Verslag van de vergadering van 11 juli 2022 (2021/2022 nr. 37)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 20.33 uur
Mevrouw Karimi i (GroenLinks):
Voorzitter. Ik eindigde mijn betoog in de eerste termijn met de constatering dat dit verdrag goed is voor alles wat staat voor de economie van "meer, meer en nog meer" en dat het zeer slecht is voor de broodnodige transitie naar een eerlijke, sociale en duurzame wereld. Ik moet zeggen dat de minister met haar antwoorden die zin eigenlijk alleen maar bevestigd heeft. Ze bestrijdt wel dat het doel van het CETA het maximaliseren van handelsliberalisering is, maar tegelijkertijd noemt zij cijfers die geheel gaan om het toegenomen handelsvolume, om meer export en om meer import. Ook meldde de minister heel trots dat de EU en Nederland een handelsoverschot hebben. Dat betekent dat wij blijkbaar heel erg succesvol geweest zijn in het exporteren naar Canada, inclusief de export van meer vlees. Want de export van vlees naar Canada is verdubbeld. En als er íéts is waar wij echt aan moeten werken, is het sowieso vleesconsumptie, als we echt de strijd tegen klimaatverandering centraal willen stellen. Ten tweede kent de vleesproductie een heel perverse productieketen; over dat punt heb ik ook in mijn eerste termijn betoogd. Dat moet echt anders. Helaas hebben wij de minister daar absoluut niet over gehoord; we hebben ook geen visie gehoord op hoe het moet gaan. En dat terwijl wij hier in Nederland tegelijkertijd in een landbouwcrisis verkeren.
Ik vond ook de bijdrage van de CDA-fractie heel erg interessant, moet ik zeggen. Die wilde ons doen geloven dat landbouw eigenlijk te veel aandacht krijgt, want het zou toch maar om 5% van de export gaan? Maar ik zou graag bij onze CDA-collega's in herinnering willen roepen dat het totale aandeel van landbouw binnen ons eigen bruto binnenlands product niet meer dan 1,4% is en tegelijkertijd heeft dat gegeven het CDA er nooit van weerhouden om een heel verkeerd beleid voor landbouw centraal te stellen. Het is dus een belangrijk punt. De minister heeft ook hier niks aangedragen over de vraag hoe we dan uit dat vastgelopen landbouwsysteem moeten komen. CETA zorgt ervoor dat de boeren gewoon gevangen blijven in een productiesysteem waarbij ze meer moeten produceren voor minder inkomen.
Voorzitter. Duurzaamheidsafspraken zijn niet afdwingbaar. Dat werd nog eens bevestigd door de minister. In gevallen waar strijd, dispute, over is, treden partijen in overleg en streven naar passende maatregelen, rekening houdend met deskundigheidsadvies. Dat is wat artikel 24.15, lid 11, van CETA zegt. Het is dus geen verplichting, geen sanctie. Dat zijn gewoon de feiten ten opzichte van de duurzaamheid.
We hebben vandaag ook heel veel gehoord over het belang van toegang van ngo's, vakbonden en maatschappelijke organisaties tot bijvoorbeeld klachtenmechanismen. Ik vind dat op zich goed. Het is ook hard nodig. Maar het valt me op hoe weinig die ngo's, vakbonden en maatschappelijke organisaties die hun zorgen hebben geuit over CETA, in dit debat eigenlijk gehoor krijgen bij de voorstanders.
Voorzitter. De Grondwet en ICS. Volgens mij heb ik bij interruptie geprobeerd om duidelijk te maken wat volgens mij het probleem is. Ik zou hopen dat de minister in tweede termijn met een beter verhaal komt, want zoals het er nu uitziet, zeker met de informatie die zij ons gegeven heeft, zien wij ons misschien genoodzaakt om voor de motie te stemmen. Want ik vond de verdediging echt heel zwak.
