Plenair Karimi bij behandeling Voortduringswet artikelen 2c en 4 Wet verplaatsing bevolking



Verslag van de vergadering van 28 maart 2023 (2022/2023 nr. 24)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.21 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Karimi i (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Dank aan de minister voor de over het algemeen heel heldere beantwoording van de vragen. Ik had al gezegd dat onze fracties welwillend staan tegenover dit wetsvoorstel. De antwoorden hebben dat bevestigd.

Ik wil graag drie constateringen doen. Ten eerste, de minister heeft gezegd: als het COA voldoende capaciteit had, was gebruikmaken van het staatsnoodrecht niet nodig. De vraag is: wanneer komen wij in een situatie waarin het COA in een positie terechtkomt waarbij we niet zo'n situatie nodig zouden hebben? De wereld om ons heen is namelijk ongelofelijk onzeker. Er zijn ongelofelijk veel onveiligheidssituaties gaande. Dat betekent voor mij dat het op orde brengen van de capaciteit en de situatie bij het COA topprioriteit nummer een, twee en drie voor de regering zou moeten zijn. Mijn vraag is of de minister dat met mij eens is.

Mijn tweede vraag en constatering is daaraan gekoppeld, naar aanleiding van de lessen die de minister trekt uit deze hele aanpak en de manier waarop de gemeenten de verantwoordelijkheid nemen en daar uitvoering aan geven. Wij hebben hier volgens mij allemaal geconstateerd dat dat buitengewoon soepel verloopt. Dat betekent dat de gemeenten eigenlijk vooral behoefte hebben aan die duidelijkheid. Daar bent u dan verantwoordelijk voor. Daar spreken wij u ook wettelijk bepaald op aan. Dat betekent voor ons dat de spreidingswet, waarbij we in afwachting zijn van de indiening, goed rekening moet houden met deze lessen. Is de minister dat met mij eens? Is zij bereid om met dezelfde passie die ik vanmiddag van haar heb gezien in haar eigen partij en in het kabinet ervoor te pleiten dat die verantwoordelijkheden van de gemeenten in de spreidingswet goed en helder geformuleerd gaan worden?

Het derde punt dat ik heel interessant vind — dat wil ik de minister meegeven — is de manier waarop de minister de analyse en het advies van de Raad van State heeft gebruikt om aan ons te laten zien dat zij het goed heeft gedaan, dat het kabinet de juiste besluiten heeft genomen. Ik zou zeggen: doet u maar hetzelfde met de spreidingswet.

De voorzitter:

Exact op tijd. Dank u wel, mevrouw Karimi. Dan is het woord aan de heer Van Hattem.