Verslag van de vergadering van 26 maart 2019 (2018/2019 nr. 23)

Aanvang: 13.35 uur

Status: gecorrigeerd


De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mee dat de volgende leden zich hebben afgemeld:

Strik, wegens deelname aan de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa;

Gerkens, wegens deelname aan de Interparlementaire Unie;

Kuiper en Overbeek, wegens bezigheden buitenslands;

Don, Nagel en Van Rij, wegens bezigheden elders.

Deze mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.

De voorzitter:

Op de tafel van de Griffier ligt een lijst van ingekomen stukken. Op die lijst staan voorstellen voor de behandeling van deze stukken. Als voor het einde van de vergadering daartegen geen bezwaar is gemaakt, neem ik aan dat daarmee wordt ingestemd.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Ik breng in herinnering dat de Kamer op 12 december 2017 heeft ingestemd met een aantal wijzigingen in het Reglement van Orde die voortvloeiden uit het verslag van de Tijdelijke Commissie Werkwijze Eerste Kamer en het debat daarover in de Kamer. De meeste wijzigingen zijn direct in werking getreden. Bij de bepalingen die betrekking hadden op de openbaarheid van commissievergaderingen was dat nog niet mogelijk, omdat de commissiekamers in het huidige Eerste Kamergebouw zich niet lenen voor het toelaten van publiek. In het zomerreces van 2018 is in commissiekamer 2 audio- en videoapparatuur geïnstalleerd om het mogelijk te maken vanuit deze ruimte een livestream te verzorgen en aldus openbare vergaderingen te houden. Deze livestream is de afgelopen maanden getest en in orde bevonden. Vrij belangrijk, hè? De Huishoudelijke Commissie heeft daarom op 19 maart jongstleden besloten de bepalingen over openbare inhoudelijke commissievergaderingen per die datum in werking te laten treden. Inhoudelijke commissievergaderingen zijn dus vanaf 19 maart openbaar, tenzij de betreffende commissie anders besluit. De bepaling over de openbaarheid van álle commissievergaderingen, ook de meer procedurele, treedt op een nog nader te bepalen moment in werking.

Op verzoek van de fractie van de Partij voor de Dieren heb ik mevrouw Teunissen aangewezen als lid van de commissie Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO), de commissie Financiën (FIN), de commissie Immigratie & Asiel / JBZ-Raad (I&A/JBZ), de commissie Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO), de commissie Koninkrijksrelaties (KOREL) en de commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) in de bestaande vacatures.

De Kamer heeft diverse voornemens tot het sluiten, vaststellen, wijzigen of verlengen van verdragen, protocollen en overeenkomsten ontvangen. Ik stel vast dat voor deze voornemens de termijnen zijn verstreken en dat wat deze Kamer betreft aan uitdrukkelijke goedkeuring van de volgende voornemens geen behoefte bestaat:

35127 (R2117), A; 35128 (R2118), A; 35136, A; 35143 (R2120), A.