Herdenking mevrouw G.M.P. Cornelissen



Verslag van de vergadering van 16 juni 2015 (2014/2015 nr. 35)

Aanvang: 13.37 uur

Status: gecorrigeerd


Aan de orde is de herdenking van mevrouw G.M.P. (Dien) Cornelissen.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De tijdelijke voorzitter:

Ik verzoek de leden te gaan staan.

Op 25 mei jongstleden overleed op 91-jarige leeftijd Dien Cornelissen, oud-senator voor de Katholieke Volkspartij. Zij was lid van de Eerste Kamer van 16 september 1969 tot 15 september 1971. Landelijke bekendheid kreeg zij vervolgens als lid van de Tweede Kamer. Dien Cornelissen was een maatschappelijk bewogen vrouw met een enorme belangstelling voor het welzijn van de medemens.

Gerardina Maria Paulina Cornelissen werd op 8 mei 1924 geboren in Oploo, Noord-Brabant, in een traditioneel katholiek gezin met twaalf kinderen: zes jongens en zes meisjes. Haar vader was landbouwer, ambtenaar en wethouder.

Tussen 1946 en 1958 was mevrouw Cornelissen actief in de verzorging van oorlogsslachtoffers en in de maatschappelijke dienstverlening. Daarnaast volgde zij tot 1958 de opleiding Sociale Academie. In datzelfde jaar begon mevrouw Cornelissen haar politieke loopbaan in Boxmeer. Zij was daar het eerste vrouwelijke gemeenteraadslid ooit. Vier jaar later werd zij ook lid van Provinciale Staten, wat zij bleef tot 1978.

Op 16 september 1969 werd mevrouw Cornelissen beëdigd als lid van de Eerste Kamer. Enkele jaren was zij gelijktijdig volksvertegenwoordiger op drie niveaus van het huis van Thorbecke. In deze Kamer was zij justitiewoordvoerder van de KVP-fractie. In haar maidenspeech bij de begroting van wat toen nog het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk heette, pleitte zij voor een eenvoudig en transparant systeem van welzijnszorg en maatschappelijke dienstverlening. Ook haalde zij aan dat het appel dat het maatschappelijk werk op de particuliere geldverschaffers kon doen steeds minder werd, omdat iedereen deze functie als basisvoorziening van de overheid was gaan beschouwen. In deze Kamer stond zij bekend als een kundig en benaderbaar Kamerlid.

In september 1971 maakte mevrouw Cornelissen de overstap naar de Tweede Kamer, waarvan zij ruim vijftien jaar lid zou zijn. Hier hield zij zich met name bezig met volksgezondheid, maatschappelijk werk en justitie. Kinderbescherming, gehandicaptenzorg en het gevangeniswezen hadden haar bijzondere aandacht. Naast haar voorzitterschap van diverse vaste en bijzondere commissies, waaronder de bijzondere commissie inzake de financiële positie van gescheiden vrouwen, was mevrouw Cornelissen ook enige jaren ondervoorzitter van de Kamer. Zij deed dit op beheerste en bekwame wijze. Voor de KVP-fractie en later de CDA-fractie speelde zij jarenlang op de achtergrond een belangrijke samenbindende rol. Met haar open karakter en karakteristieke zachte g ontwikkelde zij zich tot moeder van de fractie.

In 1986 verliet mevrouw Cornelissen de Tweede Kamer. Hierna was zij voorzitter van de sectie verpleeghuizen van de Nationale Ziekenhuisraad en voorzitter van de Nederlandse vereniging voor verpleeghuiszorg. Haar belangrijke werk voor deze organisaties leidde tot het in het leven roepen van een tweejaarlijkse Dien Cornelissen Prijs voor het beste project in het kader van privacy in verpleeghuizen.

Door de jaren heen vervulde mevrouw Cornelissen talloze vrijwillige maatschappelijke nevenfuncties op het gebied van zorg, welzijnswerk en ouderen in haar regio en op landelijk niveau. "Zij sjouwde dag en nacht voor haar medemens", zo typeerde een oud-medeparlementariër haar. Voor haar grote maatschappelijke verdiensten werd mevrouw Cornelissen in 1989 benoemd tot ereburger van Noord-Brabant. In 2008 werd zij ook benoemd tot ereburger van Boxmeer, een titel die haar als eerste en tot dusver enige te beurt viel. Bij de toekenning van haar ereburgerschap werd zij geprezen om haar toegankelijke karakter en haar ongedwongen betrokkenheid. Mevrouw Cornelissen was ook ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.

Moge ons respect voor haar persoon en werk en haar inzet voor onze samenleving en de parlementaire democratie tot steun zijn voor haar familie en vrienden.

Ik verzoek eenieder om een moment stilte in acht te nemen.

(De aanwezigen nemen enkele ogenblikken stilte in acht.)