Rappelabele toezeggingen Economische Zaken en Klimaat (2017-2024) (Rappel voor juli 2018)



Dit is het rappel tot 02-07-18.

 




Toezegging Stroomlijning bepalingen consumentenbescherming Gaswet en Energiewet (31.320/31.374) (T01036)

De minister van Economische Zaken zegt toe, naar aanleiding van een opmerking van het lid Doek, de Kamer schriftelijk te informeren over de stroomlijning van bepalingen over consumentenbescherming Gaswet en Energiewet.


Kerngegevens

Nummer T01036
Status voldaan
Datum toezegging 24 mei 2009
Deadline 1 juli 2023
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken (2012-2017) (Hoofdverantwoordelijke)
Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken en Klimaat
Kamerleden drs. H.A. Doek (CDA)
Commissie commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Kamerstukken Verbetering werking elektriciteits- en gasmarkt (31.374)
Wet implementatie EG-richtlijnen energie-efficiëntie (31.320)


Uit de stukken

Handelingen I 2008-2009, nr. 26 – blz. 1321

(...)

De heer Doek (CDA):

In het debat over de Warmtewet heb ik er namens mijn fractie voor gepleit dat de minister van Economische Zaken in samenwerking met de minister van Justitie komt tot een stroomlijning van diverse bepalingen rond consumentenbescherming. Op dit punt heeft de minister in het debat over de Warmtewet toegezegd, dit te bespreken met de minister van Justitie en deze Kamer daarover schriftelijk te informeren. Is hierover reeds contact geweest met de minister van Justitie?

Blz.1358

Minister van der Hoeven:

De heer Doek herinnerde mij aan mijn toezegging bij de Warmtewet om in overleg met de minister van Justitie te komen tot een stroomlijning van de bepalingen rond consumentenbescherming. Dat heb ik gedaan. Ik zal ook kijken naar de Energiewet en naar de Gaswet. Ik zal u daarover schriftelijk informeren.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Zorgdragen voor het inventariseren en aanvullen van de middelen voor het Waarborgfonds Mijnbouwschade (34.041/34.390/34.348) (T02409)

De Minister van Economische Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van het lid Ten Hoeve (OSF), toe te bekijken wat de behoefte aan middelen voor het Waarborgfonds Mijnbouwschade (in verband met schadeafhandeling in o.a. Limburg) is en zorg te dragen voor het aanvullen van deze middelen.


Kerngegevens

Nummer T02409
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2016
Deadline 1 juli 2020
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken (2012-2017)
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken en Klimaat
Kamerleden drs. H. ten Hoeve (OSF)
Commissie commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen mijnbouw
Kamerstukken Novelle Wet bewijsvermoeden gaswinning Groningen (34.390)
Versterking veiligheidsbelang mijnbouw en regie opsporings-, winnings- en opslagvergunningen (34.348)
Veiligheid van offshore olie- en gasactiviteiten en omkering van bewijslast bij schade binnen het effectgebied van een mijnbouwwerk (34.041)


Uit de stukken

Handelingen I 2016-2017, nr. 13, item 16, pagina 25-26

De heer Ten Hoeve (OSF):

(...)

Wat Limburg betreft ben ik blij dat de minister heel uitgebreid toegelicht heeft wat daar allemaal gebeurd is. Ik ben ervan overtuigd dat hij op deze manier de verantwoordelijkheid in dezen volledig genomen heeft, in overleg met provincie en gemeenten. Ik heb daar nog één kleine vraag over. De minister noemt het waarborgfonds. Dat is natuurlijk heel essentieel bij de schadevergoeding aan particulieren. De minister zei dat het waarborgfonds als het leeg raakt, aangevuld moet worden door de sector. Maar wat is in dit geval daar dan nog de sector?

Handelingen I 2016-2017, nr. 13, item 16, pagina 30

Minister Kamp:

(...)

De heer Ten Hoeve benadrukte het belang van onafhankelijke schadeafhandeling. Ik denk dat velen in deze zaal, onder wie ikzelf, dat met hem eens zijn. Hij sprak over de onduidelijkheid die er nog is op het punt van de versterking. Ik heb die onduidelijkheid niet geheel bij hem weg kunnen nemen. Ik denk dat dat een grote opgave is, waar we met zijn allen voor staan. We zorgen dat we goed in beeld krijgen wat daar moet gebeuren, en dat we wat nodig is op een verantwoorde manier naar de inwoners toe zullen gaan uitvoeren. Over Limburg vroeg hij zich af wie, als het Waarborgfonds leeg is, dat moet gaan vullen. Dat is een goede vraag. Dat fonds zal waarschijnlijk gevuld moeten gaan worden door degenen die nu gas winnen. Dat ligt niet erg voor de hand, want zij hebben daar eigenlijk niets mee te maken. Maar het is wel de mijnbouwsector. Het fonds zal toch gevuld moeten worden. We zullen bekijken wat de behoefte aan middelen voor dat fonds is, waarna we zullen doen wat nodig is om ervoor te zorgen dat die middelen er ook komen. De heer Ten Hoeve legt terecht de vinger op een gevoelig punt.


