Rappelabele toezeggingen Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Vooruitblik maart 2024)



Dit is het rappel vanaf 02-01-24 tot 02-07-24.

 




Toezegging De Kamer jaarlijks schriftelijk te informeren over de monitoring van de Wet inburgering 2021 (35.483) (T03101)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Van Gurp (GroenLinks), toe de Kamer jaarlijks schriftelijk te informeren over de monitoring van de Wet inburgering 2021.


Kerngegevens

Nummer T03101
Status openstaand
Datum toezegging 1 december 2020
Deadline 1 juli 2024
Verantwoordelijke(n) Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Kamerleden drs. R. van Gurp (GroenLinks-PvdA)
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen asielzoekers
gezinsmigratie
migranten
monitoring
ondertussengroep
slagingspercentages
Kamerstukken Wet inburgering 2021 (35.483)


Uit de stukken

Handelingen I 2020-2021, nr. 12, item 4, p.2-3

De heer van Gurp (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb nog twee minuten. Resumerend vraag ik het volgende. Wat kan deze Kamer? Dat is altijd moeilijk, hè? Je kunt tegen een wet stemmen, maar ik ben helemaal niet van plan om tegen de wet te stemmen. Je kunt de minister heel vriendelijk in de ogen kijken en vragen: wil je het alsjeblieft voor me doen? Nou, daar komt het ongeveer op neer. Als het in een motie moet, dan moet het in een motie, maar nog liever heb ik dat u het gewoon belooft op de punten die ik heb genoemd. Zou u nou heel goed in de gaten kunnen houden — en dat noem ik monitoring; jaarlijks wordt er gemonitord — hoe die verhoogde taaleis doorwerkt in slagingspercentages en hoeveel mensen er halverwege de rit toch nog naar een lager niveau moeten terugschakelen? Zou u ook heel goed willen monitoren wat er met de gezinsmigranten gebeurt? Ik wijs op mijn zorg dat er eerste- en tweederangs inburgeraars komen. Kunt u zorgen dat die zorg niet bewaarheid wordt? Daar hebben we getallen voor nodig. Zou u heel goed willen monitoren dat de ondertussengroep — een lelijk woord voor de groep die nog instroomt — niet tussen de wielen van de wagen komt, zodat die mensen een zo veel mogelijk op de nieuwe wet gebaseerd systeem van inburgering kunnen krijgen? En zou u goed voor ons in de gaten willen houden hoeveel sancties er nu eigenlijk worden uitgedeeld en wat het effect van die sancties is? "Goed in de gaten houden" impliceert dan natuurlijk dat het inzichtelijk wordt gemaakt, dat wij dat ook nog mogen zien. Ik vraag u ook om de bereidheid uit te spreken om het systeem bij te stellen als de zorgen die wij daarover hebben zich voordoen, want dan kunnen we met een gerust hart samen de toekomst ingaan.

Handelingen I 2020-2021, nr. 12, item 10, p.12-13

Minister Koolmees:

De heer Van Gurp vroeg mij de monitoring toe te zeggen. Ik ga hem nu even volledig tegemoetkomen. Ik begin met de slagingspercentages. Voor de gehele doelgroep van de

nieuwe Inburgeringswet wordt bijgehouden op welk niveau examen wordt gedaan, hoeveel mensen er slagen en hoelang ze daarover gedaan hebben. Over de gezinsmigranten

heb ik net al iets toegezegd over het verschil tussen asielmigranten en de gezinsmigranten. De derde is de ondertussengroep. In de bestuurlijke afspraken met de gemeenten

in het voorjaar heb ik afgesproken dat we de ondertussengroep blijven volgen om te kijken hoe de zaken zich ontwikkelen. In de verdere afspraken met gemeenten — in december is de eerste afspraak — gaan we meer concreet vormgeven hoe we dat in de toekomst kunnen blijven monitoren.

Tot slot de opgelegde sancties door gemeenten en DUO. Deze zullen in een jaarlijkse monitor opgenomen worden. Hiermee kan onderzoek worden gedaan naar de effecten

van deze sancties. Daarmee hoop ik de heer Van Gurp echt ruimschoots zaken toegezegd te hebben.

De voorzitter:

Toch heeft de heer Van Gurp nog behoefte aan een verhelderende vraag. Gaat uw gang, meneer Van Gurp.

