Verslag van de vergadering van 21 april 2020 (2019/2020 nr. 25)
Aanvang: 22.01 uur
Status: gecorrigeerd
Stemming Tweede incidentele suppletoire begroting inzake Noodpakket banen en economie
Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie) (35430).
(Zie vergadering van heden.)
De voorzitter:
We gaan thans stemmen over de wetsvoorstellen die vanmiddag en vanavond plenair zijn behandeld en over twee moties. Ik heet de minister van Financiën, die namens de regering aanwezig is bij de stemmingen, nogmaals welkom. Hebben voldoende leden de presentielijst getekend? Dat is het geval.
We beginnen met de stemming over het wetsvoorstel Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie) (35430).
Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf over de wetsvoorstellen en de moties.
U mag de stemverklaringen desgewenst ook geclusterd afleggen met andere zaken waarover gestemd wordt, zoals wetsvoorstellen of moties, maar dat wil niet zeggen dat de maximale tijd voor de stemverklaring langer wordt. Ik begin bij de heer Van Strien.
De heer Van Strien i (PVV):
Voorzitter. We zullen stemmen vóór de Tweede incidentele suppletoire begroting Sociale Zaken.
Bij de Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten heb ik wel een opmerking. De door het Wuhanvirus veroorzaakte crisis heeft ook een grote impact op onze huurders. In de huidige omstandigheden staan velen al financieel aan de afgrond. De huurverhoging per 1 juli, waar dit kabinet aan vasthoudt, is een extra duwtje in de ellende. En terwijl betaalbare huurwoningen niet te vinden zijn, worden onze huizen massaal en met prioriteit weggegeven aan statushouders. Voor huurders met een aflopend tijdelijk huurcontract daarentegen rest slechts een onzekere toekomst en een jarenlange wachtlijst. Echte oplossingen voor de diepe wooncrisis biedt dit wetsvoorstel niet, maar omdat huurders met een tijdelijk contract hiermee toch iets meer speling krijgen, zullen we voor deze wet stemmen.
De motie-Kox hebben we medeondertekend en daar zullen we dus voor stemmen.
We zullen ook stemmen voor de Tweede suppletoire begroting Financiën. De Implementatiewet wijziging vierde anti-witwasrichtlijn en de Wet verwijzingsportaal bankgegevens, daar zullen we tegen stemmen.
De motie-Otten, die vraagt om waarborgen dat de Europese richtlijn gevolgd wordt, gaat de PVV-fractie ook echt te ver, en daar zullen we dan ook tegen stemmen.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Strien. De heer Kox.
De heer Kox i (SP):
Dank u wel, voorzitter. De fractie van de SP stemt in met de Tweede incidentele suppletoire begroting Sociale Zaken. We zijn blij met de toezegging van de staatssecretaris over het geven van voldoende ruimte aan de Voedselbank.
We stemmen in met het de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid, maar daar hebben we al over gestemd.
We stemmen in, alles afwegende, met de Tweede incidentele suppletoire begroting Financiën inzake herverzekering van leverancierskredieten, waarbij we in acht nemen dat de staatssecretaris hier in deze Kamer wel de toezegging heeft gedaan dat nagegaan zal worden bij wie de rekening te zijner tijd neergelegd kan worden. Volgens de staatssecretaris zullen daarbij ook de kredietverzekeraars in beeld zijn. We vinden dat meer dan gegeven werd in de Tweede Kamer en daarom zullen we per saldo voor stemmen.
We stemmen in met de twee wetten waarover we het net hebben gehad, over de bankgegevens en de implementatiewet.
We stemmen tegen de motie-Otten, omdat we die in z'n totaliteit onvoldoende vinden.
En tot slot stemmen we in met de Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten, in de hoop dat de motie over een tijdelijke huurstop de steun van een meerderheid van deze Kamer zal kunnen krijgen.
De voorzitter:
Ik merk op dat er niet kan worden geïnterrumpeerd bij stemverklaringen, meneer Otten. U kunt straks wel een eigen stemverklaring afleggen.
Dank u wel, meneer Kox. Ik kijk nu even naar rechts. Mevrouw Bredenoord?
Mevrouw Bredenoord i (D66):
Dank u wel, voorzitter. De D66-fractie zal voor de vier voorliggende wetsvoorstellen stemmen en tegen de twee voorliggende moties.
