Toezegging Invloed verzekerden (33.362) (T02090)
De Minister van VWS zal, naar aanleiding van opmerkingen van de leden Beuving en Kuiper, via een - voor te hangen - AMvB regels stellen voor de invloed van verzekerden op het beleid van de zorgverzekeraar, conform artikel 28 van de Zorgverzekeringswet. De Kamer zal hierover schriftelijk geïnformeerd worden.
Nummer | T02090 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 9 december 2014 |
Deadline | 1 januari 2020 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Medische Zorg en Sport |
Kamerleden | Mr.dr. J. Beuving (PvdA) prof. dr. R. Kuiper (ChristenUnie) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | verzekerden zorgverzekeraars |
Kamerstukken | Wet verbod verticale integratie (33.362) |
Handelingen I 2014-15, nr. 11-item 4-blz. 23
De heer Kuiper (ChristenUnie):
Vorige week merkte de RvZ op dat de invloed van verzekerden op het beleid van verzekeraars te wensen overlaat. Er zijn uiteraard hier en daar ledenraden, maar die hebben een wisselende invloed. De Zorgverzekeringswet spreekt in artikel 28 van een "redelijke mate van invloed" van verzekerden, waarover bij AMvB nadere regels kunnen worden gesteld. Er is in de Tweede Kamer al eens gevraagd om deze Algemene Maatregel van Bestuur en die zou er nu ook moeten komen naar de mening van mijn fractie. Daarin zou de invloed van verzekerden via een orgaan als de ledenraad geregeld moeten worden op het gebied van beleid, inkoop en bestuurssamenstelling. Zo'n ledenraad moet de mogelijkheid krijgen tot rondvraag onder verzekerden. Het bestuur moet de verplichting krijgen te rapporteren over de wijze waarop gerekend is met de wensen van verzekerden.
Handelingen I 2014-15, nr. 11-item 4-blz. 24
De heer Kuiper (ChristenUnie):
Ook in deze bijdrage kwamen een aantal stevige vragen voorbij. Wij willen heldere waarborgen. Wij denken daarbij aan wat er gebeurt met de huisartsen in de eerste lijn. We willen ook graag stappen zien om het sociale karakter van ons zorgstelsel te verankeren. Daarbij heb ik het concrete voorstel gedaan om invulling te geven aan de mogelijkheid die de Zorgverzekeringswet zelf biedt om bij AMvB regels te stellen voor ledeninvloed. Ik wacht nu met belangstelling de reactie van de minister af.
Handelingen I 2014-2015, nr. 12 - item 8 - blz. 14/15
Minister Schippers:
De statuten zijn vormvrij. Verschillende leden hebben vragen gesteld over artikel 28 van de Zorgverzekeringswet, onder wie de heer Flierman, maar ook de heer Kuiper en mevrouw Beuving. Bij de behandeling in de Tweede Kamer diende de heer Slob een motie in, waarin stond dat de verzekerde eigenlijk een grotere invloed zou moeten hebben op de verzekeraar. In reactie op die motie heb ik gezegd: laten we eerst het advies van de RVZ afwachten. De RVZ is met een ontzettend constructief advies gekomen, dat heldere aanknopingspunten biedt. Alle complimenten voor dat advies. Er is actief op dit terrein doorgedacht. De heer Kuiper vroeg of ik bereid ben om daaraan daadwerkelijk nadere invulling te geven via een AMvB en om nadere regels te stellen. Daartoe ben ik bereid. Ik denk dat het ook goed is als we dat met elkaar op een goede manier verder verankeren. Er is nu een mogelijkheid en die hebben we nog niet benut. Ik ben zeker van mening dat we die moeten benutten.
De heer Kuiper (ChristenUnie):
Ik dank de minister voor deze toezegging. [...]
Mevrouw Beuving (PvdA):
Ik ben heel blij dat de minister de bereidheid uitsprak om zo'n AMvB te gaan opstellen. Ik zou in aanvulling op de heer Kuiper aan de minister willen vragen om die AMvB op korte termijn op te stellen, gezien het belang ervan. Ik vraag haar ook om de AMvB in deze Kamer voor te hangen. Ik zou het heel prettig vinden als deze Kamer, bijvoorbeeld binnen een termijn van drie maanden, per brief wordt geïnformeerd over hoe het ervoor staat met de AMvB en welke rechten daar concreet in geregeld zullen worden. Wij denken daarbij aan zaken die zowel de collectieve positie van verzekerden als de individuele rechten van verzekerden versterken. Ik geef dus eigenlijk meteen wat concretere wensen in dit kader aan de minister mee.
