Verslag van de vergadering van 8 april 2025 (2024/2025 nr. 25)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 20.53 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
Mevrouw Van Toorenburg i (CDA):
Dank, voorzitter. Dank aan de minister. Het is inderdaad wel een beetje bijzonder dat we hier in de Eerste Kamer een debat hebben over het Gemeentefonds, maar het raakt natuurlijk wel echt aan de uitvoerbaarheid van beleid, waarover grote zorgen zijn. Die zijn er niet alleen bij ons. De medeoverheden hebben dat heel aandringend bij ons aangegeven, maar ook onze adviseurs, als ik die zo mag noemen. De Raad voor het Openbaar Bestuur heeft zijn verantwoordelijkheid genomen en herhaaldelijk aangegeven dat er echt een disbalans is tussen de taken en de middelen die daarvoor zijn gegeven. Wij zijn hen ook zeer veel dank verschuldigd omdat ze dat zo helder bij ons aangeven. Het raakt ook de rechtmatigheid van de keuzes die worden gemaakt, gelet op artikel 108 van de Gemeentewet. De minister geeft daar een toch wel wat bijzondere uitleg aan, die niet geheel strookt met de zienswijze van de ROB en die ook niet direct volgt uit de wetsgeschiedenis, waaruit toch duidelijk blijkt dat alle uitvoeringskosten zullen moeten worden vergoed. Dat is uiteindelijk de opdracht die is gegeven.
Ik dank de minister ook vooral voor de toezeggingen die zij heeft gedaan om de pijnpunten mee te nemen die wij er vandaag nog naast hebben gelegd. Dat gaat onder andere over die informatiebeveiliging en duurzaamheid. Wat die informatiebeveiliging betreft kan ik hier in huis alleen maar zeggen, en dat vind ik gewoon af en toe leuk, dat ik toch wel weer enorm bof met ambtenaren zoals ik daar in het wonderschone Nuenen heb, die zo helder onder elkaar kunnen schrijven wat uiteindelijk echt naar gemeenten toe komt, zodat we weten hoe het nou werkelijk gaat met de uitvoering. Dat moeten wij als Eerste Kamerleden namelijk altijd wel ten tonele brengen hier.
Voorzitter. De minister houdt natuurlijk wel nog een beetje de kaarten voor de borst. Laat ik het zo zeggen: als ze straks terugrijdt in haar dienstauto, mag ze ook wel een beetje jubelen. Het is namelijk een pittig gesprek geweest. Maar ze mag het ook zien als een steun in de rug die wij vandaag hebben gegeven. Ik denk dat de ambtenaren in de kamers hiernaast helemaal niet huilen en zitten van: o, o, o, wat krijgen we nou voor moties om mee te dealen. Misschien denken ze wel: yes, misschien komen we nu een heel eind aan die akelige tafel van de Voorjaarsnota, want jeetje, wat komen er veel eisen op tafel.
Voorzitter. Ik zei dat de minister de kaarten tegen de borst houdt. Er zijn een paar moties die wij medeondertekend hebben. En ja, het is natuurlijk waar dat mevrouw Fiers niet bij Wim van de Camp in de klas zat, die zowat elke motie die ik in concept had en die langer was dan vier zinnen doorstreepte en vroeg: kun je niet wat kernachtiger zeggen wat je wilt? Dat heb ik van hem geleerd. U heeft ermee te dealen dat ik uit het klasje van Van de Camp kom en daarom doorgaans zo kort en pittig van stof kan zijn.
Voorzitter. Het was een mooi debat. Ik denk dat wij de minister hebben meegegeven waar onze zorgen liggen die ons zo indringend zijn voorgehouden. Ik denk dat ze een pittige strijd mag voeren en zich gesteund weet door deze Kamer, die het waardevol vindt om op te komen voor de medeoverheden, want dan kom je uiteindelijk op voor al onze inwoners voor wie we het allemaal doen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van Toorenburg. Dan is het woord aan de heer Van der Goot namens OPNL en mede namens Volt en de Partij voor de Dieren.