De heer Van Gurp (GroenLinks):

Het is altijd prettig om ruimschoots tegemoetgekomen te worden. Ik kan niet ontkennen dat u op de meeste vragen van mij ja hebt gezegd. Dat is buitengewoon plezierig. Naturalisatie is vanmiddag aan de overkant geregeld, dus dat is ook mooi. Nog iets over termijnen: wat is de interval in de monitoring, wanneer krijgen wij het te zien, wanneer

spreken we erover, et cetera?

Minister Koolmees:

Er is sowieso een evaluatie na drie jaar afgesproken. Maar de monitoring gaat natuurlijk pas lopen als het stelsel ingaat, dus dat begint pas 1 januari 2022. De ondertussengroep speelt natuurlijk al komend jaar. In tweede termijn kom ik erop terug wat we kunnen toezeggen qua timing. Want we hebben natuurlijk eerst bestuurlijke afspraken te

maken en dan ...

De heer Van Gurp (GroenLinks):

Ik weet dat die tussenevaluatie pas na drie jaar is. Maar ik zou de monitoring niet pas na drie jaar willen bespreken.

Minister Koolmees:

De monitoring is jaarlijks.

De heer Van Gurp (GroenLinks):

Daarvan worden we dus jaarlijks op de hoogte gesteld en in de gelegenheid gesteld om daarover vragen te stellen.

Minister Koolmees:

Ja.

De heer Van Gurp (GroenLinks):

Dank u wel.

Minister Koolmees:

Dan heb ik de jaarlijkse monitoring ook gehad.

De heer Van Gurp (GroenLinks):

Dit gebeurt me niet dagelijks.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Toezenden voortgangsbrief Seniorenkansenvisie (36.410 XV) (T03798)

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Rooijen (50PLUS), toe de Kamer de voortgangsbrief van de Seniorenkansenvisie - die eind 2023 naar de Tweede Kamer wordt gestuurd - ook naar de Eerste Kamer te sturen.


Kerngegevens

Nummer T03798
Status voldaan
Datum toezegging 14 november 2023
Deadline 1 juli 2024
Verantwoordelijke(n) Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Kamerleden drs. M.J. van Rooijen (50PLUS)
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen ouderenparticipatie
participatie
senioren
seniorenkansenvisie
Kamerstukken Begrotingsstaten Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2024 (36.410 XV)


Uit de stukken

Handelingen I 2023-2024, nr. 7, item 10, p. 1

De heer Van Rooijen (50PLUS):

(…)

“Ik kom daar zo op terug, want ik heb eerst een vraag aan minister Van Gennip. Zij deelt met 50PLUS het belang dat ouderen meer gaan participeren in de arbeidsmarkt, zo bleek in een eerder debat. Wat gaat de minister doen om dat concreet te bevorderen? Gepensioneerden die werken, ontvangen slechts de helft van de arbeidskorting. Gepensioneerden krijgen voor exact dezelfde inspanning slechts de helft van €5.000, terwijl alle andere mensen wel recht hebben op die som. Wil de minister deze ongelijkheid ongedaan maken? Zo nee, waarom niet?”

Handelingen I 2023-2024, nr. 7, item 10, p. 5

Minister Van Gennip:

(…)

“Dan heb ik nog een enkele vraag te beantwoorden. De heer Van Rooijen vroeg naar de ouderenparticipatie. Ik ben het zeer met de heer Van Rooijen eens, en daar hebben we het eerder over gehad, dat wij senioren — senior ben je al vanaf 55; daar hoor ik sinds een paar weken bij, net als de heer Van Rooijen — ons veel meer inzetten in ons werk en onze samenleving. Senioren zijn mensen die ervaring brengen, die jongeren kunnen coachen en die nog heel erg graag en goed kunnen meedoen, of dat nou via betaald werk is of via vrijwilligerswerk. Het gaat gelukkig steeds beter met de participatie van senioren op de arbeidsmarkt, maar het moet nog beter. Senioren worden niet vaker werkloos dan anderen, maar als ze eenmaal werkloos worden, is het voor hen veel moeilijker om opnieuw een baan te vinden. Ik heb u vorig jaar de Seniorenkansenvisie gestuurd. Daarin heb ik aangegeven wat alle verschillende maatregelen zijn, van hele concrete maatregelen tot communicatie. Denk aan de publiekscommunicatie "Sommige werknemers zijn niet te stoppen". Dat is best wel een grappige publiekscommunicatie geworden, maar heeft ook heel veel losgemaakt: het project werving assessment en de pilot zijinstroom. Eind van het jaar stuur ik een voortgangsbrief aan de Tweede Kamer. Mocht u er prijs op stellen, dan stuur ik die natuurlijk ook graag aan u.”


Brondocumenten


Historie