Minister Schippers:
Ik zal de AMvB voorhangen; dat kan ik toezeggen. Er zijn nog wel wat hobbels te nemen wat betreft legitimiteit. [...] De RVZ gaf sowieso verschillende manieren aan waarop je het kunt organiseren en waaraan het moet voldoen. Ik zeg dat toe. Ik kijk even naar mijn ambtenaren of de termijn van drie maanden realistisch is. Het kan voor1 april, hoor ik. Dat is drie maanden.
Handelingen I 2014-2015, nr. 12 - item 8 - blz.30/31
De heer Kuiper (ChristenUnie):
We spreken over de ontwikkeling van het stelsel en over het verder in balans brengen daarvan. Bij die balans hoort de invloed van leden en wel zo dat ze effectief kunnen sturen en medezeggenschap hebben als het gaat om inkoopbeleid en het algemene beleid van de zorgverzekeraar. Daartoe moeten ze geëquipeerd worden. Ik ben blij dat de minister dat ook vindt en dat zij vindt dat het tijd is om daar regels voor op te gaan stellen via een Algemene Maatregel van Bestuur. Daar hebben we net over gesproken. Ik ben daar niet zo pessimistisch over, maar juist optimistisch. Er is op verzoek van collega Beuving toegezegd dat hierover voor 1 april een en ander schriftelijk naar de Kamer zal komen. Dat geeft het parlement de mogelijkheid om daarover mee te spreken; dat spreekt vanzelf. Om dat allemaal even goed vast te stellen, wil ik de volgende motie indienen.
Handelingen I 2014-2015, nr. 12 - item 8 - blz.38
Minister Schippers:
Dan de motie van het lid Kuiper, letter N, waarin de regering wordt verzocht om vorm te geven aan een AMvB conform artikel 28, lid 2 Zvw, waarin regels worden gesteld voor bedoelde verzekerdeninvloed, zowel individueel als collectief, die recht doen aan bovenstaande overwegingen. Het zal de Kamer, ook gehoord het debat, niet verbazen dat ik het oordeel over deze motie aan de Kamer overlaat.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Verslag EK 2014/2015, nr. 12, item 8
-
behandeling Verslag EK 2014/2015, nr. 11, item 4
-
-
-
18 februari 2020
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
11 februari 2020
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-nadere memorie van antwoord
EK, E
-
-
12 november 2019
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
8 oktober 2019
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-gewijzigd voorstel van wet
EK, A
-
-
16 april 2019
nieuwe deadline: 1 januari 2020
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
9 april 2019
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
27 maart 2018
nieuwe deadline: 1 juli 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
12 maart 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
26 oktober 2017
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister voor Medische Zorg en Sport -
26 oktober 2017
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
11 april 2017
nieuwe deadline: 1 januari 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
31 maart 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
27 september 2016
nieuwe deadline: 1 januari 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
31 augustus 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
26 januari 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
19 januari 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
15 januari 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake motie-Kuiper c.s.
voor kennisgeving aangenomen op 26 januari 2016
EK, E
-
-
1 december 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
24 november 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
16 november 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
6 oktober 2015
nieuwe deadline: 1 juli 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
18 september 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
9 december 2014
toezegging gedaan
Toezegging Jaarlijkse monitoring (32.402) (T02175)
De minister van VWS zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Nooren, toe de ontwikkeling van het aantal claims jaarlijks te monitoren en dit terug te koppelen.
Nummer | T02175 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 29 september 2015 |
Deadline | 1 januari 2020 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Medische Zorg en Sport |
Kamerleden | Drs. J.E.A.M. Nooren (PvdA) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | evaluatie |
Onderwerpen | monitoring schadeclaims |
Kamerstukken | Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (32.402) |
Handelingen I 2014-2015, nr. 2 - item 8 - p. 15
Mevrouw Nooren (PvdA):
Welke optie ook gekozen wordt, in de praktijk zal pas blijken hoe het feitelijk claimgedrag zal zijn en of dit een goede of slechte zaak is. Daarbij vindt de PvdA-fractie het wel van belang dat er een vinger aan de pols wordt gehouden. Is de minister bereid om de ontwikkeling van het aantal claims jaarlijks te monitoren, ons daarover te informeren en zo nodig aanvullende maatregelen te nemen als er van defensieve geneeskunde sprake zal zijn, met daarbij een toename van de klachten en juridische procedures?
