Dit wetsvoorstel regelt dat de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport medische verrichtingen kan verbieden wanneer deze om maatschappelijke, ethische of juridische redenen ongewenst worden geacht: een algeheel verbod of, in geval van haast, een tijdelijk verbod in een algemene maatregel van bestuur, gevolgd door een wettelijke verbod.
Deze twee mogelijkheden komen naast het al bestaande vergunningenstelsel, waarbij sommige verrichtingen alleen mogen plaatsvinden in centra die daar een vergunning voor hebben.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 29 april 1997 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 21 oktober 1997 zonder stemming aangenomen.
De wet is opgenomen in Staatsblad 515 van 13 november 1997.
ingediend
24 juni 1996titel
Regels betreffende bijzondere medische verrichtingen op het gebied van de gezondheidszorg (Wet op bijzondere verrichtingen)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
De dag na datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst.
Er zijn geen documenten gevonden.