Verslag van de vergadering van 10 juli 2023 (2022/2023 nr. 41)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 20.06 uur
Mevrouw Karimi i (GroenLinks-PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik dank de staatssecretaris voor de beantwoording.
Ik zou graag willen doorgaan op het punt van collega Van Apeldoorn. Ik heb de brief nu ook inderdaad heel erg snel doorgelezen. Die eindigt ermee dat de gefaseerde uitvoering, die ik eigenlijk wil, niet kan: "Op grond van het voorliggende wetsvoorstel is een dergelijke gefaseerde inwerkingtreding niet mogelijk. Om het mogelijk te maken om met ingang van het eerste kwartaal van 2024 te starten met in ieder geval een deel van de regeling voor nabestaanden, bereidt het kabinet een aanvullende wetswijziging voor." Dat betekent eigenlijk dat het stukje dat de staatssecretaris wil, dus ten aanzien van de nabestaanden en de werkwijze die het amendement-Leijten introduceert, niet kan. Ik vind dus dat wij nu echt een dilemma hebben, want wij hebben met elkaar afgesproken om geen slechte wetsvoorstellen aan te nemen. Ik wil heel graag dat we dit wetsvoorstel aannemen, want ik weet ook dat de ex-partners en de nabestaanden van overleden gedupeerden gewoon zitten te wachten. Zij willen zo snel mogelijk toegang krijgen tot deze herstelmogelijkheden.
Ik ben dus op zoek naar hoe we hiermee om moeten gaan. Je ziet hierbij ook weer dat het zich wreekt dat wij dit soort wetsvoorstellen heel erg snel moeten behandelen. Het is vorige week in de Tweede Kamer aangenomen. Binnen een week komt het hier en moeten wij het behandelen. En vijf minuten voor het begin van dit debat komt er een brief binnen. Wij worden daarmee eigenlijk voor het blok gezet. We kunnen nu instemmen met een slechte wet, of in ieder geval met een wet waarvan de staatssecretaris zegt dat ze die niet kan uitvoeren zoals het vanuit de Tweede Kamer naar de Eerste Kamer gekomen is. Of we kunnen nu zeggen dat de staatssecretaris haar huiswerk over moet doen en met een brief moet komen, en dan wachten we met de stemming hierover. Beide situaties zijn gewoon niet goed, dus ik vind dat de staatssecretaris in de tweede termijn duidelijk moet maken hoe zij een goede uitvoering van dit wetsvoorstel, inclusief amendementen, kan garanderen. Want ik zou op dit moment echt niet weten wat ik aan mijn fractie moet adviseren qua stemgedrag.
Voorzitter. Dan het tweede punt. Wanneer gaat de staatssecretaris het besluit nemen om eventueel een commercieel bedrijf in te schakelen voor de uitvoering? Ik begrijp dat u die alternatieve route wilt bekijken. Daarin wilt u ook de ex-partners meenemen. Dat is allemaal prima; tot uw dienst. Maar gaat u dan op het moment dat u een besluit wilt nemen om misschien een commercieel bureau de taak te geven ook een zienswijze vragen aan de Raad van State en de Autoriteit Persoonsgegevens? In het oorspronkelijke wetsvoorstel dat ter advisering voorgelegen heeft bij de Raad van State zat namelijk niet die optie van een commercieel bedrijf. Ik zou dus heel graag willen weten wat de Raad van State hiervan vindt en ook wat de Autoriteit Persoonsgegevens hiervan vindt.
Een laatste punt ten aanzien van rechtsongelijkheid. De staatssecretaris kon het gewoon niet uitleggen. Dat was nou exact het advies van de Raad van State. Deze situatie creëert rechtsongelijkheid. Dat zien we. Dat zegt de staatssecretaris ook. De Raad van State zegt: je moet het kunnen onderbouwen, je moet kunnen uitleggen waarom. Op dit moment is die uitleg echt onvoldoende. De grote zorg van mijn fractie is dus dat er gewoon rechtszaken binnenkomen en dan gaan we hier weer mee door.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Karimi. Dan is het woord aan mevrouw Bakker-Klein namens het CDA.