Graag leg ik namens de D66-fractie een korte stemverklaring af over het voorliggende wetsvoorstel over de begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zoals al eerder geuit, heeft onze fractie grote waardering voor de inzet van het kabinet om de economische gevolgen van het coronavirus zo veel mogelijk te beperken, onder andere via de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid, de zogenaamde NOW, en de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers, de zogenaamde Tozo. We hebben begrepen dat er inmiddels al 1,5 miljard is overgemaakt naar meer dan 81.000 bedrijven, waar 1,3 miljoen werknemers in dienst zijn. Indrukwekkende aantallen. En we begrijpen dat ook al meer dan 240.000 ondernemers ondersteuning hebben gevraagd, en nu in afwachting zijn van deze toezeggingen. Wij zijn blij dat het kabinet vandaag, vanmiddag, de Tozo-regeling heeft gepubliceerd, zodat zelfstandigen nu nog beter weten waar ze aan toe zijn. Heldere, duidelijke communicatie blijft belangrijk, zodat iedereen weet welke rechten hij heeft op inkomenssteun. We erkennen de haast en ook de druk die er ligt bij de uitvoeringsorganisaties, zoals het UWV, en bij de gemeentes. De D66-fractie wil graag waardering uiten voor de inzet van alle medewerkers bij deze organisaties, die in moeilijke tijden deze grote maatschappelijke opdracht te verwerken krijgen.
En wij zien dat het kabinet een balans moet vinden tussen de snelheid van grofmazige maatregelen en de zorgvuldigheid van maatwerk, waardoor zo min mogelijk mensen tussen wal en schip vallen. En wij vertrouwen erop dat het kabinet oog blijft houden voor speciale groepen, zoals de flexwerkers, seizoenswerkers, arbeidsmigranten en mensen die werken in de culturele sector. En daarbij vraagt mijn fractie speciale aandacht voor wat deze crisis betekent voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
De regering vraagt aan bedrijven en ondernemers om vanuit vertrouwen te kijken of zij inderdaad aanspraak moeten maken op deze regelingen. En achteraf zullen wij ook in dit huis moeten controleren of en hoe er juist en onjuist gebruik is gemaakt van de maatregelen. En daarom kiest de D66-fractie nu voor een stemverklaring, zodat de regering door kan met de uitvoering van deze maatregelen, die moeten bijdrage tot zo veel mogelijk behoud van banen en inkomens. Wel zou de fractie van D66 bij de verlening van dit pakket in debat willen gaan met de minister en de staatssecretaris over de uitvoering van dit pakket. Gelijke kansen en, waar mogelijk, gelijke behandeling zullen voor de D66-fractie dan een belangrijk aandachtspunt zijn.
De voorzitter:
Dan kijk ik nog naar mevrouw Sent voor een stemverklaring.
Mevrouw Sent i (PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik wil graag twee stemverklaringen afleggen. De eerste is voor stuk 35430, de tweede incidentele suppletoire begroting SZW. De PvdA prijst het kabinet voor de inspanningen om banen te behouden en de economie draaiende te houden. Echter, de PvdA betreurt de soepele voorwaarden waarmee het pakket beschikbaar is gesteld. Immers, zonder striktere voorwaarden is het niet mogelijk om sterker uit de coronacrisis te komen. Want als bedrijven geen belemmering hebben om tijdens goede economische tijden maximaal dividend uit te keren en minimale buffers aan te houden, dan zullen ze bij de volgende crisis weer de hand moeten ophouden bij de overheid. En als publiek-private samenwerkingen niet verder gestimuleerd worden, komen er geen antwoorden op de andere crises — denk alleen al aan het klimaat — waardoor we getroffen worden.
Alles overwegende, zal de PvdA vóór het wetsvoorstel stemmen, en zal mijn fractie zich maximaal blijven inspannen om de juiste lessen uit de coronacrisis te trekken.
Dan heb ik nog een stemverklaring bij wetsvoorstel 35433, de Tweede incidentele suppletoire begroting Financiën.
De voorzitter:
Ook kort.
Mevrouw Sent (PvdA):
Ook kort, net zo kort. De PvdA betreurt de onduidelijkheid over de publiek-private lastenverdeling, alsmede de stapeling van risico's voor de overheid. De staatssecretaris heeft toegezegd die duidelijkheid middels drie brieven te verschaffen, waarvoor wij hem danken. Wij roepen het kabinet op om lessen te trekken uit de parallellen tussen de kredietcrisis en de coronacrisis aangaande vreemd en eigen vermogen. Alles overwegende, zal de PvdA ook voor dit wetsvoorstel stemmen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Sent. Ik wijs er nogmaals op dat stemverklaringen kort zijn en alleen over het eigen stemgedrag gaan.