Brondocumenten


Historie







Toezegging De Kamer informeren over het conceptklimaatplan (34.589 (R2077)) (T02459)

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Meijer (SP) en Teunissen (PvdD), toe dat zij de Kamer zal informeren over het conceptklimaatplan dat op 1 januari 2018 ingediend moet worden in Europees verband.


Kerngegevens

Nummer T02459
Status voldaan
Datum toezegging 27 juni 2017
Deadline 1 juli 2019
Voormalige Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken en Klimaat
Kamerleden M.P. Meijer (SP)
Drs. C. Teunissen (PvdD)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Conceptklimaatplan
Overeenkomst van Parijs
Kamerstukken Goedkeuring Overeenkomst van Parijs betreffende klimaatverandering (34.589 (R2077))


Uit de stukken

Handelingen I 2016-2017, nr. 33, item 8, blz. 11-22

Mevrouw Teunissen (PvdD):

(...)

Het gaat nu dus om de daden. Omdat Donald Trump uit het klimaatakkoord is gestapt, zullen we nog een stapje harder moeten lopen dan in Parijs was afgesproken. Ik wil de staatssecretaris vragen of zij bereid is de uitvoering van alle verplichtingen die voortvloeien uit het Parijsakkoord zonder terughoudendheid en met een verifieerbaar en afrekenbaar stappenplan aan de Kamer te rapporteren, zodat we een spoorboekje hebben van alle goede voornemens en onderweg op de hoogte kunnen blijven van de vorderingen.

(...)

Mevrouw Meijer (SP):

(...)

De Raad van State heeft advies uitgebracht over het verdrag en kijkt naar wat de ratificatie voor ons betekent. De Raad meldt: "De exacte reductieopgave voor Nederland is nog niet duidelijk. Duidelijk is echter wel dat in Nederland forse inspanningen nodig zijn en dat in verband daarmee klimaatbeleid voor de langere termijn nodig is. Uit de toelichting blijkt niet dat de regering zich rekenschap heeft gegeven van de uitzonderlijke omvang van de uitvoeringsverplichtingen die het verdrag voor Nederland in beleidsmatige en ook in financiële zin met zich meebrengt." Dat is nogal een uitspraak. De Raad waarschuwt dat Nederland een uitzonderlijk grote taak op zich neemt — een taak die ik overigens van harte onderschrijf — maar dat we blijkbaar niet beseffen wat dit allemaal betekent.

Mag ik de staatssecretaris vragen ons mee te nemen in hoe zij denkt aan de verplichtingen te gaan voldoen en dan niet te verzanden in bijvoorbeeld het energieakkoord, maar ons gewoon te vertellen wat dit voor mensen betekent?

(...)

Staatssecretaris Dijksma:

(...)

Mevrouw Teunissen en mevrouw Meijer vroegen of ik bereid ben om alle verplichtingen zonder terughoudendheid uit te voeren en via een afrekenbaar stappenplan aan de Kamer voor te leggen, zodat de Kamer op de hoogte kan blijven van de vorderingen. Met de ondertekening van het klimaatakkoord heeft het kabinet aangegeven om zonder terughoudendheid alle verplichtingen die aan dit akkoord verbonden zijn, uit te voeren. De doelstellingen heeft het kabinet begin 2016 bij de Energieagenda uitgebracht. Daar staat aangegeven op welke manier het kabinet de benodigde klimaat- en energietransitie wil realiseren. Dit wordt momenteel verder uitgewerkt. Al die maatregelen moeten worden opgenomen in het zogenaamde Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan, dat elke Europese lidstaat moet opstellen. Dat plan moet maatregelen bevatten die leiden tot de Europese energie- en klimaatdoelen die voor 2030 zijn afgesproken. Dat conceptklimaatplan moet op 1 januari aanstaande worden ingediend. Het definitieve plan moet op 1 januari 2019 klaar zijn. Het kabinet zal de Kamer informeren over het conceptplan, zodat zij op de hoogte kan blijven.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Sluiting kolencentrales (34.775) (T02500)

De Minister van Algemene Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden De Graaf (D66) en Koffeman (PvdD), toe dat het parlement snel geïnformeerd zal worden over hoe de sluiting van kolencentrales gerealiseerd zal worden.


Kerngegevens

Nummer T02500
Status voldaan
Datum toezegging 5 december 2017
Deadline 1 juli 2018
Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken en Klimaat
Kamerleden Mr. Th.C. de Graaf (D66)
drs. N.K. Koffeman (PvdD)
Commissie commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen CO2
klimaat
kolencentrale
Kamerstukken Miljoenennota 2018 (34.775)


