Plenair Janssen bij voortzetting debat naar aanleiding van de regeringsverklaring



Verslag van de vergadering van 15 februari 2022 (2021/2022 nr. 17)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.07 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Janssen i (SP):

Voorzitter, dank. Negentien jaar en zes kabinetten was Tiny Kox voorzitter van mijn fractie in deze Kamer. Inmiddels is hij gekozen tot voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, Europa's oudste en grootste verdragsorganisatie, gericht op bevordering van rechtsstatelijkheid, mensenrechten en democratie. Dat is een grote eer, maar ook een grote opgave, zeker nu de spanningen op ons continent gevaarlijk hoog zijn. Dit vraagt ook zijn aandacht. Vandaar dat onze fractie mij gevraagd heeft als nieuwe voorzitter. Ik dank de fractie voor het vertrouwen. Ik doe dat graag, al zeg ik er wel eerlijk bij dat ik dat geen negentien jaar zal doen.

Voorzitter. Het is gepast om een nieuw kabinet te feliciteren en dat doe ik dan ook, inclusief de minister-president. Maar ik doe dat wel met een eerlijke kanttekening, omdat we het als SP, en dat zal geen verrassing zijn, niet gepast vinden dat een bewindspersoon die een jaar geleden aftrad als eerstverantwoordelijke voor het ongekende onrecht dat tienduizenden landgenoten is aangedaan, nu toch weer aantreedt als regeringsleider. Maar wij gaan daar niet over, dus ik ga het er verder vandaag ook niet over hebben.

Voorzitter. Colijn, Drees en Balkenende hadden allen een vierde kabinet en nu voegt de minister-president zich daarbij. Dat is politiek knap. Maar even een klein schot voor de boeg: geen van die eerdere vierde kabinetten haalde de eindstreep. Hoe dan ook, het is goed om vandaag met de minister-president hier in de Eerste Kamer te spreken. Zo vaak is hij hier niet te gast en het is naar mijn mening altijd beter om met, dan over iemand te spreken.

Dat raakt ook meteen aan de inleiding van het coalitieakkoord. Dat spreekt over een andere politieke cultuur, waarin verschillen worden overbrugd. Wij vinden dat een goed plan en wij doen ook graag mee. Maar mijn fractie is niet op zoek naar een schouderklopje van het kabinet om als "constructief" bestempeld te worden. Wij zijn immers altijd constructief en gericht op het tegenhouden van het kwade en, waar het kan, op het stichten van het goede. En wat goed is, mag door en wat slecht is, mag weg. Eenvoudiger kan ik het niet zeggen voor mijn fractie. Wij willen Nederland namelijk niet nog schever en liberaler maken, maar eerlijker en socialer. Wij werken waar dat kan dus samen om dat te bereiken.

Dit coalitieakkoord is naar de mening van mijn fractie een crisis- en herstelakkoord. Rutte IV moet proberen te repareren wat onder de kabinetten-Rutte I, II en III werd stukgemaakt, zoals de toegang tot het recht, het gebrek aan onderhoud aan de natuur, dat leidde tot een verlammende stikstofcrisis, en het schrijnende tekort aan betaalbare huurhuizen. Op dat laatste punt wil het kabinet misschien nadenken over een verlengde huurstop nu we zien dat de huren alweer stevig oplopen. Dat zou toch ook een valse start zijn voor de minister voor Volkshuisvesting.

Voorzitter. Het betreft ook de asociale scheefheid in inkomens en vooral vermogens. Aan die extreme vermogensongelijkheid in Nederland doet de nieuwe regering helemaal niets, ondanks het feit dat de inflatie iedereen in de min jaagt. Het is wel beloofd in de verkiezingsprogramma's van de coalitiepartijen, maar niet gedaan. Integendeel, en dit terwijl je tegenwoordig helemaal niet links hoeft te zijn om te zien dat deze scheefgroei tussen de bezittende klasse en de rest echt maatschappelijk, economisch en politiek ontwrichtend is. Zelfs de president van De Nederlandsche Bank, naar wie net nog werd verwezen, zei in Buitenhof dat we in Nederland arbeid te veel belasten en vermogen te weinig. Wil de minister-president nou echt de geschiedenis in gaan als degene die al die tijd niets heeft gedaan aan dit groeiende maatschappelijke probleem?

