Verslag van de vergadering van 22 juni 2021 (2020/2021 nr. 42)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 14.11 uur
De heer Pijlman i (D66):
Dank, voorzitter. Ook van mijn kant gelukwensen en welkom aan de staatssecretaris.
Voorzitter. Op 11 juni 2015 werd de Eerste Kamer voor een nieuwe zittingsperiode geïnstalleerd. Vijf dagen later mocht ik mijn maidenspeech houden, over de Kaderwet wind op zee. Daar waren toen heel veel twijfels over, natuurlijk bij de PVV, maar met name bij het CDA. Werd er niet te veel subsidie verstrekt? Was windenergie in deze omvang wel echt nodig? Was windenergie op zee werkelijk de grote belofte? Of was het een subsidievreter die de energietransitie nodeloos duur maakte?
Als je nu om je heen kijkt, zie je hoe anders de stemming is. Wind op zee heeft de belofte geheel ingelost. Het is nu zelfs mogelijk om zonder subsidie van de overheid grote windparken op de Noordzee te realiseren. De ontwikkeling is zo voorspoedig geweest dat de wet kan worden aangepast om te anticiperen op de komende uitrol. De kern van het nu voorliggende wetsontwerp is een sterke regierol voor de overheid bij de locatiekeuze, onderzoeken en vergunningverlening, en gestandaardiseerde netaansluiting door de netbeheerder van het net op zee. Concurrentie maakt het mogelijk dat de derde tender zonder SDE+-subsidie kon worden verstrekt. Daarmee worden de eerste parken in de wereld gerealiseerd die geen subsidie nodig hebben en die elektriciteit produceren voor een redelijke prijs per kilowattuur. Voor de partijen die daar zo voor zijn: vergelijk dat eens met de ontwikkeling van kernenergie in Engeland.
Kortom, de uitrol van windenergie is een groot succes. Wij willen de regering voor de aanpak complimenteren. Om de uitrol tot 2030 te kunnen ondersteunen tot 23 gigawatt opbrengst per jaar wordt de wet nu aangepast. Hierbij is het overigens niet zo dat alle tenders per se zonder subsidie uitgeschreven worden. Dat blijft mogelijk.
De voorzitter:
Mevrouw Faber namens de PVV.
De heer Pijlman (D66):
Het was ook uitlokking. Dat geef ik toe.
Mevrouw Faber-van de Klashorst i (PVV):
Dat geeft niet. Daar zitten we hier toch voor? Dat is het mooie van fysiek vergaderen. Dat kunnen wij gelukkig, hier in de Ridderzaal. Meneer Pijlman houdt een hallelujaverhaal: er is geen subsidie nodig. Laten we dan nu de subsidiekraan dichtdraaien. Dat beweert meneer Pijlman. Maar meneer Pijlman heeft het niet over de miljarden die in het net gepompt moeten worden. Het is in feite een verplaatsing van kosten. Tot 2023 moet er 4 miljard betaald worden. Van 2023 tot 2030 hebben we het over 5,5 tot 6,5 miljard. We hebben het dan wel even over 10 miljard. Die 10 miljard zijn in feite kosten die eerst bij de exploitanten lagen. Die kosten zijn daar weggehaald. Het is dan erg makkelijk om te zeggen dat we geen subsidie meer nodig hebben. Dan houden we elkaar toch voor de gek?
De heer Pijlman (D66):
Nee, dat doen we helemaal niet. U hebt helemaal gelijk dat in de komende jaren flink zal moeten worden geïnvesteerd in de netverzwaring. We hebben een fundamenteel verschil van mening over de energietransitie. Als u uw eigen bijdrage van zes jaar geleden vol cynisme en negativiteit, en over de subsidievreters even terugleest, zult ook u moeten concluderen dat u helemaal verkeerd zat.
Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):
Ik wil toch niet zeggen dat ik helemaal verkeerd zat. Ik had het net over de 10 miljard die hier over tafel ging. Meneer Pijlman is natuurlijk van D66. De elite kijkt niet op een miljardje meer of minder. Ik heb een achterban die van €850 in de maand moet rondkomen. Daar hoef ik niet aan te komen met "10 miljard is niks". U kunt mij in ieder geval niet verwijten dat wij niet consequent zijn. Wij hebben toen gewaarschuwd dat deze kosten de pan uit zouden rijzen. We zien nu weer 10 miljard over tafel gaan. Daarbij komt dan nog iets waar ik zo in mijn eigen bijdrage op terugkom.
