De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Karimi (GroenLinks) en Teunissen (Partij voor de Dieren), toe de Kamer te informeren over de uitkomsten van de gesprekken met onder meer de SER en maatschappelijke organisaties op Europees niveau over het klachtenmechanisme van de Europese Commissie.
Nummer | T03133 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 15 december 2020 |
Deadline | 1 juli 2021 |
Verantwoordelijke(n) | Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
Kamerleden | F. Karimi (GroenLinks-PvdA) Drs. C. Teunissen (PvdD) |
Commissie | commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | CETA klachtenmechanisme |
Kamerstukken | Begrotingsstaat Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2021 (35.570 XVII) |
Handelingen I, 2020-2021, nr. 16, item 3, blz. 14.
Minister Kaag:
Dan heb ik een aantal vragen over CETA. Zoals u weet, is het kabinet in afwachting van de inplanning van een datum door deze Kamer, maar ik zal de feitelijke vragen die zijn gesteld, sowieso beantwoorden.
Het klachtenmechanisme is op 16 november jongstleden door de Commissie gelanceerd. Dat is in lijn met de Nederlandse en ook de Franse inzet. Zoals u weet uit mijn brief, heb ik toegezegd om samen met de Sociaal-Economische Raad ook maatschappelijke organisaties zelf te raadplegen. Ik wil hun mening horen over de wijze waarin zij hierin zijn meegenomen, want er is nog een moment van verbetering. Ik bespreek dit mechanisme ook samen met mijn Franse collega langs de lijnen van onze gezamenlijke paper over handel en duurzaamheid, want je kunt die twee dingen niet scheiden. Wij gaan dit dan weer delen met de Europese Commissie. Over de uitkomsten hiervan zal ik uw Kamer informeren.
De Europese Commissie heeft Canada op de hoogte gesteld van dit mechanisme. Het enige wat wij op dit moment weten, is dat Canada kennis heeft genomen van dit mechanisme, maar ik weet natuurlijk ook dat Canada met smart wacht op een vervolg en dat het hoopt dat de ratificatie door de lidstaten zo zal kunnen worden afgerond. Ik denk dat u dat ook weet uit uw gesprekken met de Canadese ambassadeur. Waar het bij het klachtenmechanisme om gaat, is dat de ngo's, de vakbonden, maar ook burgers een vermeende gebrekkige naleving van de duurzaamheidsafspraken in handelsakkoorden kunnen benoemen en daar een vervolg aan kunnen geven. Ik denk dat het kunnen inregelen van deze toegang die via het ICS ontbrak, een belangrijke verbetering is. Dat is onze inschatting van de zijde van het kabinet. Maar de vraag is dan — de heer Van Apeldoorn wees daar ook op — of het iets zal veranderen aan het ICS zelf. Nee, het verandert niets aan de formele status van het ICS. Dat was ook niet de bedoeling van de zijde van de Europese Commissie. Er zijn verschillende mechanismes voor de verschillende doelgroepen. Het ICS biedt burgers en bedrijven rechtsbescherming voor hun investeringen indien ze rechtstreeks geraakt worden door besluiten van een overheid. Het klachtenmechanisme is er voor de bredere naleving van handelsakkoorden en juist om een gebrekkige naleving van de duurzaamheidsbepalingen aan te kaarten. Duurzaamheid moet dan in de brede zin van het woord gezien worden. Daaronder vallen bijvoorbeeld ook arbeidsrechten en de vrijheid van meningsuiting. Het investeringshoofdstuk maakt ongewijzigd deel uit van de verdragstekst van CETA, los van het klachtenmechanisme van de handelsakkoorden.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Ik kom even terug op dat proces. De minister zegt dat het mechanisme al gelanceerd is. Betekent dit dat maatschappelijke organisaties daar nu al gebruik van kunnen maken?