Ik ga naar de heer Schalk.
De heer Schalk i (SGP):
Dank u wel, voorzitter. De fractie van de SGP steunt de wetsvoorstellen die vandaag zijn behandeld en spreekt waardering uit voor de inzet van het kabinet en de wijze waarop de diverse bewindslieden daarover vandaag met deze Kamer hebben gedebatteerd. Steun dus voor de wetsvoorstellen, maar niet voor de motie-Otten. Daar kan mijn fractie geen steun aan verlenen.
Ik noem specifiek de Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten. Die zullen wij ook steunen, maar ik noem die expliciet omdat daar de motie-Kox aan is verbonden. De fractie van de SGP heeft zich ervan vergewist dat het dictum van die motie de regering niet verplicht tot een noodmaatregel, maar de mogelijkheid daartoe biedt. Mijn fractie meent dat de regering de ruimte heeft om die mogelijkheden te onderzoeken. Als er vervolgens wordt gekozen voor een noodmaatregel, kan de ruimte worden gezocht binnen het middel van die noodmaatregel. Deze ruimte voor de regering biedt de SGP de ruimte om voor deze motie te stemmen.
De voorzitter:
Dank, meneer Schalk. Dan de heer Ester met een verklaring over het stemgedrag van uzelf.
De heer Ester i (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. De ChristenUnie-fractie zal stemmen voor de beide wetsvoorstellen die we vanavond bespraken. Wij zullen niet voor de motie-Otten stemmen. Wij delen de appreciatie van de minister.
Dan twee stemverklaringen. Wij steunen alle wetsvoorstellen die we voor de avond hebben besproken, de twee incidentele suppletoire begrotingen en de twee tijdelijke wetten. Het gaat om uitzonderlijke maatregelen die vitale onderdelen van de Nederlandse economie en arbeidsmarkt versterken. Mijn fractie wil specifiek bij de SZW-begroting opmerken dat wij ons samen met het kabinet grote zorgen maken over de impact van deze grootste naoorlogse crisis op kwetsbare groepen werknemers, flexwerkers, jonge starters, arbeidsmigranten, en arbeidsgehandicapten, die hun arbeidskansen snel zien slinken. Wij roepen het kabinet op al het mogelijke te doen om te voorkomen dat kwetsbare groepen jongeren de band met de arbeidsmarkt verliezen. We moeten alles uit de kast halen om ervoor te zorgen dat er geen nieuwe generatie van werkenden en werkzoekenden ontstaat die buiten de boot valt. Er dreigt een sociaal drama. We moeten echt creatieve arrangementen bedenken om ervoor te zorgen dat jongeren perspectief houden en zich verzekerd weten van een inclusieve economie en arbeidsmarkt.
Dan ten slotte de Tijdelijke wet verlenging huurovereenkomsten, inclusief de motie-Kox. Mijn fractie steunt de tijdelijke wet. Het gaat om een wet die noodzakelijk is om in de coronacrisis een aantal knelpunten in de huursector op te lossen. Een belangrijk aandachtspunt voor onze fractie betreft huurders die door de crisis in de problemen zijn gekomen. Wij zijn blij dat de regering met verschillende organisaties, brancheorganisaties, heeft afgesproken te zoeken naar maatwerkoplossingen en huisuitzettingen zo veel mogelijk te voorkomen.
De fractie van de ChristenUnie heeft sympathie voor de motie-Kox. Wij menen dat oprecht en eerlijk. De motie geeft een helder signaal dat er aandacht moet zijn voor huurders die door de coronacrisis in de problemen komen. Maar toch zullen wij, alles afwegend — en dat was niet makkelijk — de motie niet steunen. Een eerste argument daarvoor is dat het gaat om een wel zeer brede maatregel, die onvoldoende recht doet aan de diversiteit van huurders en verhuurders. Het tweede argument is dat het signaal dat van de motie-Kox uitgaat, eigenlijk door de Tweede Kamer al ruimschoots is afgedekt door verschillende moties. Ik noem de motie van Ronnes over maatwerk voor huurders, die van Dik-Faber over een moreel beroep op woningcorporaties, de motie-Smeulders c.s. over een tijdelijke huurverlaging en huurkorting in uitzonderlijke gevallen en de motie-Smeulders/Dik-Faber over het voorkomen van huisuitzettingen. Wij vinden dat bij elkaar voldoende.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dan de heer Gerbrandy. De stemverklaringen zijn uiteraard wat langer, omdat het over vijf wetsvoorstellen en twee moties gaat. Dit even ter toelichting voor degenen die misschien thuis meekijken en zich afvragen: wat zijn dat voor lange stemverklaringen?
