Plenair Hartog bij behandeling Begroting Buitenlandse Zaken 2024



Verslag van de vergadering van 18 juni 2024 (2023/2024 nr. 36)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 12.30 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Hartog i (Volt):

Voorzitter, dank u wel. Dank aan de minister voor de antwoorden. Ik zal kort ingaan op de twee punten die ik heb voorgesteld in de eerste termijn.

Ik hoor wat u zegt over de EU en internationale organisaties. "Er is niemand die een probleem heeft gesignaleerd". Nou, bij dezen. Er ís een probleem als de Chinezen met twintig Afrikanen in the pocket onderhandelen, terwijl Nederland ruzie heeft met Italië over welke kant we opgaan. Dan is er een probleem. Ik heb dat dus geconstateerd. Ik ga deze minister daar niet meer mee lastigvallen; ik zal het ook aan de volgende minister voorleggen. Misschien zou uw team eens willen kijken naar de Nederlandse positie op de World Conference on International Telecommunications in 2012. Daarbij heeft de Nederlandse regering met anderen expliciet de Commissie willen uitsluiten en heeft het dus tegen een voorstel gestemd, tegen het advies van de juridische dienst van de Raad in. Maar dat laat ik even achterwege; daar kunnen we in het vervolg nog op terugkomen.

Het tweede is de Europese strategische agenda, het hoofdlijnenakkoord. Ik hoor wat u zegt. Nogmaals dank voor het op vertrouwelijke basis ter beschikking stellen van een document dat op 11 april al in Agence Europe stond en waarover ik maandag ook gewoon in de krant heb kunnen lezen. Maar goed, het betekent nog steeds dat we geen democratische controle hebben. Stel dat wij dat nu vertrouwelijk inzien en daar vragen over stellen. Dan krijgen we over twee weken misschien een antwoord en dan zeggen ze: ja, jammer, het is al gebeurd; de Europese Raad heeft het al vastgesteld. Dat is in mijn ogen geen democratische controle. Daarom wil ik de Kamer een motie voorleggen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Raad voornemens is om op 27 en 28 juni de strategische agenda voor de EU voor de periode 2024-2029 te bespreken en vast te leggen;

constaterende dat de tekst van genoemde strategische agenda niet wordt voorgelegd ter besluitvorming aan enig wetgevend lichaam, noch op EU- noch op nationaal niveau;

constaterende dat de genoemde agenda wordt vastgelegd vóór er een nieuwe Commissie is benoemd;

overwegende dat de strategische agenda weliswaar niet juridisch bindend, maar wel politiek richtinggevend is;

overwegende dat over alle politiek relevante voorstellen op een democratische manier zou moeten worden besloten;

overwegende dat er geen urgentie is om deze agenda vast te stellen;

verzoekt de regering om binnen de Europese Raad slechts "ad referendum" met de strategische agenda voor de EU in te stemmen — zonder dat dit de uitvoering ervan hoeft op te schorten geeft dit de regering de gelegenheid deze agenda in zowel de Eerste als de Tweede Kamer te behandelen en de daaruit voortvloeiende bevindingen opnieuw aan de Europese Raad voor te leggen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Hartog, Perin-Gopie, Belhirch en Van der Goot.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter I (36410-V).

Dank u wel. Vervolgt u uw betoog, meneer Hartog.

De heer Hartog (Volt):

Dit als laatste, voorzitter. We hebben vrij uitgebreid gesproken over de Palestijnse zaak. Ik wil eerlijk gezegd de regering en ook de minister danken voor de antwoorden en voor de nuance waarmee hiernaar wordt gekeken. Ook binnen mijn fractie wordt het leed van het Palestijnse volk gevoeld en echt gedragen. Dat zal u niet zijn ontgaan. Dit mag gewoon niet langer doorgaan; dit moet stoppen. In het algemeen heeft mijn fractie, en ook de Volt-beweging, moeite met het afzetten en het opzetten van de ene bevolkingsgroep tegen de andere. Wij zien dat de kracht van de Europese Unie zit in eenheid en diversiteit als een van de bouwstenen. De Voltfractie denkt dat een sterkere Europese Unie geen afbreuk hoeft te doen aan onze eigen individuele groepsidentiteit. Ieder van ons identificeert zich met een paspoort, een woonplaats, een taal, een opleiding, een geloofsovertuiging, een politieke overtuiging enzovoorts. Dat bindt ons met verschillende groepen maar zou ons niet van anderen moeten vervreemden.

Voorzitter. Ik voel me daarom goed thuis in de Voltbeweging, die geboren is uit de brexit. Wij zoeken naar wat ons bindt en niet naar wat ons verdeelt. Het getuigt van lef wat de Voltvertegenwoordiger Amsterdam, Itay Garmy, samen met zijn DENK-collega Sheher Khan probeert te doen, namelijk bruggen bouwen tussen mensen met een Israëlische achtergrond en een Palestijnse achtergrond. Ik ben trots op de Voltinitiatieven in Drenthe om immigranten te betrekken bij het verbeteren van hun gezamenlijke leefomgeving, nog vóórdat hun status is vastgesteld. Het geeft mij hoop dat Volt Cyprus zowel de Grieks- als Turkssprekenden insluit. Ik ben trots op Volt UK, dat zich in Londen met de rejoin-beweging inzet om de banden tussen het VK en de EU te versterken. Zij trekken ook samen op met Volt Éireann wat betreft Noord-Ierland.

De voorzitter:

Kunt u zich wel even beperken tot de begroting Buitenlandse Zaken?

De heer Hartog (Volt):

Ja, dit is de begroting Buitenlandse Zaken, voorzitter. Ook in ons werk en in onze besluiten zouden wij dit belang — dan kom ik op de begroting — en de noodzaak om samen te moeten werken voorop moeten stellen, ook voor het Israëlisch-Palestijnse conflict. Dialoog en samenwerking zijn de enige mogelijke oplossing.

Dank u, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan gaan we door naar de laatste aangemelde spreker in tweede termijn. Dat is de heer Nicolaï van de Partij voor de Dieren. Gaat uw gang.