T02391

Toezegging Mediane koopkrachtmutaties en de effecten van kabinetsbeleid op de ongelijkheid (34.552)



De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Köhler (SP) en Vos (GroenLinks), toe in een brief nader in te gaan op de ontwikkeling van de ginicoëfficiënt tijdens de kabinetsperiode Rutte-II.


Kerngegevens

Nummer T02391
Status voldaan
Datum toezegging 13 december 2016
Deadline 1 juli 2017
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden F. Köhler (SP)
Ir. M.B. Vos (GroenLinks)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen ginicoëfficiënt
koopkracht
Kamerstukken Belastingplan 2017 (34.552)


Uit de stukken

Handelingen I 2016-2017, nr. 11 - blz. 51

Mevrouw Vos (GroenLinks):

De staatssecretaris heeft al behoorlijk wat gezegd. Mijn fractie wil alleen maar weten of de inkomensongelijkheid door dit kabinetsbeleid al dan niet is toegenomen. Wij willen daar graag een helder antwoord op.

Staatssecretaris Wiebes:

Ik snap het.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

De heer Asscher zegt: dat is niet zo; we hebben de inkomensongelijkheid juist verkleind. Wij hebben alleen maar bewijzen waaruit blijkt dat die bewering niet klopt. Volgens de Macro Economische Verkenning neemt de gini toe. De staatssecretaris heeft zelf ook eigenlijk alleen maar bewijsmateriaal geleverd dat in de richting gaat van een toegenomen inkomensongelijkheid. Wat is het nu? Dat is het enige wat wij van hem willen horen. De heer Köhler heeft volkomen gelijk. Hij heeft de staatssecretaris een heel duidelijke vraag gesteld waarop hij een duidelijk antwoord heeft gekregen, maar aan dat antwoord mag hij nu geen conclusies verbinden. Ik heb het over de schriftelijke beantwoording.

Staatssecretaris Wiebes:

Nee, dat zeg ik niet.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Ik hoor graag een antwoord van het kabinet op deze vraag.

Staatssecretaris Wiebes:

Daarop zijn twee antwoorden mogelijk. Het eerste antwoord is dat ik ferm van opvatting ben dat we de mediane cijfers niet kunnen gebruiken om conclusies te trekken over de algehele inkomensongelijkheid. Dat moeten we met de gini doen en dat is een ander ding. Dat is één.

Het tweede antwoord is dat de heer Köhler mij heeft aangedragen dat er nog andere gini-uitkomsten zouden rondgaan. Laten we die even met elkaar in overeenstemming brengen. Ik zal daar een klein briefje over sturen. Maar dat gaat over de gini. Ik heb nu drie verschillende getallen gehoord: twee over het verleden en een over de toekomst. Laten we even bekijken wat nou wat is. Ja? Dat kan een kort briefje zijn, maar dat doe ik even zo.

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Ik heb daar ook naar gevraagd. Het CPB heeft in de Macro Economische Verkenning berekend dat de gini er tijdens dit kabinet licht op achteruitgaat met 0,4% en er op de langere termijn met 2,9% op achteruitgaat. Begrijp ik het goed dat de staatssecretaris daar commentaar op gaat geven?

Staatssecretaris Wiebes:

Nee, ik ga de ginibeelden geven voor de kabinetsperiode. Dat staat even los van de medianen en de kwartielen, want die hebben er in dezen even niets mee te maken.


Brondocumenten


Historie