De heer Gerbrandy i (OSF):
Voorzitter. Mijn fractie, de OSF, zal voor de vijf wetsvoorstellen stemmen. Mijn fractie gaat vanzelfsprekend ook stemmen voor de motie-Kox, die wij medeondertekend hebben. Wij stemmen tegen de motie van de heer Otten.
Ik wil bij twee wetsvoorstellen opmerkingen maken. Het eerste betreft de tweede incidentele suppletoire begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Mijn grote respect gaat uit naar de regering, die zo adequaat en vlot en met grote inzet deze wetten heeft geproduceerd. Wat blijkt? In Nederland is er onder werkgevers en werknemers een enorm draagvlak voor de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid. Dat is belangrijk. Nou komt er toch een kritisch punt, want die voorwaarden, door mevrouw Sent zo nadrukkelijk benoemd — ik heb vandaag geen bijdrage geleverd, maar anders zou daarop het accent hebben gelegen — daar sluit ik mij echt bij aan. Pas 31 mei hebt u opnieuw de mogelijkheid om die voorwaarden beter aan te scherpen, want dat draagvlak, dat zo breed was in ons land, is eigenlijk door dat ene schrijnende voorbeeld helemaal weg. Ik vind het een gemiste kans dat in de haast en ondanks het goede werk — dat stel ik voorop — niet iemand heeft gedacht: moeten we niet denken aan die bedrijven die zo veel winst maken en die evengoed nog mensen ontslaan? Die bonussen en zo, dat is schrijnend. ik noem dat een flater.
De voorzitter:
Wilt u afronden, meneer Gerbrandy, anders gaat het op een derde termijn lijken.
De heer Gerbrandy (OSF):
Nee, dat wil ik nog niet, voorzitter, want ik heb niet een bijdrage geleverd. Ik zit hier tien uur in deze Kamer. Ook in het College van Senioren hebben we gezegd: dan mag je iets meer zeggen, met alle respect. Ik ga het kort houden.
De voorzitter:
"Iets" is dan ook wel "iets". Dus als u het daarbij wilt laten; liever niet al te lang doorgaan.
De heer Gerbrandy (OSF):
Dank u. Dan komt er een tweede opmerking, en dat zal u niet verbazen, meneer de minister, zeg ik via de voorzitter. Hoe zou het geweest zijn als wij voor iedereen een basisinkomen hadden gehad? Was het dan zo moeilijk geweest in Nederland dat we al die uitkeringen en al die hulpmaatregelen, al die ondersteuning nodig hadden gehad? Laten we dat denken over dat basisinkomen voortzetten. Niet nu, maar het is de tweede keer. U kunt er echt op wachten dat ik nog een derde keer kom in dit theater.
Mijn laatste opmerking is dat ik zeer nadrukkelijk de tijdelijke verlenging huurovereenkomsten steun. Wat mij opvalt, is het volgende. De regering wil geen huurstop, want ze zegt: de coöperaties worden dan belemmerd in hun basistaak om meer huizen en duurzame huizen te bouwen.
De voorzitter:
Meneer Gerbrandy, ik ga u nu echt onderbreken. We hebben niet afgesproken dat we een derde termijn zouden doen over die zeven onderwerpen. We hebben afgesproken dat fracties een stemverklaring kúnnen geven. U had zich ook kunnen inschrijven voor spreektijd. Daar heeft u niet voor gekozen, dus u krijgt die spreektijd ook niet, en u krijgt ook geen derde termijn. U kunt wel zeven stemverklaringen afleggen, dus dat is best een paar minuten, maar u bent nu meer dan vijf minuten, zo niet tien minuten bezig. Dat is echt onredelijk lang. De anderen hebben dat ook niet gedaan. Ik verzoek u dus af te ronden.
De heer Gerbrandy (OSF):
Ik rond af. De verhuurdersheffing, die door deze regering opgelegd is in 2013, vraagt 2 miljard per jaar van de coöperaties. De minister heeft vanmiddag gezegd: wij geven 1 miljard terug. Ja, dat doet ze in tien jaar. Dat is wat anders dan 2 miljard per jaar.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Gerbrandy. Het woord is aan de heer Van Rooijen.
De heer Van Rooijen i (50PLUS):
Voorzitting, dank. Als ik zie hoe het spreekgestoelte wordt schoongemaakt, denk ik: we hebben er een vitaal beroep bij.
