij de nertsenhouders. Die kregen eerst de jackpot van gemiddeld meer dan 1 miljoen per bedrijf om te stoppen met hun gruwelijke werk en prompt gaven ze aan over te stappen op geiten. U weet wel, die andere tak in de veehouderij waarin zoönosen welig tieren en waarbij omwonenden relatief vaak worden getroffen door longontsteking, waardoor inmiddels honderd mensen zijn overleden en duizenden mensen blijvend ziek zijn en dus niet meer beter zullen worden. We horen het graag. Wij vrezen een waterbedeffect.

Voorzitter. Nederland wil de melkboer en de slager van de wereld zijn. Maar wij blijven hier in Nederland achter met de stank, de mest, de verschraalde bodem, de raaigraswoestijnen zonder vee en — niet te vergeten — een reëel gevaar op het ontstaan van nieuwe zoönosen. Bovendien bestaat twee derde van Nederland nu uit landbouwgrond, terwijl we te weinig natuur hebben én grond tekortkomen om woningen te bouwen. Kortom, we zitten vast in een systeem waar niemand beter van wordt, behalve de Rabobank, de bouwers van megastallen en de veevoerbedrijven. Ook de boeren zelf zitten klem en kunnen alleen rondkomen dankzij Europese subsidies en steeds verdere schaalvergroting. Boeren hebben geen verdienmodel, maar ze zijn een verdienmodel, zei professor Erisman daarover onlangs. Dat is niet vol te houden. Uiteindelijk zal het systeem op de schop moeten en een deel van de boeren zal moeten stoppen. Nu al stoppen dagelijks vijf tot zeven boeren met hun bedrijf. Op dit moment staan 16.000 boerenbedrijven te koop. Ik zou willen dat de minister en ook de partijen die zeggen op te komen voor de boeren, daar aandacht aan besteden. Deze wet was een kans geweest voor een positieve trendbreuk, maar de minister kiest helaas voor pappen en nathouden, in strijd met de Europese regels.

Voorzitter. Sinds de coronacrisis, die ons ophokte in onze huizen, is er bij veel mensen een nieuwe waardering voor de natuur ontstaan. In de weekenden duiken we massaal de duinen, de bossen en de parken in om te genieten van de rust, de frisse lucht en de mooie omgeving. Laten we die plekken koesteren! Niet alleen voor onszelf, maar ook voor volgende generaties. Want je kunt wel zoeken naar leven op Mars, maar wat heeft dat voor zin als we alleen al in ons land 640 miljoen levens per jaar behandelen als oud vuil? Dieren worden, na een levenslang bestaan in een bedompte stal, van hun leven beroofd voor onze lekkere trek en vermeend economisch belang. De natuur en de dieren op onze eigen planeet verdienen onze bescherming. De aarde biedt genoeg voor ieders behoefte, maar niet voor ieders hebzucht. Corona zou een keerpunt kunnen inleiden voor een andere manier van kijken naar dieren, natuur en milieu. Voorlopig houdt het kabinet zich vooral bezig met het bestrijden van symptomen en niet met het wegnemen van oorzaken.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Koffeman. Dan is het woord aan de heer Van Rooijen namens de fractie van 50PLUS.