Handelingen I 2014-2015, nr. 2 - item 8 - p. 27
Minister Schippers:
Als je kijkt naar de ervaringen die zijn opgedaan, gaan we eerder naar minder dan naar meer. Al moet ik heel eerlijkzeggen dat ik straks ga toezeggen dat wij het gaan monitoren en dat we het jaarlijks laten terugkomen. Er zijn immers zorgen in de Kamer, dus we zullen het monitoren en terugkoppelen. Voor mij is het overigens niet zo dat meer claims altijd fout is. Soms kan er een heel gerechtvaardigde claim zijn. Dan wil ik wel heel graag dat wordt gekeken wat er achter zo'n claim zit en of er iets zorgelijks aan de hand is. Wij zien hoe het in andere sectoren gaat, we zien hoe het in de zorgsector gaat, we zetten daar de functionaris nog eens naast en we gaan jaarlijks de ontwikkelingen monitoren. Op die manier zetten wij met elkaar een heel zorgvuldig traject in gang.
Handelingen I 2014-2015, nr. 2 - item 8 - p. 41
Minister Schippers:
Mevrouw Nooren heeft ook gevraagd of ik jaarlijks kan monitoren hoe het gaat met die claims. Dat zal ik doen, waarbij ik aanteken dat ik meer claims niet als slecht zie, omdat het terecht kan zijn. Misschien doe je nu niks, terwijl het terecht zou zijn als je wel wat zou doen. Wij gaan dit wel even wat dieper onderzoeken.
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2015/2016, nr. 2, item 8
-
14 april 2020
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
12 maart 2020
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
24 september 2019
nieuwe deadline: 1 januari 2020
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
10 september 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
10 september 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
19 augustus 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor MZS inzake Tweede monitor Wkkgz
voor kennisgeving aangenomen op 10 september 2019
EK, AB
-
-
16 april 2018
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister voor Medische Zorg en Sport -
16 april 2018
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
27 maart 2018
nieuwe deadline: 1 juli 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
12 maart 2018
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
20 februari 2018
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
8 februari 2018
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor Medische Zorg en Sport ter aanbieding van de Monitor Wet kwaliteit klachten en geschillen in de zorg (Wkkgz)
voor kennisgeving aangenomen op 20 februari 2018
EK, W
-
-
11 april 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
31 maart 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
21 februari 2017
nieuwe deadline: 1 januari 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
15 februari 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief inzake Toezeggingen Wkkgz aan Eerste Kamer
voor kennisgeving aangenomen op 21 februari 2017
EK, U
-
-Nulmeting Wet Kwaliteit, Klachten en Geschillen Zorg (Wkkgz)
-
-
29 september 2015
toezegging gedaan
Toezegging Beheer medisch dossier (33.509) (T02374)
De minister van VWS zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Martens, toe dat het eigen beheer van het medisch dossier voor patiënten een recht wordt en geen plicht.
Nummer | T02374 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 27 september 2016 |
Deadline | 1 januari 2019 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Medische Zorg en Sport |
Kamerleden | Drs. M.J.Th. Martens (CDA) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | eigen beheer elektronische patiëntendossiers patiëntengegevens patiëntenrechten |
Kamerstukken | Cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens (33.509) |
Handelingen I 2016-2017, nr. 1 - item 3 - blz. 1
Mevrouw Martens (CDA): Allereerst het gegeven dat niet alle patiënten hun dossier zelf kunnen of willen beheren. Kan de minister toezeggen dat het eigen beheer van het medisch dossier voor patiënten een recht wordt en geen plicht?
Handelingen I 2016-2017, nr. 1 - item 9 - blz. 1
Minister Schippers: Kan de minister toezeggen dat het beheer van het eigen dossier een recht wordt en geen plicht? Ja, dat kan ik volmondig zeggen. Het beheer van het eigen dossier is een recht van de patiënt. Dat wordt geen plicht. Zorgaanbieders houden de plicht om een dossier bij te houden. Als de patiënt zelf geen regie wil of kan voeren, blijft de zorgverlener op grond van de WGBO verantwoordelijk voor verantwoorde zorg, dus ook voor het verkrijgen van de benodigde informatie.
