Dit wetsvoorstel beperkt de bevoegdheid van afgestudeerden van de opleiding tot leraar basisonderwijs aan de pedagogische academies voor basisonderwijs (PABO's) voor het geven van lichamelijke en zintuiglijke oefening in verband met het geven van dat vak aan jonge kinderen, in de schoolsoorten waarvoor zij bevoegd zijn.
Hiertoe wordt een aantal onderwijswetten gewijzigd. Doel is een impuls te geven aan de kwaliteit van het onderwijs lichamelijke opvoeding door de opleidingen te ontlasten van de taak de opleiding voor dit vakgebied gericht op de hele leeftijdsgroep aan te bieden.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 7 juni 2001 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 26 juni 2001 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 375 van 23 augustus 2001.
ingediend
21 februari 2001titel
Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs onder meer in verband met de onderwijsbevoegdheid voor het geven van onderwijs in zintuiglijke en lichamelijke oefening en de verklaring omtrent het gedragschriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
inwerkingtreding
Op de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst
Onder 'jonge kinderen' wordt verstaan:
-
-leerlingen van groep 1 en 2 voor de schoolsoorten die vallen onder de Wet op het primair onderwijs (WPO)
-
-leerlingen uit de groepen die bestemd zijn voor leerlingen tot 7 jaar voor de schoolsoorten die vallen onder de Wet op de expertisecentra (WEC).
De opleiding aan de academies voor lichamelijke opvoeding (ALO's) blijft daarnaast onveranderd bestaan.
Tevens wordt in dit wetsvoorstel de termijn van de verklaring omtrent het gedrag verkort van 2 jaar naar 6 maanden.
0
Er zijn geen documenten gevonden.