T03907

Toezegging Onderzoek permanente bewoning van vakantiewoningen en recreatievaartuigen (36.410 VII)



De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Kemperman (BBB) en het lid Van Hattem (PVV), toe dat hij in een brief aan de Kamer over de aanpak van vakantieparken een onderzoek zal toevoegen naar het potentieel van permanent gebruikmaken van vakantiewoningen en recreatievaartuigen.


Kerngegevens

Nummer T03907
Status openstaand
Datum toezegging 23 april 2024
Deadline 1 juli 2024
Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden drs. E. Kemperman MBA (BBB)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken (BIZA)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen art. 51 lid 1 RvOEK
recreatievaartuig
recreatiewoningen
Wonen en Bouwen
Kamerstukken Begrotingsstaten Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2024 (36.410 VII)


Uit de stukken

Handelingen I 2023/24, nr. 30, item 3, p. 4.

De heer Kemperman (BBB):

“Ik mis de aanpak van de vakantieparken waar permanent gewoond wordt, met stress en allerlei gedoogtoestanden. Wij vragen de minister: doe daar ook wat extra, want het lukt de gemeenten schijnbaar niet om dat probleem op te lossen. Het levert per direct 35.000 woningen voor de bestaande voorraad op.”

Handelingen I 2023/24, nr. 30, item 10, p. 14.

Minister De Jonge:

“Er komt een brief over de aanpak voor vakantieparken. Ik kan toezeggen dat ik een onderzoek naar meer permanent gebruik van vakantiewoningen aan die aanpak toevoeg. (…) Dat is dan een onderzoek naar wat het potentieel zou kunnen zijn van permanent gebruik van vakantiewoningen.”

Handelingen I 2023/24, nr. 30, item 10, p. 21.

De heer Van Hattem (PVV):

“In het verlengde daarvan: ik had nog gevraagd naar de positie van mensen die permanent willen wonen op recreatievaartuigen. Kan dat misschien in hetzelfde onderzoek meegenomen worden?”

Minister De Jonge:

“Met de recreatievaartuigen heb ik me tot op heden nog niet zo heel erg veel beziggehouden, maar dat ga ik nu wel doen. Ik ga me erin verdiepen en kom er in de brief aan de heer Kemperman op terug.”

De voorzitter:

“Gaat u een brief sturen aan de Kamer of aan meneer Kemperman?”

Minister De Jonge:

“Aan de Kamer als geheel.”


Brondocumenten


Historie

  • 23 april 2024
    toezegging gedaan