Dit voorstel wijzigt de Wet op de studiefinanciering. Deze wijziging betreft het onderbrengen van de reisvoorziening (de OV-jaarkaart) van studenten in het Hoger onderwijs onder de werking van de prestatiebeurs.
Reden tot wijziging is het regeerakkoord, waarin is aangekondigd dat de OV-jaarkaart voor studenten met ingang van het studiejaar 1999-2000 onder de werking van de prestatiebeurs zou vallen. Het doel hiervan is het genereren van middelen om de keuzemogelijkheid tussen weekkaart en weekendkaart te handhaven.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 29 april 1999 door de Tweede Kamer aangenomen. De fracties SP, GroenLinks, RPF, SGP, GPV en CDA stemden tegen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 29 juni 1999 na hoofdelijke stemming met 37 stemmen voor (PvdA, VVD, D66) en 36 tegen (CDA, GroenLinks, SGP, RPF/GPV, SP, OSF) aangenomen. De leden Hirsch-Ballin (CDA) en Van Heukelum (VVD) waren afwezig.
De wet is opgenomen in Staatsblad 294 van 15 juli 1999.
ingediend
22 januari 1999titel
Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met het onder de prestatiebeurs brengen van de reisvoorzieningschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
inwerkingtreding
1 september 1999, met uitzondering van artikel I, onderdelen C, F en G welke op 1 september 2000 in werking zullen treden.
7
-
-
29 juni 1999
behandeling en stemming (37 voor: PvdA VVD D'66 en 36 tegen: CDA GL SGP RPF/GPV SP OSF) Handelingen EK 1998/1999, nr. 29: blz. 1550-1562 -
-
-
29 april 1999
stemming (tegen: SP GL SGP GPV RPF CDA) Handelingen TK 1998/1999, nr. 76: blz. 4459 -
28 april 1999
behandeling Handelingen TK 1998/1999, nr. 75: blz. 4483-4403 -