T03132

Toezegging Kabinetsinzet gesprek met directeur-generaal Wereldhandelsorganisatie inzake duurzaamheid (35.570 XVII)



De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Apeldoorn (SP), toe de Kamer per brief te informeren over wat de kabinetsinzet zal zijn van het gesprek met de directeur-generaal van de Wereldhandelsorganisatie over het maken van een duurzaamheidsslag.


Kerngegevens

Nummer T03132
Status voldaan
Datum toezegging 15 december 2020
Deadline 1 juli 2021
Verantwoordelijke(n) Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Kamerleden prof. dr. E.B. van Apeldoorn (SP)
Commissie commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen duurzaamheid
Wereldhandelsorganisatie
Kamerstukken Begrotingsstaat Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2021 (35.570 XVII)


Uit de stukken

Handelingen I, 2020-2021, nr. 16, item 3, blz. 13.

De heer Van Apeldoorn (SP):

Het was zeker niet mijn bedoeling om de minister in de rol van student te zetten. We zijn allemaal studenten en we moeten allemaal lessen trekken uit deze coronacrisis en opnieuw nadenken over globalisering en hoe deze vorm te geven. Ik neem aan dat de regering dat ook doet, want regeren is vooruitzien. Daar kwam mijn vraag vandaan. Ik ben wel blij met het antwoord van de minister, in zoverre dat ik blij ben te horen dat ook dit kabinet nadenkt over reshoring, over hoe dat eventueel gestimuleerd kan worden en waarom dat nodig is. Ik wil even terugkomen op iets wat ook met globalisering te maken heeft. Ook wij zijn niet tegen globalisering, maar het gaat om de vraag wat voor globalisering en hoe je die vormgeeft. De minister zei: we houden vast aan een open en eerlijk handelssysteem. Neem het huidige handelssysteem. Ik heb het niet over CETA of specifieke handelsverdragen, maar over bijvoorbeeld de Wereldhandelsorganisatie. Vanuit het perspectief dat de minister net benoemde — verduurzaming, inclusieve groei, eerlijke handel — gezien: zou er niet het een en ander moeten veranderen aan het huidige handelssysteem, bij- voorbeeld ten aanzien van de Wereldhandelsorganisatie en de regels ervan?

Minister Kaag:

Ik geef u mijn reactie. Iedereen heeft in zijn werkend leven natuurlijk een aantal frustraties, bij elke functie die men mag vervullen. Een ervan is het gebrek aan hervorming, of aan voortgang daarin, van de Wereldhandelsorganisatie. De Wereldhandelsorganisatie zit zelf, maar ook door de lidstaten en dan niet alleen de OECD-lidstaten, vast in een oud stramien. Als we echt duurzaamheid willen bereiken, moet door de Wereldhandelsorganisatie idealiter ook gesteld worden wat de productie-eisen zijn. Nu is dat niet het geval. Ik denk dat dit een enorme barrière gaat vormen als je die duurzaamheidsslag echt wilt maken. Dat moet een politieke insteek zijn. Ik ga er wel van uit dat de mogelijke nieuwe dg daar echt mee aan de slag zal moeten. Ik ga dat gesprek met haar zeker aan. Het is in ieder geval een vrouwelijke leider.

De heer Van Apeldoorn (SP):

Dat is hartstikke mooi om te horen. Dat is ook het punt waarover ik een vraag wilde stellen. Dat is ook vanuit het perspectief van onze fractie een groot probleem: de Wereldhandelsorganisatie houdt geen rekening met de productiewijze. Als andere landen concurreren door lage lonen, lage milieustandaarden et cetera, dan kunnen wij op grond daarvan geen tarieven instellen en moeten we het gewoon accepteren zoals het is. Dan is er volledige vrijhandel. Daarvan zegt de minister nu ook dat dat eigenlijk anders zou moeten. Geldt dat niet alleen voor milieustandaarden, maar ook voor sociale standaarden, voor arbeidsrechten en dergelijke?

Minister Kaag:

Er is nog geen kabinetspositie, maar dit zeg ik u. Ik heb het al eerder met de Tweede Kamer gewisseld. Ik denk dat het belangrijk is dat we dit structureel herzien. We leven in de 21ste eeuw. We weten hoe groot de structurele armoede is. Via de digitalisering zullen de grote verschillen en de ongelijkheid alleen maar verdubbeld worden. Er zit een gelaagdheid in de uitsluiting van mensen. Het tweede is dat we moeten kijken naar productie-eisen. Bij het komen tot een structurele verduurzaming in de keten hoort wat het kabinet betreft sowieso een kritische blik op wat een eerlijk en leefbaar loon is. Ik heb vorig jaar de Internationale Arbeidsorganisatie gevraagd om een studie op te zetten in zeven verschillende landen om tot een vergelijking te kunnen komen. Vaak wordt immers als argument gebruikt dat het ene land het andere niet is. Daardoor komen we nooit tot iets anders dan een minimumloon. Maar een minimum- loon is geen eerlijk en leefbaar loon.

De voorzitter:

Meneer Van Apeldoorn, derde.

De heer Van Apeldoorn (SP):

Ik vind het in ieder geval een positieve beweging van de kant van het kabinet en van de minister. De minister zei net dat er nog geen kabinetspositie is, dus is het mij nog niet helemaal duidelijk. Als die kabinetspositie er komt, horen wij dat graag. Als de minister het gesprek aangaat met de nieuwe, vrouwelijke directeur-generaal van de Wereldhan- delsorganisatie, horen we graag wat de inzet daarvan zal zijn. Als de minister kan toezeggen dat dit op papier komt, bijvoorbeeld in een brief aan deze Kamer, dan zou ik haar daar erkentelijk voor zijn.

Minister Kaag:

Ik doe dit graag. Dit is ook voortdurend onderwerp van gesprek met de Tweede Kamer. Met het aantreden van een nieuwe directeur-generaal, mochten er geen wijzigingen optreden in de benoemingsprocedure, gelet op het feit dat de Amerikanen een nieuwe president hebben, zullen dit belangrijke thema's zijn. Ik denk dat dit ook de opdracht aan de nieuwe directeur-generaal wordt: dit zijn de vier à vijf thema's waar kritisch naar gekeken moet worden en waarvoor een oplossing gezocht moet worden als de Wereldhandelsorganisatie haar werk serieus wil doen en relevant wil blijven. Ik kan de inzet van het kabinet te zijner tijd delen. Hierbij moet natuurlijk wel aangetekend worden dat wij dit allemaal doen via de Europese Commissie, want daar ligt het mandaat.


Brondocumenten


Historie