Plenair Van Knapen bij voortzetting behandeling Begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2025



Verslag van de vergadering van 25 maart 2025 (2024/2025 nr. 23)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 22.03 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Knapen i (BBB):

Voorzitter, dank u wel. Heel veel dank aan de minister en de staatssecretaris voor het beantwoorden van de vragen en voor het honoreren van de twee door mij gevraagde toezeggingen.

Ik heb twee moties. Die zijn allebei in te leiden met prachtige volzinnen en dat ga ik niet doen. Ik lees alleen de moties voor. De eerste gaat over krimp- en grensregio's.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat krimp- en grensregio's een sterk fundament nodig hebben om de impact van de demografische veranderingen het hoofd te kunnen bieden;

constaterende dat sterke onderwijs- en kennisinstellingen in die regio's daarvoor essentieel zijn;

overwegende dat de regering dit ook beoogt, maar nadere concretisering daarvan nog plaats moet vinden;

overwegende dat de hogeronderwijsinstellingen in de grens- en krimpregio's meer maatwerk nodig hebben;

verzoekt de regering om zo spoedig mogelijk deze concretisering en dit maatwerk te bespreken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Knapen.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter U (36600-VIII).

De heer Rietkerk heeft een vraag voor u.

De heer Rietkerk i (CDA):

Een verduidelijkende vraag. Ik kan hem eventueel ook voor een derde termijn bewaren. Ik zou de fractie van BBB graag willen vragen wat het dictum van de motie toevoegt aan het amendement-Bontenbal cum suis wat betreft het maatwerk en de middelen.

De heer Van Knapen (BBB):

Maatwerk betekent dat we daar vandaag niet uitgekomen zijn. Er zijn heel veel restricties wanneer je voor elkaar wilt krijgen wat wij graag willen. Dat vergt maatwerk en denkwerk. De vraag is om dat zo spoedig mogelijk te doen. Je kunt het natuurlijk ook weer voor je uit schuiven.

De heer Rietkerk (CDA):

Het klinkt sympathiek. U kent het amendement-Bontenbal cum suis, neem ik aan. Dat is in feite aangenomen met een bedrag van 125 miljoen. Betekent het dat u in het verlengde daarvan vraagt om goed te kijken naar de daar genoemde grensregio's en daar het maatwerk te leveren? Kan ik de motie zo duiden of duidt u haar zo?

De heer Van Knapen (BBB):

Ja. Helemaal. Dank u wel.

De voorzitter:

De volgende motie.

De heer Van Knapen (BBB):

Die gaat over een toets anderstalig onderwijs. Afgekort noemen wij die TAO.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat krimp- en grensregio's een sterk fundament nodig hebben om de impact van de demografische veranderingen het hoofd te kunnen bieden;

constaterende dat sterke onderwijs- en kennisinstellingen in die regio's daarvoor essentieel zijn;

overwegende dat de hogeronderwijsinstellingen in de grens- en krimpregio's meer maatwerk nodig hebben;

overwegende dat dit ook erg belangrijk is voor de economische ontwikkeling in die gebieden;

verzoekt de regering om zolang de hogeronderwijsinstellingen in de krimp- en grensregio's de toets anderstalig onderwijs (TAO) voor bestaand onderwijs zelfkritisch uitvoeren, terdege en beargumenteerd rekening te houden met de genoemde, bredere maatschappelijke belangen van grens- en krimpregio's,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Knapen.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter V (36600-VIII).

De heer Van Meenen namens D66.

De heer Van Meenen i (D66):

De heer Van Knapen heeft in de eerste termijn hoog ingezet, want hij heeft gewoon een instelling genoemd waarvan hij vond dat de bezuiniging door het kabinet daar weggenomen moest worden. Dat heeft hij letterlijk gevraagd. Dat was volgens mij de Open Universiteit. Ik weet niet eens of hij daar antwoord op gekregen heeft, maar het gaat in ieder geval niet gebeuren. Ik vroeg me af wat er nu over is van die inzet. Het was een voorbeeld, dus die inzet gold dan ook nog voor al die andere instellingen in de regio. Hoe wilt u ermee omgaan?

