Verslag van de vergadering van 13 december 2022 (2022/2023 nr. 13)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.21 uur
Mevrouw Geerdink i (VVD):
Voorzitter. Namens de fractie van de VVD dank ik beide bewindslieden hartelijk voor de uitgebreide en kundige beantwoording in de eerste termijn. Tevens wil ik stilstaan bij de grote inzet van ambtenaren van het ministerie van Financiën en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij zijn er wederom in geslaagd om in het razende tempo van de afgelopen weken de inbreng van deze Kamer te verwerken. Dat heeft uiteindelijk elf wetsvoorstellen als resultaat, waarbij mij van het hart moet dat dit eigenlijk ondoenlijk is voor de leden van deze Kamer die, zoals u weet, niet voltijds kunnen werken aan een goede voorbereiding. Laten we volgend jaar streven naar minder fiscale wetsvoorstellen, met minder regelingen, meer gespreid over het jaar, zodat tijd en aandacht besteed kunnen worden aan enerzijds een solide belastingdienstorganisatie en anderzijds de bouw van een robuust, modern, concurrerend belastingstelsel. Dit zeg ik dit jaar, dit zei ik vorig jaar en dat zei ik ook het jaar daarvoor. Ik hoop echt dat de fiscale agenda van het volgende jaar een kentering laat zien.
Pensioenvermogen is vermogen dat een aanspraak behelst. Het is een aanspraak op toekomstig vrij beschikbaar vermogen. Mijn pleidooi voor het meenemen van al het pensioenvermogen daar waar onderzoek gedaan wordt naar de vermogensverdeling in Nederland blijf ik herhalen. Dan pas ontstaat een totaalbeeld op basis van feiten. Feiten op een bepaald moment, want na 1 januari is er weer een nieuwe werkelijkheid. De belastingmaatregelen die wij volgende week aanvaarden, hebben ook weer impact op de vermogensverdeling. Mijn vraag aan de staatssecretaris is of wij bij elke serieuze wijziging van ons belastingstelsel de effecten ervan op de vermogensverdeling kunnen ontvangen. Dat geldt bij de wetsvoorstellen of beleidsvoorstellen die ons worden aangereikt, maar ook voor de wijzigingen in ons pensioenstelsel. Dat begrijpt u.
Ten aanzien van de Overbruggingswet box 3 heeft de staatssecretaris al een doorkijkje gegeven naar de mogelijke verdere uitsplitsing en verfijning van de categorie overige bezittingen. Dat ligt onzes inziens voor de hand en dat onderschrijven wij.
Dan naar de periodieke giftenaftrek, die afgetopt wordt zonder te weten welke effecten resulteren voor de goededoelenorganisaties. Toezeggingen zijn gedaan over het monitoren van effecten, het overleg met de goededoelensector en het aanpakken van het echte probleem. Dat zijn allemaal goede toezeggingen, maar deze handelingen hadden eigenlijk moeten gebeuren voordat dit wetsvoorstel op basis van het ibo-rapport werd voorgelegd. Dat is de reden waarom we nu samen met het CDA en de PvdA een motie indienen — mijn collega zei dit zo-even al — met daarin de oproep om de maatregel niet uit te voeren dan nadat het onderzoek naar de effecten is uitgevoerd en over de uitkomsten daarvan is geïnformeerd. We zijn benieuwd naar de appreciatie van deze motie door de staatssecretaris.
De voorzitter:
Wilt u de motie voorlezen? Of sluit u zich aan bij de eerdere motie?
Mevrouw Geerdink (VVD):
De motie is al voorgelezen. Dit is dezelfde motie als die gelukkig al namens ons is ingediend.
De voorzitter:
Oké. Helder.
Mevrouw Geerdink (VVD):
Ten aanzien van de tijdelijke solidariteitsbijdrage is volgens mij de vraag onbeantwoord gebleven — maar ik kan het gemist hebben — of deze tijdelijke bijdrage niet op een eenvoudiger, minder administratieve rompslomp vereisende wijze via een tijdelijke accijnsverhoging in 2022 had kunnen worden vormgegeven.
De heer Koffeman i (PvdD):
Ik heb nog even een vraag over het vorige punt. Omdat collega Geerdink mede-indiener van de motie is, kan ze misschien ook een toelichting geven. Ik las in de motie dat gevraagd wordt te onderzoeken welke anbi's benadeeld worden. Naar mijn gevoel wilden we juist alle anbi's dezelfde gelegenheid geven en alle giftgevers dezelfde gelegenheid geven. In de motie wordt eigenlijk gezegd: laten we eens kijken welke anbi's benadeeld worden. Is dat inderdaad de intentie van de motie? Of is eigenlijk de bedoeling van de motie: geef eens wat voorbeelden van anbi's die benadeeld zouden kunnen worden en ontwikkel op basis daarvan nieuw generiek beleid?
Mevrouw Geerdink (VVD):
Dat laatste. Maar het is denk ik heel goed om eerst te weten welk effect de maatregel aan de kant van de ontvangers heeft, voordat je de maatregel aan de andere kant invoert.
Dan kom ik bij het slot. Komend jaar wordt een boeiend fiscaal jaar, waarin naar verwachting de fiscale agenda in Nederland, maar ook die in Europa, centraal zal staan. Een jaar hopelijk zonder al te veel tegenslagen, staatssecretaris, zodat u daar met volle kracht in kan investeren. Ik wens u daarbij heel, heel erg veel succes, want wij snakken allemaal naar een vereenvoudigingsoperatie.
Wij kijken uit naar de beantwoording in tweede termijn. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Geerdink. Dan is het woord aan de heer Van Apeldoorn, namens de SP.