De voorzitter:
En uw vraag?
Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):
Ik heb geen vraag. Ik gaf een toelichting, dus ik ga zitten.
De voorzitter:
Dank u wel. Vervolgt u uw betoog.
De heer Pijlman (D66):
Dat scheelt mij weer. Overigens zijn die 24 zetels van ons in de Tweede Kamer niet alleen elite.
Voorzitter. Ik heb gezegd dat die tenders niet per se zonder subsidie hoeven te zijn. In het voorstel blijft dat mogelijk. In het voorstel wordt het mogelijk elektriciteit die is opgewekt op zee rechtstreeks in te zetten voor de industrie, of op land om te zetten in andere energiedragers, zoals waterstof. Waterstof zal absoluut nodig zijn om de vergroening van de industrie mogelijk te maken, chemie bijvoorbeeld. Kan de staatssecretaris aangeven wat het tijdpad voor waterstof nu is, ook in verband met de investeringen uit het Toekomstfonds? Overigens beginnen de havens van Rotterdam en de Eemshaven zich in toenemende mate zorgen te maken over de stikstofproblematiek en ook over de uitrol van dit programma. Ik vraag de staatssecretaris: worden de uitrol en aanlanding van windparken vertraagd door dit dossier?
In het debat in de Tweede Kamer is volop gedebatteerd over de contracts for difference — het is net ook al genoemd door de collega van GroenLinks — waarbij subsidie en heffingen in één voorstel worden gecombineerd. Een dergelijk instrument kan voordeel opleveren, maar — daar ben ik inmiddels ook van overtuigd — wetstechnisch is dit in de Nederlandse situatie erg ingewikkeld. U heeft een onderzoek aangekondigd dat in de zomer afgerond wordt. Kan de staatssecretaris deze Kamer over de uitkomsten informeren?
Wind op zee is een succes. In tegenstelling tot windenergie op land ontmoet het ook weinig tegenstand. Ook om die reden kan de vaart erin blijven. Maar om draagvlak te behouden, blijft het noodzakelijk de windparken goed in te bedden op zee en de aanlanding van de kabels zorgvuldig te plannen. Voor de parken boven de Waddeneilanden is ervoor gekozen om de aanlanding dwars door het eiland Schiermonnikoog te laten lopen. Ik kom daar veel en ik ken het gebied heel erg goed. Ik vind het een heel slecht idee. De kabel moet door een gebied dat een groot deel van het jaar gesloten is voor de mens, vanwege de unieke natuurwaarde. Er zal door zeer zwaar materieel een kilometerslange strook van ten minste 50 meter breed zeer kwetsbare natuur vernietigd worden. Terecht loopt de hele milieubeweging daartegen te hoop en dreigen er daarom ook lange juridische procedures.
Er is een alternatief om het eiland heen. Dat zal duurder zijn, maar natuurwaarden moeten prevaleren boven economische kosten. U hebt in de Tweede Kamer een nader onderzoek toegezegd — ik meen dat Royal Haskoning dat op dit ogenblik doet — waarna de besluitvorming zal plaatsvinden. Wij gaan ervan uit dat u de natuurwaarde laat prevaleren boven de economische kosten. De route om het eiland heen zal in de toekomst overigens om meerdere redenen geschikt gemaakt moeten worden. Draagvlak is ook hier belangrijk. Ook als dit extra geld kost, moet je niet voor de goedkoopste oplossing gaan. Vergelijk deze kosten maar eens met de miljardensteun, ieder jaar weer, voor de fossiele industrie. Wanneer zijn de uitkomsten van het nadere onderzoek beschikbaar en kunt u onze Kamer daarover informeren?
Voorzitter. De D66-fractie kijkt uit naar de beantwoording door het kabinet.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Pijlman. Dan geef ik het woord aan mevrouw Faber-van de Klashorst namens de fractie van de PVV.