De Minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Schrijver, toe zich in te zetten voor het 'no first use' beginsel ten aanzien van het gebruik van kernwapens.
Nummer | T01906 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 18 februari 2014 |
Deadline | 1 januari 2015 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Buitenlandse Zaken |
Kamerleden | Prof.mr. N.J. Schrijver (PvdA) dr. A. Vliegenthart (SP) |
Commissie | commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO) |
Soort activiteit | Mondeling overleg |
Categorie | overig |
Onderwerpen | Internationale Veiligheidsstrategie nucleaire ontwapening |
Kamerstukken | Internationale Veiligheidsstrategie (33.694) |
Verslag van een mondeling overleg 2013-2014, nr. 33 694 A - blz. 10-14
De heer Schrijver (PvdA): Ik kan u onmiddellijk ten bewijze daarvan te hulp komen, want ik zou het bijvoorbeeld in dat verband redelijk vinden als Nederland op een no first use ten aanzien van het gebruik van kernwapens zou inzetten. Als wij altijd moeten wachten op wat er in bondgenootschappelijk overleg in een verder niet formeel bindend verband tot stand wordt gebracht, dan hadden wij destijds ook niet het NPV gehad, net zo min als het anti-clustermunitieverdrag of het verdrag tegen landmijnen. Die zijn toch allemaal in een geleidelijk proces van zwaan, kleef aan tot stand gekomen, waarbij Nederland soms een beetje vooraan maar vaak ook achteraan liep. Mijn directe suggestie naar aanleiding van uw woorden is: interessant, ik neem er kennis van dat je
dit misschien ter verdediging achter de hand wilt houden, maar zet dan in op een no first use-verdrag.
Minister Timmermans: Maar ook daarbij komen we weer in de knel met de afspraken in Lissabon die wij zelf hebben onderschreven, waarin staat dat het ook denkbaar is dat een van de drie NAVO-bondgenoten die beschikken over kernwapens deze wapens ook als eerste kunnen inzetten als het NAVO-territorium wezenlijk wordt bedreigd. Dat staat in de doctrine. Ik vind het best om die doctrine ter discussie te stellen. Ik ben zelf in de redenering bepaald niet tegen een no first use verklaring maar dan moeten wij dat wel in de ordentelijke volgorde doen. Dan moeten wij eerst de doctrine ter discussie stellen en die veranderen voordat wij ons er onderuit wurmen door elders een no first use-verklaring te ondertekenen.
De heer Schrijver (PvdA): Bent u ook bereid om dat dan te doen? U zegt dat u er niet tegen bent, maar bent u ook bereid om proactief, in de geest van dat perspectief van een kernwapenvrije wereld en u aansluitend bij het ideaal van president Obama – hij heeft nog maar een paar jaar – ook daarover eens gedachten naar voren te brengen, en niet alleen te zeggen dat u er niet op tegen zou zijn? Dat suggereert een wat passieve houding.
Minister Timmermans: Dat maakt onderdeel uit van mijn benadering, ook in de aanloop naar de NAVO-top in Wales, waarin ik ook tegen al onze partners zeg: het zou toch een ongelofelijk gemiste kans zijn als wij niet over kernontwapening zouden spreken op de NAVO-top. Mijn eerste inzet is om te kijken wat wij kunnen afspreken over transpa-rantie en mogelijke ontwapening van substrategische kernwapens, vervolgens om af te spreken wat wij over de Global Disarmament Agenda kunnen afspreken, en over mogelijke stappen die de NAVO in de richting van de Russen zou kunnen zetten om te komen tot afspraken. De gedachte van no first use is voor mij integraal onderdeel van die strategie. Maar ik kan die gedachte niet uit die hele strategie halen en alleen vooropzetten. In de hele poging om kernwapens de wereld uit te krijgen, wat de inzet is van de Nederlandse regering, moet de gedachte van no first use onderdeel uitmaken van de mogelijkheden die wij in de gereedschapskist op tafel zetten als wij daar met de NAVO-bondgenoten over praten. Dus wat mij betreft zetten wij daarop in, maar de eerste haalbare doelstelling lijkt mij om met de bondgenoten afspraken te maken over de tactische kernwapens. We zijn naar ik vrees nog ver verwijderd van het moment dat wij over de strategische kernwapens waarover de P5 beschikken dit soort afspraken kunnen maken, maar als de agenda voor kernontwapening je iets waard is, zul je ook altijd het onderwerp van no first use bovenaan die agenda moeten willen zetten. Waarbij ik het hier uitdrukkelijk heb over een inspanningsverplichting en niet over een resultaatsverplichting ten opzichte van uw Kamer, maar ik denk dat het no first use-beginsel een nuttige bijdrage kan zijn aan kernontwapening.
