T01245

Toezegging Terugnemen van wetsvoorstel 31546 teneinde het wetsvoorstel in te trekken (31.546)



De Minister van Infrastructuur en Milieu zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van het lid Janse de Jonge, toe het wetsvoorstel terug te nemen en dat de ministerraad zich zal beraden op vervolgstappen. Ook zegt zij toe te zullen studeren op aanscherping of aanvulling in de toelichting van artikel 6:18 Awb.


Kerngegevens

Nummer T01245
Status voldaan
Datum toezegging 16 november 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Minister van Infrastructuur en Milieu
Kamerleden dr. E.J. Janse de Jonge (CDA)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Milieu en Ruimtelijke Ordening (IMRO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Kamerstukken Wijziging van de Tracéwet, Spoedwet wegverbreding en de Wet ruimtelijke ordening met het oog op de verbetering van de beroepsprocedure (31.546)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 7 - blz. 19

Minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus: (...) Volgens mij rest mij niets anders dan me nog eens te beraden op wat ik met dit wetsvoorstel ga doen. Eigenlijk heb ik twee teksten gehoord. De heer Janse de Jonge verwees in zijn eerste betoog naar de Tracéwet, die nu naar de Kamer komt: kunnen we die niet in beperkte zin opnemen? In zijn tweede betoog had hij het over het algemene bestuursrecht. Vanuit mijn verantwoordelijkheid wil ik eerst de Tracéwet bekijken, omdat met de Algemene wet bestuursrecht meteen het gehele gremium van fouten herstellen ontstaat, ook op het gebied van sociale zekerheid en ik weet niet wat allemaal. Dat heeft natuurlijk zijn effecten, terwijl het hierbij specifiek gaat om het herstellen van foutjes in ruimtelijkeordeningsvraagstukken. Ik wilde dus maar aanhaken bij zijn eerste betoog.

De heer Janse de Jonge (CDA): Voorzitter. De regering kan erover nadenken, maar als zij specifiek wil repareren voor tracébesluiten, is dat blijkbaar erg urgent. Daarover

hadden wij nog niet gehoord en ook niet gelezen. En als de minister een algemene regeling wil treffen voor het corrigeren van fouten, zou ik heel praktisch zeggen: dan moet u naar de Awb kijken, in de aanscherping of aanvulling in de toelichting van artikel 6.18; daarmee

hebben we het koninklijk geregeld. De regeling is er dus al, maar we maken er dan iets meer gebruik van. Dat zou wellicht een heel pragmatische oplossing zijn.

Minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus: Ik zal studeren op deze tip van de Eerste Kamer. Ik neem het wetsvoorstel terug. De ministerraad zal zich beraden op vervolgstappen.

De voorzitter: Ik stel vast dat de minister zich gaat beraden en beëindig de beraadslaging, met dank aan de minister.


Brondocumenten


Historie