Uit de stukken

Handelingen I 2017-2018, nr. 10, item 3 - blz. 36

De heer De Graaf (D66): Ik zei al: een belangrijke opdracht is het klimaatbeleid. Ik spreek niettemin de hoop uit dat een nieuwe klimaatwet bijvoorbeeld toch een gezamenlijk project kan zijn. Ik zeg dat in het bijzonder tegen mevrouw Strik. Een nieuwe klimaatwet is belangrijk. Het kabinet zet in op een nationaal klimaat- en energieakkoord en op samenwerking met het bedrijfsleven en instellingen om Parijs te halen en liefst te passeren: 49% CO2 -reductie in 2030 en als het mogelijk is 55% in Europees verband. Dat zijn mooie voornemens, die mijn fractie van harte onderschrijft, maar hoe gaat het kabinet dat bewerkstelligen? Er zullen meer maatregelen nodig zijn dan nu voorzien. Waarom in dit verband niet inzetten op bijvoorbeeld eerdere sluiting van een of meer kolencentrales, bijvoorbeeld al in deze kabinetsperiode? Het motto van de premier op het punt van het klimaatbeleid is, zo heb ik begrepen, langetermijndenken en kortetermijndoen. Dat laatste zou ik dan ook graag zien. Ook vraagt mijn fractie zich af hoe grondig — vergeef mij de woordspeling — het voornemen van de ondergrondse CO2 -opslag is doordacht. Is dat daadwerkelijk op deze schaal realiseerbaar en waarop baseert het kabinet deze aanname?

(...)

Handelingen I 2017-2018, nr. 10, item 3 - blz. 43

De heer Koffeman (PvdD): Het zou logisch zijn de hand dan maar meteen aan de ploeg te slaan, maar daaraan kleven kennelijk een aantal grote bezwaren. Het kabinet vertrouwt niet alleen op de toekomst, maar ook op een nipte meerderheid van 38 zetels in dit huis en 76 aan de overzijde. Zo'n wankele meerderheid verdraagt zich maar moeilijk met de harde ingrepen die nodig zijn. Het kabinet belooft een belasting op vliegtickets, maar pas in 2021, nadat het kabinet zelf vertrokken is. Het kabinet belooft de sluiting van vijf kolencentrales, maar na 2023 wordt het tijdpad pas bepaald, en niet in deze regeerperiode. De doelstelling van Rutte II om in 2020 CO2 met 25% te reduceren, wordt niet gehaald maar verlaten.

(...)

Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 3 - blz. 36

Minister Rutte: Voor de kolencentrales geldt dat de minister van Economische Zaken en Klimaat het parlement snel zal informeren over hoe hij de sluiting wil realiseren. Verder verwijs ik maar even kortheidshalve naar het regeerakkoord, waarin we heel specifieke politieke afspraken hebben gemaakt over dit punt.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Reductie CO2-emissies (34.775) (T02505)

De Minister van Algemene Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een opmerking en een motie van het lid Strik (GroenLinks), toe dat de regering op korte termijn in overleg met medeoverheden, bedrijfsleven en andere stakeholders een plan voor reductie van CO2-emissies zal maken en de Kamers hierover zal informeren.


Kerngegevens

Nummer T02505
Status voldaan
Datum toezegging 5 december 2017
Deadline 1 juli 2019
Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken en Klimaat
Kamerleden mr. dr. M.H.A. Strik (GroenLinks)
Commissie commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen CO2
CO2-reductie
emissies
Kamerstukken Miljoenennota 2018 (34.775)


Uit de stukken

Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 6 - blz. 8

Mevrouw Strik (GroenLinks): Bij ons ontbreekt het vertrouwen dat de groene ambities van het akkoord echt gerealiseerd gaan worden. Zo is becijferd dat het akkoord maar de helft van de 49% realiseert en leunt het pakket ook nog eens heel zwaar op een onrealistisch plan voor massale CO2 -opslag. Dus om het kabinet een duwtje in de juiste richting te sturen en het de eigen ambities serieus te laten nemen, dienen wij de volgende motie in.

De voorzitter: Door de leden Strik, Koffeman, Kox, Barth en Vos wordt de volgende motie voorgesteld:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat Nederland het klimaatverdrag van Parijs heeft geratificeerd en daarmee dient te streven naar een opwarming van de aarde van niet meer dan 1,5ºC; overwegende dat de nationale klimaatplannen die deze regering vaststelt de basis vormen voor het behalen van milieudoelstellingen op de lange termijn; constaterende dat het Planbureau voor de Leefomgeving heeft vastgesteld dat de maatregelen in dit regeerakkoord slechts de helft van de daarvoor benodigde emissiereductie realiseren;

verzoekt de regering op korte termijn met een pakket aan maatregelen te komen dat leidt tot realisatie van de benodigde emissiereductie en zo de CO2-uitstoot voor 2030 met minimaal 49% verlaagt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter H (34775).

(...)

Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 6 - blz. 16

Minister Rutte: Dan de motie met letter H van mevrouw Strik om op korte termijn te komen tot een pakket aan maatregelen dat de CO2-emissies reduceert tot 49%. Het kabinet zal op korte termijn hiervoor een plan maken. Het kabinet zal hierover ook in overleg treden met medeoverheden, het bedrijfsleven en andere stakeholders. De minister van Economische Zaken zal op korte termijn de Kamers over bovengenoemde elementen informeren. Wij kunnen met deze motie leven en ik laat het oordeel daarover aan de Kamer over.


Brondocumenten


Historie