De heer Van Knapen (BBB):

Ik heb mij beperkt tot Zuid-Limburg met een voorbeeld. Waarschijnlijk proberen wij dit nu breed te trekken voor alle krimp- en zorgregio's waar ik vanmorgen over ondervraagd werd en die wij kunnen aanwijzen in heel Nederland, van Groningen tot Zeeland en van oost naar west. Daar hoort Heerlen nog steeds bij.

De heer Van Meenen (D66):

Dat begrijp ik. Maar, voorzitter, als ik mag.

De voorzitter:

Gaat uw gang, meneer Van Meenen.

De heer Van Meenen (D66):

De vraag was vanochtend om daar die bezuinigingen weg te halen. Dat was letterlijk uw insteek en dat vroeg u de minister. "Doe dat, want dat is allemaal heel veel waard en dat is belangrijk." Dat deel ik overigens ook. Maar nu vraagt u om maatwerk. Betekent maatwerk in uw motie dat alle bezuinigingen daar weg moeten?

De heer Van Knapen (BBB):

Dat zou daarvan een onderdeel kunnen uitmaken. Zeker.

De heer Van Meenen (D66):

Maar dat moeten we toch weten? We moeten toch weten waar we voor stemmen? Er ligt een bezuinigingsopdracht.

De heer Van Knapen (BBB):

Het gaat om maatwerk in een regio waar de belangen van die regio breder zijn dan alleen de onderwijsinstelling. Je hebt ook de andere instellingen in de regio nodig om het voor elkaar te kunnen krijgen. Het is een in elkaar grijpend geheel in al die krimpregio's.

De voorzitter:

Tot slot, meneer Van Meenen.

De heer Van Meenen (D66):

Sorry, ik kan dit niet helemaal volgen. De heer Van Knapen vroeg aan de minister om de bezuiniging daar weg te halen. Toen hebben we hier de discussie gehad of het nou alleen over Limburg gaat of over al die regio's. Het gaat over al die regio's. Nu vraag ik wat maatwerk betekent en dat is dan het met elkaar in samenhang bekijken. Betekent het nou het weghalen van de bezuinigingen uit al die grensregio's en taalregio's of betekent het dat niet? En als het dat niet betekent, wil ik er nog een vraag aan koppelen. Ik heb net een motie ingediend over een krimpregiofonds naar analogie van mbo en hbo. Hoe kijkt u daarnaar?

De heer Van Knapen (BBB):

Waarschijnlijk kijken we daar heel positief naar, maar daar moeten we in de fractie over babbelen.

De voorzitter:

Dan ga ik naar mevrouw Perin-Gopie namens Volt.

Mevrouw Perin-Gopie i (Volt):

Ik hoor de heer Van Knapen spreken over krimpregio's van noord tot zuid en van oost naar west. Zegt de heer Van Knapen hier dan mee dat Nederland één grote krimpregio is?

De heer Van Knapen (BBB):

Grensregio's. Krimpregio's. Die liggen langs de oostgrens, de noordgrens en in Zeeland bij Zeeuws-Vlaanderen. Daar hebben we het vandaag uitvoerig over gehad. Daar kan toch geen misverstand over bestaan?

Mevrouw Perin-Gopie (Volt):

Bij mij is wel een misverstand ontstaan. Ik hoor de heer Van Knapen zeggen: van noord naar zuid en van oost tot west. Welke krimpregio's of grensregio's in west bedoelt hij dan?

De heer Van Knapen (BBB):

"West" had ik weg moeten laten. Dat geef ik onmiddellijk toe, want dat is de Randstad als u dat bedoelt.

De voorzitter:

West niet?

De heer Van Knapen (BBB):

West niet.

Mevrouw Perin-Gopie (Volt):

Ik ben helemaal verward. Ik dacht dat ik het te breed had opgevat, want Zeeland ligt wel in het westen van het land. Hij bedoelde Zeeland dus wel, maar niet de Randstad, begrijp ik.

De heer Van Knapen (BBB):

Dat is een grensregio en die hebben we vandaag meerdere malen aan de orde gehad.

De voorzitter:

We zullen nog even een kaart ronddelen. Bent u klaar, meneer Van Knapen? U bent klaar. Dan gaan we naar de heer De Vries namens de SGP.