De initiatiefnemers zeggen de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Van Bijsterveld (CDA), Schouwenaar (VVD) en Thom de Graaf (D66), toe om nog eens goed naar het wetsvoorstel te kijken op het punt van het onderzoek door het Huis voor klokkenluiders naar de publieke én de private sector, naar de problemen die hierbij kunnen optreden en de mogelijke oplossingen daarvoor.
Nummer | T01947 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 20 mei 2014 |
Deadline | 1 januari 2015 |
Kamerleden | prof. dr. S.C. van Bijsterveld (CDA) Mr. Th.C. de Graaf (D66) Mr. J.M. Schouwenaar (VVD) |
Commissie | commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | Huis voor klokkenluiders private sector publieke sector |
Kamerstukken | Initiatiefvoorstel-Van Raak, Fokke, Koşer Kaya, Voortman, Segers, Thieme en Klein Wet Huis voor klokkenluiders (33.258) |
Handelingen I 2013-2014, nr. 30, item 3 - blz. 2
Mevrouw Van Bijsterveld (CDA): Het over één kam scheren van de publieke en private sector. Naar het oordeel van mijn fractie is dit onwenselijk. De publieke en private sector verschillen op relevante punten van elkaar. Denk aan de toepasselijkheid van grondrechten, de toepasselijkheid van de Awb en de Wet Nationale ombudsman, maar ook aan kwesties als openbaarheidsregimes, concurrentiepositie en de gevolgen van onterechte reputatieschade. Het wetsvoorstel gaat met het over één kam scheren van beide sectoren en het beleggen van de onderzoeksfunctie bij één instantie hier te grofmazig mee om. In de reactie van het kabinet wordt ook melding gemaakt van mogelijke schadeclaims tegen de Staat bij ondoordachte vormgeving en over imagoschade van het Huis. VNO-NCW heeft — na het indienen van dit wetsvoorstel — zelf het initiatief genomen om met een Onderzoeksraad Integriteit Marktsector te komen. Het kan geen kwaad om die af te wachten, althans wanneer dit initiatief binnen redelijke termijn tot resultaat leidt. Daarop kan dan worden voortgebouwd. Het kan bijvoorbeeld als basis dienen voor incorporatie binnen een wettelijke regeling, eventueel na het opdoen van enige ervaring daarmee.
(...)
Handelingen I 2013-2014, nr. 30, item 3 - blz. 6
De heer Schouwenaar (VVD): Met betrekking tot de marktsector geven de indieners aan dat zelfregulering te weinig heeft opgeleverd. Onvoldoende tegengaan van misstanden en onvoldoende bescherming van klokkenluiders. Mijn fractie vindt dat ook. Naar het zich laat aanzien, groeit dit besef ook bij de marktsector.
VNO-NCW, MKB Nederland, het Adviespunt Klokkenluiders en de Onderzoeksraad Integriteit Overheid hebben in samenwerking met de FNV het initiatief genomen tot instelling van de Onderzoeksraad Integriteit Marktsector, die op korte termijn van start kan gaan. Wellicht verdient deze onderzoeksraad de voorkeur boven de Nationale ombudsman. Want in de marktsector gelden wetten, regels en risico's waarmee de Nationale ombudsman minder ervaring heeft dan de marktsector zelf.
(...)
Handelingen I 2013-2014, nr. 30, item 3 - blz. 13
De heer Thom de Graaf (D66): Ik kom tot een ander relevant punt, namelijk de verwevenheid van het publieke en het private normenstelsel. Het zonder meer van toepassing verklaren van het publiekrechtelijk normenstelsel van de Algemene wet bestuursrecht op de private sector lijkt, in de woorden van diverse adviserende instanties, inderdaad niet helemaal doordacht. Het kabinet wijst er in zijn reactie op dat het ongeclausuleerd inzetten van publiekrechtelijke onderzoeksbevoegdheden in de private sector de grondrechten van burgers en bedrijven kan veronachtzamen. Jegens de overheid en overheidsinstanties hoeft onderzoek minder scrupules te kennen dan jegens private partijen die een beroep kunnen en ook mogen doen op de bescherming van hun fundamentele rechten tegen diezelfde overheid. Dat onderscheid lijkt in het initiatiefvoorstel enigszins te zijn weggevallen. Ik hoor graag van de initiatiefnemers hoe zij reageren op het standpunt van het kabinet dat deze regeling niet past in ons stelsel van rechtswaarborgen en rechtsbescherming en of zij niet met het kabinet vrezen voor imagoschade van de Nationale ombudsman en voor schadeclaims en kort gedingen van bedrijven tegen de overheid. Ook hier moet de uitwerking niet tegen de goede intenties in werken.
(...)
Handelingen I 2013-2014, nr. 30, item 10 - blz. 2
De heer Van Raak (SP): Dat brengt ons ten slotte bij het onderzoek door het Huis voor klokkenluiders naar de publieke en de private sector. Daarover willen wij ook graag een opmerking vooraf maken. Er zijn geen ernstige maatschappelijke misstanden in de publieke sector en er zijn geen maatschappelijke misstanden van de private sector. Er zijn slechts maatschappelijke misstanden; er is maar één publiek belang. De heer Reynaers en mevrouw Vos noemden in hun inbreng vanochtend het voorbeeld van de bouwfraude. Daarbij waren niet alleen bouwbedrijven en banken betrokken, maar ook politici en ambtenaren. Dat geldt volgens mij voor de meeste misstanden die onderwerp zullen zijn van onderzoek. Dan heb ik het nog niet eens over de semipublieke sector, bijvoorbeeld de woningcorporaties zoals de heer Reynaers en mevrouw Vos noemden.
Mevrouw Van Bijsterveld en de heer Schouwenaar verwezen naar het voorstel van VNO-NCW om een onderzoeksraad integriteit voor de private sector in te richten. Wij hebben daar natuurlijk ook over nagedacht, maar wij hebben er ook bedenkingen bij. Dit instituut is niet onafhankelijk, kan geen rechtsbescherming bieden aan klokkenluiders en heeft geen wettelijke onderzoeksbevoegdheden. Bovenal zou zo'n initiatief tot veel onduidelijkheid leiden. Stel u voor: twee onderzoeksinstituten die onderzoek zouden moeten doen naar één bouwfraude; twee instituten met een andere wettelijke basis en andere bevoegdheden, waarbij onduidelijk is wie waarover gaat, maar die vervolgens wel tot één set van aanbevelingen moeten komen. Wij hebben daar nadrukkelijk over nagedacht. Wij hebben ons laten adviseren op dit punt, maar volgens mij is dat niet de weg die wij moeten gaan. Dat neemt niet weg dat wij zeer gaarne bereid zijn ook op dit punt nog eens heel goed naar de wet te kijken. Welke problemen kunnen hierbij optreden en hoe zouden wij die kunnen oplossen? Wij zijn dankbaar voor alle suggesties die vanochtend zijn gedaan. Wij hebben ze allemaal opgeschreven en wij zullen ze er allemaal nauwkeurig bij betrekken.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2013/2014, nr. 30, item 10
-
behandeling Handelingen EK 2013/2014, nr. 30, item 3
-
8 maart 2016
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
9 juni 2015
nieuwe commissie: commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) -
9 juni 2015
commissie vervallen: commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BZK/AZ) -
20 mei 2014
toezegging gedaan