Plenair Van Gasteren bij behandeling Aanscherping openbareordebeleid voor criminele vreemdelingen



Verslag van de vergadering van 9 juli 2024 (2023/2024 nr. 38)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.54 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Gasteren i (BBB):

Voorzitter, dank u wel. Vandaag bespreken we het wetsvoorstel Aanscherping openbare ordebeleid voor criminele vreemdelingen. Mijn verwachtingen waren heel hoog, maar uiteindelijk gaat het volgens onze fractie niet om heel grote veranderingen. Voordat ik begin, wil ik mede namens de BBB-fractie de minister feliciteren met haar benoeming en heel veel succes wensen voor de toekomst, met het nog leuker maken van Nederland, ook op het gebied van asiel en migratie. Het is trouwens even wennen om niet als eerste fractie te mogen spreken, maar dat die eer nu aan de GroenLinks-Partij van de Arbeidfractie ten deel valt. Dat willen we graag heel lang zo houden, dus succes daarmee.

Voorzitter. Het wetsvoorstel schrapt in de Vreemdelingenwet de huidige wettelijke bescherming tegen uitzetting van in Nederland geboren of opgegroeide vreemdelingen, maar wel met een zeer zware criminele voorgeschiedenis. Het voorstel verruimt echter alleen maar de afwijzingsmogelijkheden voor aanvragen om verlening. Dat is geen absoluut geldend criterium. De wet zegt nu: als je een misdrijf pleegt op het gebied van drugs, dan geven we je geen permanente vergunning. Maar als je andere misdrijven pleegt, dan geldt dat niet. Dan hebben we het over zedenzaken, moord en terrorisme. Wie kan daar nou tegen zijn? Dat vragen wij ons een beetje af. Ik kijk ook een beetje naar de rechterzijde van deze zaal, voor de kijkers links.

De wetswijziging heeft niet tot gevolg dat de vergunning automatisch wordt onthouden. Er is dus altijd een zorgvuldige individuele belangenafweging. Maar dit leidt ook tot onzekerheid. Want welke criteria worden er dan gebruikt? Hoe voorkomen we willekeur bij vergelijkbare gevallen die dan op een andere manier worden behandeld, waarvoor het leger aan pro-Deoadvocaten met succes in beroep kan gaan bij de rechter? De vraag aan de minister is hoe zij dit ziet. Kan zij wellicht een normatieve uitvoeringsrichtlijn formuleren om deze individuele toets zo veel mogelijk transparant, gesloten en achteraf ook toetsbaar te houden? Daar is vandaag ook al eerder een vraag over gesteld.

Zoals gezegd zorgt de wijziging ervoor dat meer soorten ernstige misdrijven kunnen leiden tot een afwijzing. Daarbij wordt aangesloten op het systeem van de glijdende schaal. Die glijdende schaal betekent heel simpel dat hoe langer je in Nederland bent, hoe zwaarder je misdrijf moet zijn om je permanente status te verliezen. Dat lijkt ons voor deze extra categorie heel logisch toepasbar. Enerzijds beoordeelt onze fractie het feit dat er meerdere zware misdrijven onder een mogelijke afwijzingsgrond kunnen vallen als positief. Anderzijds vinden wij dat de individuele toetsing te veel ruimte kan bieden voor onzekerheid, voor verschillende uitkomsten in vergelijkbare gevallen en dan ook weer een uitkomst die door de maatschappij, de burger en de boer, niet begrepen of gedragen wordt.

Volgens het verslag zijn er tussen de 5.000 en 6.000 meerderjarige vreemdelingen die voor hun vierde levensjaar naar Nederland zijn gekomen of hier zijn geboren, en die mogelijk een aanvraag voor onbepaalde tijd kunnen indienen. Het was vandaag al een paar keer besproken: de IND verwacht dat het er hooguit twintig zijn. Maar omdat het hier gaat om zware criminelen, is onze fractie van mening dat elk geval er een te veel is. Het is dan ook heel onverstandig, vinden wij, om de verscherping onder het efficiencyvergrootglas te leggen, zoals sommigen dan blijkbaar lijken te doen. Elk geval van bewezen zwaar crimineel gedrag is er gewoon een te veel, dus wat ons betreft staan nut en noodzaak niet ter discussie.

Voorzitter. Het recht biedt een enorme rijkdom aan redeneervormen. Het meest wezenlijke belang van recht is naar onze mening rechtvaardigheid. Dit criterium vereist inlevingsvermogen en het gevoel voor sociale verhoudingen. Een van de redenen, denken wij, van de in rap tempo afnemende acceptatie van immigratie in z'n algemeenheid, naturalisatie maar ook asielzoekers is mede gelegen in het feit dat er door de wetgever, de politiek, onvoldoende oog is voor dit fenomeen rechtsgevoel. Evident is dat het aanbieden van een verblijfstitel voor onbepaalde tijd aan zware criminelen niet strookt met de communis opinio over wat goed en fout is, oftewel het rechtsgevoel. Dit voorstel komt in onze ogen echt wel tegemoet aan dat belang van het rechtsgevoel. Het kan waarschijnlijk ook nog eens een goed middel zijn om het veelgenoemde gat tussen politiek en bestuur langzaam maar zeker te gaan dichten.

