Verslag van de vergadering van 10 juli 2023 (2022/2023 nr. 41)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.47 uur
Mevrouw Karimi i (GroenLinks-PvdA):
Dank, voorzitter. Ook van mijn kant alvast de felicitaties aan de collega's die straks hun maidenspeech zullen houden.
Voorzitter. Dit wetsvoorstel maakt opnieuw de omvang van het toeslagenschandaal duidelijk, en ook de impact ervan op talloze mensen. Gezinnen zijn verscheurd en ouders zijn uit elkaar gegaan als gevolg van de keten van ellende, zoals beschreven in de memorie van toelichting. Tienduizenden mensen zijn getroffen. Hun levens zijn verwoest. Hun toekomstperspectieven zijn vernietigd en trauma's zijn achtergelaten.
Helaas verloopt het herstelproces traag. Het wordt gekenmerkt door een bureaucratisch moeras. We willen graag van de staatssecretaris horen hoe zij het proces in het algemeen wil versnellen. In haar brief van 4 juli 2023 heeft zij al enkele ideeën voor denkrichtingen genoemd. Mijn vraag is: waar staan we op dit moment? Kan de staatssecretaris toezeggen dat de onverantwoorde val van het kabinet, veroorzaakt door het partijbelang van de premier, geen negatieve gevolgen zal hebben voor het herstelproces? Gedupeerden mogen niet het slachtoffer worden van de cynische machtspolitieke strategieën van de VVD.
Voorzitter. Nu wil ik graag ingaan op het voorliggende wetsvoorstel. Dat doe ik met de volgende opmerkingen. Allereerst: het is heel erg belangrijk dat deze maatregelen voorliggen.
Het eerste punt is overcompensatie. Wij zijn niet bezorgd over mogelijke overcompensatie. Hoe langer de schadeafhandeling duurt en mensen geen compensatie ter tegemoetkoming ontvangen, hoe groter de schade wordt. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de getroffenen zelf, maar ook voor het vertrouwen in de overheid dat al op een dieptepunt is beland. Ik citeer nog een keer de memorie van toelichting: "De overheid heeft de keten van ellende veroorzaakt en lijkt te falen in het herstellen van onrecht en het bieden van genoegdoening". Daarnaast willen wij graag weten op welke basis het forfaitaire bedrag van €10.000 is gekozen en waarop de verwachting is gebaseerd dat dit bedrag in 70% tot 80% van de gevallen voldoende zal zijn.
Het tweede punt is rechtsongelijkheid. De Raad van State benoemt het risico van rechtsongelijkheid in zijn advies. Rechtsongelijkheid ontstaat ook door het handelen van de overheid. Bij de eerdere regeling van een forfaitair bedrag van €30.000 werd ouders gevraagd dit bedrag te delen met hun ex-partners. Sommige ouders hebben dit wel gedaan, andere niet. Bij de toekenning van het nieuwe forfaitaire bedrag van €10.000 aan de ex-partners zal dit geen rol spelen. Dat kan inderdaad situaties van rechtsongelijkheid veroorzaken. Hetzelfde geldt natuurlijk voor partners die wel bij elkaar zijn gebleven. We begrijpen dat de staatssecretaris niet wil treden in soms pijnlijke privésituaties, maar dit betekent niet dat er geen situaties kunnen ontstaan, waarbij mensen wel op basis van rechtsongelijkheid naar de rechter stappen. Hoe heeft de regering dit risico afgewogen en welke maatregelen zijn er getroffen? Wat zijn de verwachtingen?
De Raad van State adviseert om een eind te maken aan het introduceren van nieuwe maatregelen en nieuwe groepen om het risico op rechtsongelijkheid en mogelijke juridische procedures te beperken. De staatssecretaris geeft aan dat met deze laatste maatregelen inderdaad een einde komt aan het beleidsaspect van de compensatieregeling. In dit verband heb ik een vraag aan de staatssecretaris over mogelijk nieuw beleid. In dit wetsvoorstel wordt terecht een schuldenregeling voorgesteld voor ex-partners, vergelijkbaar met de regeling voor gedupeerden. Tijdens de behandeling van de Wet hersteloperatie toeslagen en tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen van vorig jaar heeft mijn fractie benadrukt dat een vergelijkbare regeling nodig is voor getroffen kinderen die een compensatie ontvangen als onderdeel van de kindregeling. Echter wilde de staatssecretaris niet aan dergelijke regeling beginnen. Kan zij verduidelijken waarom dit destijds niet mogelijk was voor kinderen, maar nu wel voor ex-partners?