Voorzitter. Er moet nu dus veel gerepareerd worden. De minister-president toont zich ambitieus. Maar veel ambitie is weinig waard zonder heldere werkplannen en opleverdata. Collega Rosenmöller had het daar ook al over. Is de minister-president het daarmee eens? Heel wat ambities in het coalitieakkoord spreken ons aan, maar de grote vraag is voor ons wel hoeveel van die woorden in daden zullen worden omgezet tot de verkiezingen in 2025. Zo snel zijn die namelijk alweer. Voor ons telt wat je kan en doet, en niet wat je wil. Graag vraag ik de minister-president dan ook om een heldere afvinklijst voor de komende drie jaar: om te beginnen is dit het plan, zo gaan we het doen, dan gebeurt het en dan is het klaar.

Voorzitter. Ik vraag dit omdat het coalitieakkoord bij lezing grofweg te verdelen is in driekwart praten en een kwart doen. Dat doet mij dan weer vrezen voor drie jaar diners dansant, participatietafels, krachtsessies, scrummuren en alles wat daarbij komt kijken en waar ik enorm kriegelig van word, zeg ik maar uit eigen ervaring. Daarentegen word ik wel opgetogen van daadkrachtige uitvoering van concrete plannen. Daarom dus mijn vraag om zo'n concrete afvinklijst.

Het coalitieakkoord bevat goede en slechte plannen, maar vooral heel veel ambities. Ik zei het al. Daarbij dringen zich steeds weer de vragen op: wanneer en hoe? Maar bij lezing blijken nogal wat ambities inhoudelijk tegenstrijdig te zijn. Ze vragen om keuzes, maar die worden dan weer niet gemaakt. Achter korte zinnen gaan soms ook grote stelselwijzigingen en enorme opgaves schuil. De achilleshiel van veel overheidsdenken is de uitvoering. Daarmee zeg ik niks nieuws. Daar toont de overheid zich keer op keer gewoon heel slecht in. Dat is gevaarlijk. Ambities die niet waargemaakt worden, leiden tot afnemend vertrouwen en zelfs wantrouwen. Het CDA had het erover en ik hoorde de ChristenUnie daar ook over. Ondertussen is herstel van vertrouwen juist hoognodig, en dat wordt beloofd. Ik heb twee voorbeelden. "We hebben de ambitie om de toeslagen af te schaffen." Wat moeten mensen met zo'n uiting en wat hebben ze daaraan? "We hebben daarnaast de ambitie om het belastingstelsel te vereenvoudigen." Wat zegt dat? Wat draagt dat bij? Ziet de minister-president het gevaar van niet waar te maken ambities? Zo ja, wat gaat hij daaraan doen?

Voorzitter. Voor de toeslagenouders is ruimhartige compensatie en emotionele heling cruciaal om hen recht te doen, zegt het coalitieakkoord. Ik ben het daar van harte mee eens, maar voor die ruimhartige compensatie en emotionele heling mag het budget niet leidend zijn. Het ongekende onrecht dat ouders en kinderen is aangedaan, moet leidend zijn. Ziet de minister-president dat ook zo? De inhoud bepaalt en niet het budget. Geld dat nodig is, moet er komen. Daarmee bedoel ik geen openeindefinanciering voor al die consultants en adviesbureaus die zich daarbovenop gestort hebben, waar heel veel geld naartoe vloeit, maar wel een ruimhartige en snelle tegemoetkoming voor de mensen die al veel te lang moeten wachten in ellende en onzekerheid. Dat gebeurt nog steeds.