Minister Kaag:
Dat is een van de vragen die ik aan de Commissie heb gesteld. Op dit moment is het op papier gelanceerd. Er is nog een moment om dat gesprek met die maatschappelijke organisaties ook op Europees niveau te organiseren, zodat zij kunnen kijken of dit, in ieder geval op papier, echt voldoet aan de wensen en daar nu direct verbeteringen in kunnen aanbrengen. Dat is ook de inzet die ik heb met mijn Europese collega. Er is een European Dialogue Channel voor maatschappelijke organisaties binnen heel Europa. Wij vinden het belangrijk dat nu alles wordt meegenomen, in plaats van over twee, drie jaar te constateren dat het veel beter had gekund. Er is dus nog een aanloopperiode. In navolging van een aantal van de vragen die zijn gesteld, wil ik deze periode namens het kabinet gebruiken om dit mechanisme zo perfect mogelijk te maken.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Kan de minister een inschatting maken van het tijdpad? Er vinden gesprekken met de SER en met maatschappelijke organisaties plaats. Kan zij een inschatting daarvan maken?
Minister Kaag:
Dat is lastig, ook in verband met de nieuwe coronamaatregelen. Ik heb onlangs een afspraak gemaakt met mevrouw Hamer, met inderdaad de boodschap om er gepaste vaart achter te zetten, maar gepaste vaart en gepaste zorgvuldigheid moeten samengaan. Ik denk dat uw Kamer dat met mij zal delen. Dit is een unieke kans om een belangrijk onderdeel te organiseren. We organiseren hiermee de toe- gang voor het maatschappelijk middenveld, burgers, lokale ngo's en voor getroffenen in landen die normaal geen toe- gang zouden hebben. Wellicht is het niet speciaal van het allergrootste belang voor CETA, maar het is wel heel erg belangrijk voor de andere handelsakkoorden, gelet op de geopolitieke omgeving van de landen die betrokken zijn. Zorgvuldigheid is dus gepast. Ik heb nog geen datum. Ik heb toegezegd deze Kamer weer te informeren zodra alles is afgerond. De SER gaat aan de slag met de Nederlandse vakbonden en maatschappelijke organisaties. Er worden gesprekken georganiseerd.
Handelingen I, 2020-2021, nr. 16, item 3, blz. 15.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Ik wil nog even iets verhelderen. De minister zei dat dit klachtenmechanisme bijdraagt aan de naleving van de duurzaamheidsafspraken in CETA, als ik haar goed begrepen heb. Klopt dat inderdaad? Volgens mij gaat het klachtenmechanisme vooral over het vergroten van de betrokkenheid van maatschappelijke organisaties en vakbonden bij de geschillen die mogelijk onder CETA plaatsvinden, maar is het niet zo dat het deel uitmaakt van de handhavingsstructuur zoals die in het verdrag is opgenomen.
Minister Kaag:
Ik heb het letterlijk voorgelezen. Het gaat over "vermeende gebrekkige naleving van duurzaamheidsafspraken". Daar kun je een geschil over hebben. Die twee staan dus niet los van elkaar.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Als ik het dus goed begrijp, kunnen maatschappelijke organisaties daar extra op wijzen indien er gebrekkig wordt nageleefd. Maar dit klachtenmechanisme zorgt er niet voor dat de naleving in het verdrag zelf anders wordt geregeld. De handhaving wordt dus niet anders geregeld in dit verdrag?
Minister Kaag:
Er wordt nu zo'n specifieke vraag gesteld over naleving dat ik daarvoor terug zou moeten naar het verdrag. Ik heb deze Kamer toegezegd met meer informatie te komen, zodra wij de informatie van de Commissie hebben ontvangen over de uitwerking van de lancering van het klachtenmechanisme. Ik wil hier geen zekerheden geven die ik achteraf zou moeten terugnemen. Het wordt allemaal vervolgd. Ik heb uw Kamer toegezegd dat ik een schriftelijke terugkoppeling zal geven over wat er is gebeurd met de gesprekken met de SER en de gesprekken op Europees niveau. Ik zal zelf ook meer details opvragen bij de Europese Commissie en die zal ik dan met uw Kamer delen. Ik zou het dus graag even daar willen parkeren totdat er een geschikt moment is voor een debat.
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2020/2021, nr. 16, item 3 herdruk
-
29 november 2022
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
22 november 2022
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
31 mei 2022
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
21 december 2021
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
13 december 2021
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
15 december 2020
toezegging gedaan