De fractie van 50PLUS steunt alle vijf de wetsvoorstellen. We steunen de motie-Kox, die we zelf mee hebben ondertekend. We steunen de motie-Otten niet.
Ik heb verder één stemverklaring bij de tweede incidentele suppletoire begroting Financiën inzake het leverancierskrediet. In mijn stemverklaring op 7 april, bij de eerste suppletoire begroting van Financiën, heb ik de minister aangegeven dat noodregelingen onvermijdelijk globaal en grofmazig moeten zijn. Het voorbeeld dat we vandaag bespreken, over het leverancierskrediet, is een extreem voorbeeld daarvan. In dat voorstel gaat het om een principiële, ingrijpende en extreem generieke maatregel. De Staat neemt de gehele markt voor het leverancierskrediet van de particuliere verzekeraars over, inclusief de herverzekering. Corona doet deze hele markt instorten en er is sprake van overmacht. Het gaat om een budgettair beslag van 12 miljard voor garanties, met een verlies van 1 miljard. Dat is ingrijpend in de sfeer van verdeling van de verantwoordelijkheid tussen publiek en privaat. Daar komen we in een later debat uiteraard met de staatssecretaris over te spreken. Wij steunen het wetsvoorstel.
Ten slotte dank ik de minister. Ik wens hem wijsheid, sterkte en gezondheid. Die wijsheid en sterkte wens ik hem vooral in binnen- én buitenland. Ik vraag de minister om die wens ook aan de twee staatssecretarissen over te brengen. Toen zij begonnen in januari, wisten zij niet dat zij door zulke zware tijden heel snel in het diepe zijn gesprongen. De staatssecretaris had het als nederig bewindsman vanavond over "vaarwater". Verder wens ik het hele apparaat van Financiën hetzelfde.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Rooijen. De heer Wever wenst het woord niet. Het woord is aan de heer Otten.
De heer Otten i (Fractie-Otten):
Voorzitter. Ik kom allereerst op de stemverklaring over de noodpakketten, de suppletoire begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de COVID-19-crisismaatregel voor de herverzekering van de leverancierskredieten. Daar zullen wij vóór stemmen; dat mag geen verrassing zijn. Wij zijn heel erg ingenomen met de daadkrachtige aanpak van het kabinet en in het bijzonder ook van minister Hoekstra. Complimenten daarvoor. Ik zou zeggen: hou dit vast, ook met wat er nog allemaal gaat komen. Ik denk dat het er niet eenvoudiger op wordt in de komende tijd.
Ik wil hierbij nog wel aandringen op snelheid. "It is better to be roughly right than precisely wrong." Als ooit dit motto van toepassing is, dan is het wel hier wel. Ik heb dit vanmiddag ook gememoreerd bij de staatssecretaris. Als dit immers te lang duurt, dan is straks de patiënt, zijnde het bedrijfsleven overleden. Dan is de operatie geslaagd maar de patiënt overleden, en dan is het middel erger dan de kwaal gebleken. Dus het is echt van groot belang dat hier veel snelheid wordt betracht.
Dan komen we op de Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten. Daar zullen we ook voor stemmen. De motie-Kox, hoewel we die sympathiek vinden en we er begrip voor hebben, vinden we net als een aantal andere fracties iets te ver gaan. Wij zien vooral de oplossing in, wat ik ook heb aangekaart bij staatssecretaris Vijlbrief, een mechanisme waarbij de private schulden worden verminderd, ook in het algemeen belang. Daar kunnen ook huurschulden dan een rol bij spelen. Dat wilde ik nog gezegd hebben bij mijn eerste termijn.
Ten slotte komen we dan bij de Wijziging vierde anti-witwasrichtlijn en de motie-Otten. Uiteraard zullen we voor de motie-Otten stemmen. We stemmen tegen de wet voor de vierde anti-witwasrichtlijn en ook tegen de wet voor het bankportaal. Wij vonden het aanvankelijk een goede wet, maar door de veranderingen die het ministerie zelf heeft aangebracht, al dan niet naar aanleiding van commentaar van DNB, pakt die wet dermate slecht uit voor de innovatieve start-upsector in de cryptocurrencysector dat we daar niet mee akkoord kunnen gaan. We doen nogmaals een klemmend beroep op de minister om met de sector in overleg te gaan om te kijken of er niet een andere oplossing mogelijk is.
Volgens mij heb ik ze dan allemaal gehad, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Otten.
Dan beginnen wij met de stemmingen. Allereerst dus Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie). Wij stemmen bij zitten en opstaan.
In stemming komt het wetsvoorstel.
De voorzitter:
Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.