Voorzitter. Dat geldt ook voor de Groningers. Wat kopen zij voor "een spoedig perspectief", zoals in het regeerakkoord staat? Zij willen een concrete datum wanneer hun problemen zijn opgelost. De mensonterende rijen die buitenstonden in Groningen staan op ons netvlies gegrift: een schande voor de overheid; een schande voor dit land. Die falende uitvoering, niet alleen van die regeling, is niet alleen funest voor het vertrouwen in het kabinet, maar ook funest voor het vertrouwen in de hele politiek. Hoe gaat de minister-president het vertrouwen van de Groningers herstellen?

Voorzitter. Tijd voor een compliment. Ik ben ongeveer halverwege, dus dat moet nu kunnen. Het afschaffen van de verhuurdersheffing is een prima plan. We pleiten daar sinds de invoering in 2013 voor, zou ik willen zeggen. Daarom graag ook actie nu, want er is al te veel schade op de woningmarkt aangericht. Leenstelsel afschaffen: helemaal prima, precies wat wij willen. Het had nooit ingevoerd mogen worden. Maar dan ook actie voor de studenten die de dupe van dit schuldenstelsel zijn geworden of nog gaan worden de komende periode. Afschaffen betekent voor ons ook dat we niet één grote groep studenten nog tientallen jaren de rekening laten betalen voor dit politieke en sociale misbaksel. Dat geldt ook voor de studenten die zich niet in de schulden hebben gestoken bij DUO, maar wel degelijk privé geleend hebben, bij ouders of bij anderen aangeklopt hebben, extra banen hebben genomen en daardoor studievertraging hebben opgelopen. Ook die groep moeten we meenemen. Voor ons telt dat ook hun weggeslagen vertrouwen opgeruimd moet worden en dat er schoon schip gemaakt moet worden. Gaat de minister-president dit doen?

Voorzitter. Als het kabinet werkelijk vertrouwen wil terugwinnen, dan werken het ontkoppelen van de AOW en de bezuiniging op de zorg totaal averechts. Dat vinden wij slechte plannen, zeg ik maar tegen de minister-president. Doe ermee wat u wilt. Die signalen worden vandaag ook breed door andere partijen gedeeld. Ik ben helemaal niet uit op moties en dat soort dingen, maar wil wel dat signaal geven. Als een motie daarvoor nodig is, dan sluit ik mij daar graag bij aan.

Voorzitter. Laat ik één voorbeeld van de bezuiniging op de zorg eruit lichten dat mij bijzonder geraakt heeft, namelijk de bezuiniging op de ouderenzorg. Die betekent dat in de toekomst verzorgenden voor meer mensen moeten gaan zorgen. De norm van het aantal mensen waar je voor moet zorgen, wordt verhoogd, maar dat staat haaks op de praktijk. Dan vraag je je af: achter welk bureau is dit bedacht? Ouderen krijgen steeds later een indicatie, de problematiek wordt steeds zwaarder, de verblijfduur wordt steeds korter en verzorgers spreken nu al over "een voorportaal tot het hospice". De werkdruk wordt enorm veel hoger en ze hebben meer en niet minder collega's nodig om onze ouderen een menswaardige oude dag te kunnen geven, en de aandacht en zorg die ze verdienen. Of zie ik hier iets verkeerd, vraag ik de minister-president.

Nog een voorbeeld: de jeugdzorg. De jeugdzorg moet zo ingericht zijn dat jongeren die hulp nodig hebben, op het juiste moment precies de zorg krijgen die ze nodig hebben. Maar de bezuinigingen die in 2015 gepaard gingen met de overgang van de jeugdzorg naar de gemeenten, hebben grote negatieve gevolgen gehad voor de zorg voor jeugdigen. Die zorg loopt al lange tijd vast. De jeugdigen zijn de dupe en raken beschadigd. Dat is een ramp die we nu met elkaar moeten stoppen. Wat gaat de minister-president doen, ook financieel, om jonge mensen met grote problemen het vertrouwen terug te geven dat er een overheid is die hen beschermt als dat nodig is?

