T03575

Toezegging Afschrift contourennota Mijnbouwwet (35.603/36.094)



De staatssecretaris Mijnbouw zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Kluit (GroenLinks) en Atsma (CDA), toe dat de contourennota van de Mijnbouwwet naar de Eerste Kamer gestuurd zal worden. Hierin wordt geanalyseerd wat de rol van bewoners is, wat de rol van gemeentelijke en provinciale besturen is, hoe lusten en lasten van mijnbouw worden verdeeld en de spanningsvelden tussen burgers en overheid. Het gaat daarbij niet enkel om Groningen, maar ook om andere dossiers.


Kerngegevens

Nummer T03575
Status voldaan
Datum toezegging 11 april 2023
Deadline 1 juli 2023
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris Mijnbouw
Kamerleden J.J. Atsma (CDA)
drs. S.M. Kluit (GroenLinks-PvdA)
Commissie commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen gaswinning
Groningen
Mijnbouwwet
Kamerstukken Novelle verbetering uitvoerbaarheid (36.094)
Versterking gebouwen in de provincie Groningen (35.603)


Uit de stukken

Handelingen I 2022-2023, nr. 26, item 6 - blz. 2.

Mevrouw Kluit (GroenLinks):

(…)

“Mijn eerste vraag aan de staatssecretaris is dan ook welke grotere conclusies het kabinet trekt over zijn eigen handelen wanneer het gaat om het spanningsveld tussen gezondheid en leefomgeving aan de ene kant en economie en commercie aan de andere kant. Welke lessen heeft de staatssecretaris zelf getrokken? Welke conclusies kunnen bijvoorbeeld verlichting bieden aan al die andere burgers die nog steeds in de knel zitten op dat spanningsvlak? Welke veranderingen in ons politieke denken en handelen zijn nodig om te voorkomen dat de mensen in Groningen, maar ook al die andere burgers die in de knel zitten, met de problemen blijven zitten? Hoe kan de Staat in dit soort kwesties een partner van zijn burgers worden in plaats van een partij aan de andere kant? Dat vraag ik de staatssecretaris.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 26, item 6 - blz. 14-15.

Staatssecretaris Vijlbrief:

(…)

“Dat brengt mij bij de enquête. Mevrouw Kluit vroeg als eerste welke grote conclusies het kabinet trekt uit de spanning tussen de leefomgeving aan de ene kant en commercie aan de andere kant. Het veel langere antwoord zal volgen in de kabinetsreactie op de enquête en natuurlijk ook in het debat. Het korte antwoord op deze vraag is dat het in dat kader absoluut niet goed gegaan is. Het publieke belang veiligheid is gewoon totaal niet voldoende gediend. Dat laat het rapport glashelder zien. Daar is geen enkele twijfel over. Een van de gevolgen daarvan is dat ik zelf heb gezegd dat ik het mijnbouwbeleid voor toekomstige mijnbouwprojecten danig ga aanpassen. De contourennota Mijnbouwwet ligt op dit moment in de Tweede Kamer. We hebben daar twee weken geleden een debat over gehad. Die contourennota houdt in dat je de publieke belangen veel nadrukkelijker gaat meewegen, dat je van een ja-mitsbeleid naar een nee-tenzijbeleid gaat en dat bewoners altijd gehoord moeten worden. Kortom, dat zijn in ieder geval ten dele de lessen die we uit Groningen geleerd hebben. Ik denk dat wij in onze reactie op het enquêterapport veel uitgebreider zullen ingaan op de lessen die wij hebben geleerd. Maar dit kan ik in ieder geval zeggen voor mijn eigen beleid, voor het mijnbouwbeleid.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 26, item 6 - blz. 15.

Mevrouw Kluit (GroenLinks):

“Dank voor deze reflectie, die inderdaad een beetje op de enquête vooruitloopt. Gaat het kabinet daarbij ook breder kijken dan naar alleen Groningen? Het valt mij op dat burgers op verschillende dossiers klagen over het spanningsveld tussen waar zij de overheid vinden en waar ze die eigenlijk verwachten, namelijk als partner. Ik heb een aantal voorbeelden genoemd, maar ik was niet uitputtend.”

Staatssecretaris Vijlbrief:

“Excuses daarvoor; ik heb geprobeerd om dat aan te geven. Ik zal het nog een keer zeggen. Ja, dat gaan we doen. Ik gaf aan dat het voor het mijnbouwbeleid sowieso breder gaat dan Groningen. Het gaat dan ook over zoutwinning, over gaswinning op zee, gaswinning op land, de nog overgebleven oliewinning op land; het gaat dus breder. Als u het nog breder wil trekken, namelijk naar andere dossiers waarop de burger de overheid ontmoet, dan zeg ik: ja, wel degelijk, want de aanbevelingen van de enquêtecommissie gaan voor een deel over het mijnbouwbeleid, maar voor een ander deel heel nadrukkelijk over de verhouding tussen overheid en burger. Uit mijn hoofd gaat het dan om aanbeveling vijf tot en met tien. Het rapport bevat overigens ook aanbevelingen voor het parlement en voor alle andere partijen die erbij betrokken zijn.”

Mevrouw Kluit (GroenLinks):

“Dank. We gaan het vol belangstelling volgen.”

De heer Atsma (CDA):

“De staatssecretaris zei dat we naar een nee-tenzijbeleid gaan. Betekent dat dat het beleid gaat worden voor álle aan de Mijnbouwwet gerelateerde activiteiten? U noemde zout, zand en olie, maar er zijn er nog meer. Dan het tweede. Een van de klachten uit de regio — dit sluit dus misschien wel aan bij de vraag die collega Kluit zojuist stelde — is dat heel veel regionale besturen, provinciebesturen, vinden dat hun positie bij de afwegingen niet is zoals die zou moeten zijn. Ik zou me kunnen voorstellen dat daar ook nadrukkelijk naar wordt gekeken, zonder dat ik op dit moment hoef te weten wat er precies wordt gezegd. Ik denk namelijk dat dat ook ingewikkeld is nu, maar ik zou het wel op prijs stellen om in elk geval de toezegging te krijgen dat ook de rol van provinciebesturen anders wordt dan tot nu toe.”

Staatssecretaris Vijlbrief:

“Het antwoord daarop is zonder meer ja. Ten tweede zal ik de contourennota Mijnbouwwet ook naar de Eerste Kamer sturen, voor zover dat nog niet gebeurd is. De Tweede Kamer is daarover met mij in debat geweest. Dat zal leiden tot wetswijzigingen in de Mijnbouwwet, die dan vanzelfsprekend ook hier langskomen. De heer Atsma kan daar dan kennis van nemen. Daar zit juist heel uitgebreid deze analyse in. Wat is de rol van bewoners? Wat is de rol van gemeentelijke en provinciale besturen? Ook gaat het heel nadrukkelijk over de vraag hoe je dan de lusten en de lasten van de mijnbouw verdeelt. Dat is een groot interesseveld voor de Tweede Kamer. Dat is een van de problemen geweest in Groningen.”

De voorzitter: “Dat is genoteerd als toezegging.”


Brondocumenten


Historie