Verslag van de vergadering van 8 oktober 2024 (2024/2025 nr. 03)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.07 uur
De heer Van Rooijen i (50PLUS):
Voorzitter. Ik kan 50 jaar terugkijken, naar 1974, maar dat zal ik u besparen.
(Hilariteit)
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Graag wil ik mijn eerste termijn beginnen met een welkom aan het nieuwe kabinet. We leven in onrustige tijden en het zal voor u ieder individueel en gezamenlijk geen gemakkelijke klus zijn. Sterkte dus, zeg ik nu maar vast.
50PLUS beschouwt zichzelf niet als oppositiepartij. Wij doen zaken, graag zelfs, met iedereen die met ons de belangen wil dienen van de 50-plussers in Nederland. Dan praten we zo ongeveer over de helft van de bevolking. Ik nodig het kabinet uit om zich te verdiepen in onze agenda, net zoals wij uw agenda serieus zullen nemen en bezien waar die aansluit bij die van 50PLUS.
Eerst een sfeerbeeld. Mijn partij maakt zich zorgen over het feit dat steeds vaker wordt geredeneerd vanuit een mogelijk generatieconflict, dat er in onze ogen niet is. Ouderen zijn dan mensen wier tijd is geweest en die er dus minder toe doen. Ouderen bezetten woningen, terwijl de jeugd snakt naar woonruimte. Let wel: bezetten. Ze zitten dus in de weg. De AOW staat onder druk. Bij een verhoging van de AOW zie je steeds pogingen om een beetje weg te halen of niet toe te kennen. Ik noem bijvoorbeeld maar weer de afschaffing van de Inkomensondersteuning AOW van €28 per maand. Gaat uw kabinet daarmee door, zo vraag ik de premier. Graag een compleet en inhoudelijk antwoord.
Dan de huisvesting. Ongetwijfeld wonen er veel ouderen alleen of met z'n tweetjes in ruime huizen. Maar wat biedt Nederland als alternatief? In mijn jeugd, de eerste vijftien jaar na de oorlog, kwamen we ook veel woningen tekort, eerst door de oorlogsschade en daarna door de babyboom. Dat heette toen woningnood. We bouwden toen voor ouderen bejaardenhuizen, waar gezelligheid een belangrijker element was dan gezondheidsproblemen. Je kon je daarvoor gewoon opgeven. De sleutel om binnen te komen, heette niet "indicatie". Het waren tehuizen met theekransjes, klaverjasclubs en een biljart. We hadden toen ook veel meer particuliere verbanden die dat organiseerden. Kerken, vakbonden, stichtingen en andere maatschappelijke instellingen hielden zich daarmee bezig. Tegenwoordig moet bijna alles van de overheid komen en mede daardoor staan niet hartelijkheid of belangstelling meer voorop, maar urgentie, nut en efficiency, dat soort argumenten. We hebben verpleeghuizen met heel toegewijd personeel en prachtige zorg, maar daar kom je alleen nog op indicatie in. Dan is thuis wonen ook geen optie meer.
Voorzitter. Kracht moet onze inspiratie zijn, kracht en optimisme. Poets de motieven weg voor rancune, bitterheid en verwijten. Geef allereerst de oudere mensen ook weer optimisme, tevredenheid over vandaag en vertrouwen voor morgen. Maar dan moeten we het ook weer hebben over de pensioenen. Iemand moet erover spreken, gelukkig met mevrouw Lagas van de BBB-fractie.
Voorzitter. Serieus, de Wet toekomst pensioenen, de Wtp, wordt een ramp. Nu al veel te gecompliceerd en onbetaalbaar om in te voeren — of in te varen, wat u maar wilt — en straks een drama voor de rechthebbenden. Dat zijn nota bene 10 miljoen Nederlanders. Wat me dan nog het meeste benauwt, is dat alle kritiek onbespreekbaar is. Met geheel vrijwillig watten in onze oren en met een blinddoek voor de ogen, hobbelen we als zombies achter elkaar naar de afgrond. Een stille optocht die niet te stoppen lijkt. Elk contra-argument werd niet weerlegd, maar weggewoven. Daar kan ik over meepraten. Opeenvolgende coalities wilden hun handen er niet aan branden. Elkaar opvolgende ministers lazen ambtelijke bezweringen voor die geen of weinig hout sneden, maar vooral deskundig moesten klinken.
Ik noem ook Klaas Knot, die met zijn rekenrente-aberratie tientallen miljarden aan pensioenvermogen heeft laten verdampen en hier in dit huis kortgeleden nog de onkunde van De Nederlandsche Bank mocht etaleren. Ik denk aan topdeskundigen van EIOPA, de Europese pensioentoezichthouder, die daags na het optreden van Knot hier bevestigd hebben dat Nederlandse pensioenfondsen het grootste liquiditeitsrisico lopen door de extreem grote rente-afdekking. Dan heb je het grootste pensioenvermogen in de Europese Unie en dan zorgt nota bene De Nederlandsche Bank ervoor dat wij als eersten in grote problemen komen. Heeft het kabinet begrip voor deze zorg, ja of nee?
Het is nu niet de tijd en de plaats om inhoudelijk alle argumenten nog eens langs te lopen. Die tijd krijg ik nog een keer. Maar we staan met een nieuwe regering aan de start van misschien wel de laatste etappe, de laatste kans om een pensioenramp af te wenden. Ik ben niet al te optimistisch als ik zie dat om te beginnen de coalitie er een vrije kwestie van heeft gemaakt. Maar voor 50PLUS is dit dé kwestie.