Voorzitter. Het punt van het klimaat. Voor het klimaat worden gigantische fondsen ingesteld met het doel om via subsidies bedrijven te stimuleren tot minder uitstoot. Maar waarom meteen subsidies? Waarom wordt er niet beprijsd? Is het spoor van het aanscherpen van vergunningen verkend? Ik weet uit ervaring dat dat heel effectief kan zijn om een ongewenste uitstoot aan te pakken. Waarom zou je subsidiëren wat je via vergunningen kan verplichten of kan beprijzen? Is de minister-president het met mij eens dat bedrijven primair zelf verantwoordelijk zijn en dat het niet de bedoeling is dat er gesubsidieerd gaat worden wat via een vergunning kan worden verplicht of wat kan worden beprijsd?

Voorzitter. De nationale schande dat kinderen opgroeien in armoede in een van de rijkste landen van de wereld moet worden uitgewist. Deze Kamer is daar uitgesproken over geweest en de vorige regering heeft ons daadkracht beloofd. Dit kabinet wil het aantal kinderen dat in armoede opgroeit, in vier jaar tijd halveren. Op basis van een eenduidige, realistische, relatieve definitie van armoede. Wat die ook moge zijn: ik hoop niet dat de kinderarmoede wordt weggedefinieerd, zeg ik daar maar bij. En waarom moet dat zolang duren? De namen en de postcodes van die kinderen en hun ouders kennen we. De meest effectieve maatregelen kennen we ook. Het vorige kabinet had diepe zakken om economische schade te beperken. Mijn fractie wil uit diezelfde diepe zakken nu ook maatregelen zien waardoor de kinderarmoede stopt, en dan niet pas over vier jaar, want vier jaar in een kinderleven is een eeuwigheid.

Voorzitter. Diezelfde schande van armoede geldt ook voor het Caribische deel van Nederland.

Nederland is geen eiland. Ons continent Europa is vol gevaarlijke spanningen, juist nu — we volgen het allemaal — moet de internationale diplomatie aan de slag. Praten is zoveel beter dan schieten. Nederland, als knooppunt van het internationaal recht, moet nu zijn waarde tonen. Mobiliseer onze diplomaten en niet onze militairen, zegt mijn fractie.

Voorzitter, dan nog een positieve noot, bijna aan het eind van mijn betoog. Wij zijn blij dat de regering begrijpt dat een wijziging van het Verdrag inzake de Europese Unie nodig is om erosie van gedeelde waarden tegen te gaan. De toezegging van de minister van Buitenlandse Zaken, vorige week in deze Kamer, om die noodzaak nu in Europees verband te agenderen, doet ons deugd.

Voorzitter, afrondend. Het achterstallig onderhoud in onze samenleving is betreurenswaardig groot en de nood is hoog. Een nood die trouwens niet af te lezen viel uit de duur van deze formatie. Het vertrouwen van de bevolking in de overheid en de politiek is daarentegen historisch laag. Wat nu nodig is, is daadkracht en uitvoering. In zijn eerste regeringsverklaring, twaalf jaar geleden, haalde deze minister-president Thorbecke aan: wacht op onze daden. Maar waar Thorbecke aansluitend het Nederlandse staatsbestel ingrijpend hervormde en verbeterde, werd er naar de mening van mijn fractie onder drie kabinetten-Rutte niet opgebouwd, maar vooral afgebroken. Dit kabinet-Rutte IV lijkt nu met dit crisis- en herstelakkoord te onderkennen dat gerepareerd moet worden wat in de eerdere tien jaar is afgebroken. Die uitdaging ligt nu op tafel, zeg ik tegen de minister-president. Zijn woorden hebben we gelezen in het coalitieakkoord. Wij wachten nu op zijn daden.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Janssen. Dan is nu het woord aan de heer Frentrop namens Forum voor Democratie.