De heer Schrijver (PvdA): We zijn blij die inspanningsverplichting te noteren.
[...]
De heer Vliegenthart (SP): [...] Ik registreer net als collega Schrijver dankbaar dat de Minister vandaag een no first use inspanningsverplichting op zich neemt. Zou hij ons een keer kunnen informeren wat hij dan in het kader van die inspanningsverplichting zo allemaal doet?
Minister Timmermans: [...] Dan wat onze inzet ten aanzien van no first use betreft, ik heb u duidelijk aangegeven dat wat mij betreft no first use integraal onderdeel is van de strategie om kernwapens de wereld uit te krijgen. Maar een no first use verklaring terwijl je tegelijkertijd niet de discussie over ontwapening van tactische kernwapens en over de vorm en inhoud van de NAVO-strategie wilt voeren, is toch wel heel makkelijke politiek. Dat betekent dat je zegt dat je een no first use verklaring wilt, maar ondertussen houd je gewoon vast aan de NAVO-strategie. Dat is toch wel een beetje van twee walletjes eten. De positie die de heer Franken heeft onderlijnd, is dat, als je je in Lissabon vastlegt op een bepaalde NAVO-strategie, dat consequenties heeft, ook consequenties die je liever niet zou hebben en waar je ook liever van afkomt. Daar ben ik het zeer mee eens. Ik wil graag af van de kernwapens in de wereld. Ik wil ook graag dat de ontwapeningsagenda weer importantie krijgt. Het stoort mij enorm dat er in Wenen totaal geen vooruitgang wordt geboekt. Het is slecht voor de wereld dat de CFE-onderhandelingen helemaal stilliggen. Het is slecht voor de wereld dat de Amerikanen en de Russen niet over strategische kernontwapening praten op dit moment. Daarvoor moeten wij ons allemaal keihard inzetten. Maar het is wel zo oprecht om aan te geven dat zolang we die strategie
niet kunnen veranderen, een no first use verklaring misschien leuk lijkt maar voor het gedrag van de landen die beschikken over deze wapens geen gevolg heeft. Want Nederland zet die wapens niet in in geval van conflict. Dat doen de Amerikanen, de Fransen of de Britten binnen de NAVO-strategie. En dus, als wij willen uitkomen bij no first use hebben wij een heel lang traject te gaan, waarbij we ook die landen zullen moeten overtuigen dat het in hun belang is en in het belang van ontwapening om dat te doen. De Amerikanen zijn daarin bepaald geen dwarsliggers. Ik denk dat we er een zwaardere klus aan zullen hebben om de twee Europese kernwapenlanden, in ieder geval een van de twee, mee te nemen en te overtuigen.
Brondocumenten
-
30 juni 2015
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
24 maart 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
17 maart 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-Verslag van een schriftelijk overleg inzake de halfjaarlijkse stand van zaken van toezeggingen die aan de Kamer zijn gedaan
op 24 maart 2015 voor kennisgeving aangenomen door de commissie voor BZK/AZ
EK, D
-
-
18 februari 2014
toezegging gedaan