Voorzitter. Minister Van Hijum is wel verantwoordelijk voor de uitwerking van de Pensioenwet. Hij is geen pensioendeskundige van huis uit, maar hij heeft nog dezelfde ambtenaren als zijn voorganger. Krijgen we dus weer hetzelfde beleid en dezelfde antwoorden?
Ik las een zeer indrukwekkend betoog van voormalig pensioenbestuurder Adri van der Wurff in Pensioen Pro van 26 september. Het is een bekentenis en een schets van binnenuit de pensioenwereld. Het gaat over de schaamte en de twijfel die breed leven binnen de pensioensector, bij bestuurders en bij uitvoerenden. Veel van hen betreuren het dat zij de nieuwe Pensioenwet over zich heen hebben laten komen zonder nadrukkelijk hun zorgen daarover te uiten. Het is een aangrijpend verhaal over een leger van jaknikkers dat geen moed had om alarm te slaan en nu spijt heeft. Het schetst een wereld van schaamte, na een proces van meer dan tien jaar dat gekenmerkt werd door veel bluf, leugens en onkunde; vooral verzwegen onkunde die met bluf werd gecamoufleerd door pensioendeskundigen, ambtenaren en eerdere bewindslieden.
Wie in het kabinet durft voluit ja te zeggen op mijn vraag: snapt u nu echt goed waar het over gaat; overziet u de consequenties? Ik kijk ook naar mijn collega's in de Eerste Kamer. De sector zelf overziet het al niet meer, zo blijkt ook uit het aangrijpende betoog van Van der Wurff, dat in heel Den Haag en de pensioenwereld een sirene zou moeten laten loeien. Het is met compassie geschreven over mensen die gevangen zitten in een systeem en dat ook weten en beseffen — Kafka is er niets bij — maar machteloos zijn om de uitgang te vinden.
Voorzitter. Ik ben geen uitgever, maar vandaag een beetje. Ik heb voor de minister-president en voor zijn hele ploeg een exemplaar van dat betoog, en ook voor elk lid van de Eerste Kamer. Lees het allemaal goed en overweeg wat er staat. Ik zou graag de bode willen vragen om het uit te delen. Wil de minister-president hier na lezing uitvoerig op reageren?
De voorzitter:
We zullen het op een andere manier verspreiden, want we moeten het ook openbaar maken, zodat ook de mensen thuis het tot zich kunnen nemen. We gaan ons best doen.
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Het zijn twee stapels, voorzitter, een voor het kabinet en een voor de Eerste Kamerleden. Twee kantjes, met een voor- en achterkant.
Voorzitter. Premier Schoof kan, en u allen kunt, erop rekenen dat 50PLUS niet zal opgeven. Wij zullen alles doen om de nieuwe wet alsnog te stoppen of om die op onderdelen aan te passen. Dat is in het belang van alle betrokkenen, de gepensioneerden en de werknemers, die de gepensioneerden van morgen zijn. Stop het invaren.
Dat brengt mij op een gebeurtenis tijdens de formatie waarvan ik schrok. Uit de Schoo-lezing van Pieter Omtzigt begreep ik dat het ABP, mede namens een aantal pensioenfondsen, tijdens de formatie de coalitie heeft gechanteerd met de dreiging geen investeringen te doen in onder andere Nederlandse woningbouw als de Wet toekomst pensioenen door de coalitie in gevaar zou worden gebracht. Kan de minister-president die chantage bevestigen? Waarom heeft u niet gewoon gezegd: dan maar niet? De pensioenfondsen hebben namelijk net zo veel belang bij die investeringen als de overheid. Hoe ziet de premier dat?
Voorzitter. Het is tijd voor een fiscale zijsprong. Deze Kamer ergert zich al jaren aan de gewoonte van opvolgende regeringen om misbruik te maken van de omstandigheid dat de senaat geen recht van amendement heeft, door het belastingplan te vervuilen met andere zware wetsvoorstellen welke onvoldoende of geen samenhang vertonen. Daar mogen we dan van alles van vinden, maar verwerpen kan niet omdat we dan het hele belastingplan moeten verwerpen. Dan zou de Eerste Kamer een ander en groter probleem scheppen. In die afweging heeft de Eerste Kamer steeds voorrang gegeven aan het niet hinderen van de uitvoering van het beleid. Dat is heel chic van ons, maar waarom is de regering dan ook niet chic naar ons? In 2015 hebben wij via de motie-Hoekstra ons democratisch verlangen uitgesproken. Maar ook uw regering komt alweer in haar eerste belastingplan met wetgevende vervuiling, zoals ik dat maar noem. Waarom toch bent u zo bang voor de Eerste Kamer?
De voorzitter:
Let u op uw spreektijd, meneer Van Rooijen?
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Ja, voorzitter.
De voorzitter:
Die is namelijk bijna voorbij.
De heer Van Rooijen (50PLUS):
Ik ben aan het slot. Begin juli heb ik de minister-president schriftelijke vragen gesteld over de bemoeienis van prinses Laurentien en haar stichting, SGH, met de afdoening van de toeslagenellende. Nu, drie maanden later, hebben wij nog steeds geen antwoord ontvangen. Die antwoorden moeten van u komen, want niet het dossier, en daarmee de vakbewindspersoon, staat voorop, maar de positie van de leden van het Koninklijk Huis. Dat is uw portefeuille. Waarom zijn de antwoorden er nog niet? Kunt u bevorderen dat inhoudelijke antwoorden op mijn vragen nu snel te verwachten zijn? Hoeveel studietijd heeft u nog nodig? Ik wacht de antwoorden van de premier met buitengewone belangstelling af.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Rooijen. Dan is het woord ten slotte aan de heer Van der Goot namens OPNL. Met "ten slotte" bedoel ik ten slotte in deze termijn.