Handelingen I 2016-2017, nr. 1 - item 9 - blz. 21
Mevrouw Martens (CDA):We zijn ook blij met de toezegging dat het beheer van het medische dossier voor patiënten een recht wordt en geen plicht.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Verslag EK 2016/2017, nr. 1, item 9
-
behandeling Verslag EK 2016/2017, nr. 1, item 3
-
16 april 2019
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
9 april 2019
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
26 oktober 2017
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister voor Medische Zorg en Sport -
26 oktober 2017
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
27 september 2016
toezegging gedaan
Toezegging Voortgangsrapportage elektronische gegevensuitwisseling zorg (33.509) (T02375)
De minister van VWS zegt, naar aanleiding van een vraag van het lid Nooren, toe om beide Kamers jaarlijks een voortgangsrapportage te sturen. Daarin zal, op verzoek van het lid Martens, ook worden ingegaan op de administratieve lasten en de rol van Actal.
Nummer | T02375 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 27 september 2016 |
Deadline | 1 januari 2020 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Medische Zorg en Sport |
Kamerleden | Drs. M.J.Th. Martens (CDA) Drs. J.E.A.M. Nooren (PvdA) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | administratieve lasten elektronische patiëntendossiers patiëntengegevens voortgangsrapportage |
Kamerstukken | Cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens (33.509) |
Handelingen I 2016-2017, nr. 1 - item 9 -blz. 17
Minister Schippers: Mevrouw Nooren heeft gevraagd of ik een jaarlijkse voortgangsrapportage kan sturen. Dat lijkt mij een goed idee. Dan bent u er voor die drie jaar om zijn al achter wat de stand van zaken is.
Handelingen I 2016-2017, nr. 1 - item 9 -blz. 20/21
Minister Schippers: Ik zeg mevrouw Nooren een jaarlijkse voortgangsrapportage toe, die ik naar beide Kamers zal sturen. [...] Kan ik dan een Actaltoets doen? Dat heeft nu nog weinig zin, omdat we midden in de ontwikkeling zitten. Ik zal in de voortgangsrapportage in ieder geval terugkomen op de administratieve lasten, de rol van Actal en het moment van inzet van Actal.
Mevrouw Martens (CDA): Wat Actal betreft, is het ons duidelijk dat zo'n toets nu niet mogelijk is. Wij hebben gevraagd of, als er meer duidelijkheid is, de Actaltoets dan kan worden uitgevoerd. En of ze, als zou blijken dat sommige zorgverleners of zorginstanties onevenredig zwaar belast worden, dan nog eens wil kijken wat daaraan te doen valt.
Minister Schippers: Ik probeerde dat net toe te zeggen. In de voortgangsrapportage geef ik een update van hoever we zijn en of Actal al is in te schakelen of niet.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Verslag EK 2016/2017, nr. 1, item 9
-
12 januari 2021
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
14 december 2020
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor MZS over de vierde voortgangsrapportage Wet cliëntrechten bij elektronische verwerking van gegevens in de zorg
voor kennisgeving aangenomen op 12 januari 2021
EK, O
-
-
14 januari 2020
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
13 december 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor MZS over de derde voortgangsrapportage Wet Cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens
voor kennisgeving aangenomen op 14 januari 2020
EK, L
-
-
15 januari 2019
nieuwe deadline: 1 januari 2020
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
20 december 2018
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor MZS over de tweede voortgangsrapportage Wet Cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens
voor kennisgeving aangenomen op 15 januari 2019
EK, H
-
-
19 december 2017
nieuwe deadline: 1 januari 2019
nieuwe status: deels voldaan
Voortgang: -
12 december 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister voor Medische Zorg inzake Voortgangsrapportage Wet cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens in de zorg
voor kennisgeving aangenomen op 19 december 2017
EK, G
-
-
26 oktober 2017
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister voor Medische Zorg en Sport -
26 oktober 2017
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
12 september 2017
nieuwe deadline: 1 januari 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
29 augustus 2017
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
27 september 2016
toezegging gedaan
Toezegging Onderzoek nabestaanden (34333, C) (T02403)
De minister van VWS zal de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Oomen-Ruijten, informeren over de uitkomsten van het onderzoek naar nabestaanden die als gevolg van het overlijden van de partner niet meer verdragsgerechtigd zijn, omdat zij een niet-wettelijk nabestaandenpensioen ontvangen.