De heer Backer i (D66):
Ik heb het net nog even nagekeken: wij hebben 173 vragen in de schriftelijke behandeling gehad. Het onderwerp over de meerderheid en ook de grondwettelijkheid is daarin uitentreuren aan de orde geweest. De minister is vandaag een kleine keer of twintig bevraagd of het niet schuurt en of het niet toch ... Het is uitentreuren beargumenteerd. U zegt nu weer dat het niet voldoende is. Is mevrouw Karimi überhaupt te overtuigen van dit punt?
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Ik heb de motie niet ondertekend omdat ik dacht: ik ga dit debat gewoon open in en ik kijk op welke manier de minister dit tijdens het debat gaat onderbouwen. Ja, inderdaad, wij hebben schriftelijk overleg gehad. Ik was toen ook niet onder de indruk van de antwoorden. Dan wacht je het debat af. Het debat heb ik nu gehoord en eraan meegedaan. Ik moet zeggen dat ik de antwoorden van de minister uiterst zwak vond, voorzitter.
De voorzitter:
Vervolgt u uw betoog.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Dan de rol en de bevoegdheid van de gemengde comités. Ik zou ook echt antwoord willen hebben over de bevoegdheid van de gemengde comités ten opzichte van de harmonisatie. Zoals wij het verdrag lezen, hebben zij enorme bevoegdheden om dat zonder tussenkomst van welke parlementaire controle dan ook te doen.
Tot slot, voorzitter. Morgen hebben wij een hoofdelijke stemming hierover. Ik hoop dat D66-collega's en ChristenUnie-collega's die klimaatverandering heel belangrijk vinden, waarmee we gezamenlijk optrekken als het gaat om de strijd tegen klimaatverandering, nog een keer hier goed over nadenken, gezien wat zij gehoord hebben, gezien de ongelofelijk verwoestende impact van die economie van meer, meer en nog meer, zodat ze hun oordeel op een andere manier kunnen vellen.
En natuurlijk mijn gewaardeerde collega's van de fractie van de PvdA. De Jonge Socialisten hebben zich ook aangesloten bij de oproep die leden van de PvdA doen om de fractie van de PvdA tegen te laten stemmen. Het aantal ondertekenaars van die open brief groeit met het uur, dus ik zou zeggen: beste collega's, lieve medestrijders, wij hebben jullie nodig om dit verdrag tegen te houden. We kunnen dat samen doen, laten we dat dan ook doen.
De voorzitter:
Er is een interruptie van de heer Otten.
De heer Otten i (Fractie-Otten):
Dat is een hartverwarmende oproep van mevrouw Karimi, waar onze fractie zich ook van harte bij aansluit. Ik heb een vraag aan mevrouw Karimi. Voelt het als een persoonlijk falen dat de GroenLinks-fractie niet in staat is gebleken om de PvdA duidelijk te maken dat ze met een totaal dode mus blij gemaakt zijn? Dat ze niet voor rede vatbaar zijn gebleken, moet toch voor u ook een teleurstelling zijn, neem ik aan.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Het is voor mij een teleurstelling. De fractie van de Partij van de Arbeid en die van mij hebben ontzettend goede gesprekken. We voeren op het niveau van de inhoud gesprekken met elkaar. Inderdaad, wij zijn er niet in geslaagd om de fractie er tot nu toe van te overtuigen. Ik hoop dat het na dit debat wel lukt. Ik geef de hoop niet zo gemakkelijk op.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Karimi. Dan geef ik het woord aan de heer Backer. Sorry, de heer Van Rooijen heeft nog een interruptie.
De heer Van Rooijen i (50PLUS):
Ik vind het eigenlijk wel jammer dat de Partij van de Arbeidfractie de fractie van GroenLinks niet heeft kunnen overtuigen, als je samen wil optrekken.
De voorzitter:
Het is maar hoe je het bekijkt. Dank u wel, nogmaals. Ik geef het woord aan de heer Backer.