Is zij bereid, zoals onze motie destijds vroeg, om een schuldenregeling voor kinderen in te voeren? Kan dit zonder wetswijziging? Wij hopen echt op een positieve reactie.
Voorzitter. Ik kom nu bij mijn laatste punt en dat is de uitvoering. Dat is het belangrijkste punt, ook bij dit voorstel. Allereerst is er de kwestie van de volgorde, waarin de zaken van ex-partners van gedupeerden worden behandeld, nadat de zaken van gedupeerden zelf zijn afgehandeld. Het is mij niet duidelijk in welke fase van de behandeling van de aanvraag van gedupeerden de zes maanden, dus de periode waarin ex-partners een aanvraag kunnen doen, begint te tellen. Is een periode van zes maanden voldoende, vraag ik de staatssecretaris. En wat gebeurt er als iemand zich na zeven maanden aanmeldt? Krijgt hij dan nul op het rekest? Dit is met name belangrijk voor ex-partners die in het buitenland verblijven. Welke communicatie en voorlichting worden verstrekt?
Daarnaast is er de kwestie van het uitbesteden van de uitvoering aan een externe partij. Hoewel het logisch zou zijn dat de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen, die al ervaring heeft, dit zelf uitvoert, wordt nu gekozen voor het invoeren van een externe marktpartij. Dat is althans een van de opties die de staatssecretaris onderzoekt. Dit brengt aanzienlijke kosten met zich mee, namelijk 19 miljoen euro. Waarom kan dit bedrag niet geïnvesteerd worden in de UHT, zodat zij zelf de uitvoering kan verzorgen?
Ik heb alle antwoorden op onze vragen zorgvuldig bestudeerd en ik heb ook het debat in de Tweede Kamer gevolgd. Helaas blijft de staatssecretaris een overtuigende onderbouwing schuldig. Dat geldt ook voor het antwoord op de vraag wanneer exact de staatssecretaris van plan is om een besluit te nemen. In dit debat hebben we echt behoefte aan duidelijkheid over de motivering van deze keuze. Ook zou ik graag willen weten van de impact van het amendement-Leijten zal zijn op de uitvoering. Hoe gaat de staatssecretaris dat vertalen in de uitvoering?
Voorzitter. Tot slot. Een overheid die haar burgers ongekend onrecht aandoet, hen in een keten van ellende stort en keer op keer laat zien dat ze niet in staat is om compensatie te bieden, schade te herstellen en vertrouwen te winnen, dat is helaas de huidige situatie. Waarom lukt het de overheid niet, zoals Renske Leijten, Tweede Kamerlid voor de SP, met haar kenmerkende passie betoogt, om de mens, het gezin en hun verhalen centraal te stellen en hen in één keer ruimhartig te helpen, genoegdoening te bieden en een nieuwe start te geven? Dit blijft voor de fractie van GroenLinks-PvdA een raadsel. In plaats van hardvochtig wantrouwen verdienen de burgers vertrouwen van de overheid.
Voorzitter. Graag wacht ik de reactie van de staatssecretaris af.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Karimi. Dan is het woord aan mevrouw Bakker-Klein voor haar maidenspeech. Ik ga de maidenspeechbel laten klinken. Ik kondig vast aan dat de gebruikelijke felicitaties zullen plaatsvinden na de eerste termijn van de Kamer, als ook de twee maidenspeeches zijn uitgesproken, zodat de collega's in één keer de gelegenheid krijgen om de desbetreffende leden te feliciteren. De heer Schalk spreekt als laatste, zoals het zich laat aanzien, dan weet u wanneer het felicitatiemoment ongeveer nadert. Ik geef nu met plezier het woord aan mevrouw Bakker-Klein, namens het CDA, voor haar maidenspeech. Gaat uw gang.