Het wetsvoorstel verandert ook niets aan het bestaande proces van terugkeer. Het gaat daarnaast om een hele kleine groep, dus de behandeling van een aanvraag kan binnen de normale procedure en door de bestaande diensten worden uitgevoerd. 20 gevallen op 23.000 is nog geen 0,1%, dus wat ons betreft is het voorstel daardoor alleen al uitvoerbaar en handhaafbaar. Het is ook doelmatig, het voldoet aan de juridische en wetstechnische toetsing en het is niet in strijd met de Grondwet, dus wat ons betreft kan het ook die toets der kritiek doorstaan. Maar is het dan allemaal duidelijk? Is het dan af? Nee, wij denken eigenlijk van niet. Wij hebben nog een aantal vragen en ook wat vraagtekens.

Artikel 1a zegt dat er binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze wet een verslag komt over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet. De BBB-fractie vraagt zich af of de minister kan aangeven in hoeverre het mogelijk is om binnen vijf jaar verder te specificeren en dat bijvoorbeeld eerder te doen, misschien door middel van een tussenevaluatie. Het gaat wel om heel belangrijke dingen, zowel voor de maatschappij als voor de betrokkenen. Dus hoe eerder je kunt evalueren, des te beter lijkt dat ons.

Daarnaast zijn we van mening dat voor het verkrijgen van maatschappelijke acceptatie van immigratie, waaronder die van echte asielzoekers — dat is een subgroep vreemdelingen — het van cruciaal belang is dat de groep zware criminelen niet eens in aanmerking zou moeten komen voor een verblijfsvergunning. De vraag van onze fractie aan de minister is de volgende. Er zijn natuurlijk wat bottlenecks in nationale en ook internationale wetgeving. Is zij van plan om die in de komende periode eens goed op een rijtje te zetten en met een plan van aanpak te komen hoe we daar het best mee kunnen omgaan?

In de nota naar aanleiding van het verslag van de Eerste Kamer schrijft de minister op bladzijde 8 dat strafbare feiten, gepleegd in het buitenland, ook onder de glijdende schaal kunnen vallen indien deze bij de IND bekend zijn. Schuilt hierin niet het gevaar dat in het ene geval de IND toevallig op de hoogte is en in een ander geval toevallig niet en dat twee op zich identieke gevallen op verschillende manieren worden behandeld, met een mogelijk succesvolle rechtsgang ten gevolge? Hoe ziet de minister het voor zich om dit gat van kennis van de IND te dichten?

Dan nog een klein ding, voorzitter. Het wetsvoorstel vervangt de bestaande redactie door het lid 2, dat eindigt met de woorden "een gevangenisstraf van zes jaar of meer is gesteld". Uit het oogpunt van taalpurisme, consistentie en uniformiteit in de redactie van wettelijke strafbepalingen dient in plaats van "zes jaar" gesproken te worden over "zes jaren". Onze fractie realiseert zich natuurlijk dat het doorvoeren van een wijziging in dit stadium niet mogelijk is, maar vraagt wel aan de minister om in de toekomst consistenter om te gaan met het taalgebruik.

Ten slotte, voorzitter. De BBB-fractie is voorstander van wet- en regelgeving welke zo transparant en voorspelbaar mogelijk is. Op het snijvlak van criminaliteit en vreemdelingenrecht is de BBB daarnaast uiterst kritisch op het permanent toelaten van zware criminelen tot Nederland, niet alleen omdat dit niet is uit te leggen aan de vele niet-criminele vreemdelingen die niet tot Nederland zijn toegelaten en niet alleen ten opzichte van de vreemdelingen die door de mangel van het IND-proces moeten zonder zelfs maar iets op hun kerfstok te hebben, maar ook richting de inwoners van Nederland waarvan het rechtsgevoel niet strookt met het toelaten van zware criminelen, of ze nu hier geboren zijn of niet. Zwaar crimineel gedrag mag niet en nooit beloond worden. Het extra kritisch toetsen van de vergunning om in Nederland te mogen blijven zal ook zeker enig afschrikkingseffect kunnen hebben. Voor de BBB is het uitgangspunt dat zwaar criminele vluchtelingen en vreemdelingen zonder permanente verblijfsvergunning nooit een permanente vergunning zouden moeten krijgen. De BBB-fractie worstelt met de vraag of we nu tegen deze wijziging stemmen omdat we die niet ver genoeg vinden gaan, of voor omdat alle kleine beetjes helpen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Gasteren. Ten slotte is het woord aan mevrouw Perin-Gopie namens Volt.