Nummer | T02403 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 14 februari 2017 |
Deadline | 1 juli 2018 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Medische Zorg en Sport |
Kamerleden | M.G.H.C. Oomen-Ruijten (CDA) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | (Nadere) Memorie van antwoord |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | nabestaanden nabestaandenpensioen verdragsgerechtigden |
Kamerstukken | Grensoverschrijdende zorg (34.333) |
Kamerstukken I 2016/2017, 34 333, C, p. 5
De leden van de CDA-fractie vragen aandacht voor de situatie van nabestaanden. Het komt voor dat een verdragsgerechtigde als gevolg van het overlijden van de partner de status van verdragsgerechtigde verliest. Dit gebeurt als de nabestaande een niet-wettelijk nabestaandenpensioen ontvangt. Niet-wettelijke nabestaandenpensioenen zijn namelijk niet opgenomen in Bijlage XI van Verordening (EG) nr. 883/2004. Bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd herkrijgt de nabestaande de status van verdragsgerechtigde. De leden van het CDA vragen of het nabestaanden-/bedrijfspensioen ter voorkoming van deze ongewenste switch ook kan worden opgenomen in Bijlage XI.
De regering is bereid de wenselijkheid van dit verzoek nader te onderzoeken. Aangezien dit onderwerp buiten de orde van het voorliggende wetsvoorstel valt, zal uw Kamer separaat over de uitkomst van dit onderzoek worden geïnformeerd.
Brondocumenten
-
memorie van antwoord EK, C
-
11 september 2018
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
5 september 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister voor Medische Zorg en Sport over het niet-wettelijk nabestaandenpensioen
voor kennisgeving aangenomen op 11 september 2018
EK, F
-
-
3 juli 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
19 juni 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
5 juni 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
28 mei 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
16 april 2018
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister voor Medische Zorg en Sport -
16 april 2018
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
10 april 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
27 maart 2018
nieuwe deadline: 1 juli 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
12 maart 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
14 februari 2017
toezegging gedaan
Toezegging Regie eerstelijnszorg (34.775) (T02504)
De Minister van Algemene Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Barth (PvdA), toe een brief over regie en coördinatie in de eerstelijnszorg naar de Kamer te sturen.
Nummer | T02504 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 5 december 2017 |
Deadline | 1 juli 2018 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Hoofdverantwoordelijke) Minister voor Medische Zorg en Sport Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
Kamerleden | Drs. M.A.M. Barth (PvdA) |
Commissie | commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | coördinatie eerstelijnszorg regie |
Kamerstukken | Miljoenennota 2018 (34.775) |
Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 6 - blz. 6
Mevrouw Barth (PvdA): Dan de eerste lijn in de gezondheidszorg. We naderden elkaar heel dicht, maar ik hoorde net niet de paar toverwoorden waar ik echt blij van zou zijn geworden, namelijk: regie, coördinatie en een heel proactieve houding. Ik heb er even aan gedacht om daarover een motie in te dienen, maar dat zou weer geen rechtdoen aan de mate waarin de minister-president mij in de eerste termijn tegemoetgekomen is. Daarom vraag ik de minister-president of hij ons hierover een brief zou willen sturen, waarin hij zou kunnen aangeven hoe de regie in, en de coördinatie op die eerste lijn in de zorg eruit gaat ziet. Dan geef ik de minister-president ook maar even mee: ik heb hem in zijn eerste termijn drie, vier, misschien wel vijf keer horen zeggen dat hij geen brieven aan ons wil sturen, want dat zou het ambtelijk apparaat te veel belasten. Ik moet eerlijk bekennen dat ik dat een storend vlekje op de hoge kwaliteit van de beantwoording van de minister-president vond. Want zeker hier in de Eerste Kamer zijn wij voor onze informatievoorziening toch echt voor een groot deel afhankelijk van het kabinet. En de ambtelijke ondersteuning die het kabinet heeft, is toch echt vele, vele, vele malen groter dan de ambtelijke ondersteuning die wij in de Eerste Kamer hebben. Dus ik hoop dat de minister-president bereid is om die brief over de coördinatie in de eerste lijn naar ons te sturen.
(...)
Handelingen I 2017-2018, nr. 11, item 6 - blz. 13
Minister Rutte: Dan heeft mevrouw Barth ook gevraagd, net in de tweede termijn, om een brief over de coördinatie, c.q. regie op de eerste lijn. Zij heeft gewezen op het belang van samenwerking in de eerste lijn, het bij elkaar brengen van partijen als huisartsen, gemeenten, GGZ-aanbieders et cetera en hoe dit te doen. Zij verzoekt daarbij om een brief. En alhoewel zij volkomen gelijk heeft dat ik geen groot liefhebber ben van het sturen van brieven ga ik hier door de knieën en kan ik toezeggen dat mijn collega's van VWS zo'n brief gaan sturen.
Brondocumenten
-
voortzetting Algemene politieke beschouwingen Verslag EK 2017/2018, nr. 11, item 6
-
2 oktober 2018
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
3 september 2018
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
5 december 2017
toezegging gedaan