Dit voorstel wijzigt de Aanpassingswet euro (27.472) en enkele andere wetten (en wetsvoorstellen) en beoogt enkele wettelijke bepalingen die nog niet in de Aanpassingswet euro zijn opgenomen alsnog mee te nemen.
Tevens wordt met dit voorstel tegemoetgekomen aan de behoefte aan een vangnetbepaling voor gevallen waarbij een wet de bevoegdheid geeft om een tarief of een ander bedrag bij algemene maatregel van bestuur of bij ministeriële regeling aan te passen. Tenslotte wordt voorgesteld de Wet op de economische delicten te wijzigen. Deze wijziging vloeit voort uit de op 28 juni 2001 door de Raad van de Europese Unie vastgestelde verordening nr. 1338/2001 (uitgebreid door verordening 1339/2001) tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is 22 november 2001 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 10 december 2001 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 664 van 27 december 2001.
ingediend
25 oktober 2001titel
Aanpassing van wetten in verband met de vervanging van de gulden door de euro (Veegwet euro)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Met ingang van 1 januari 2002
5
-
-
-
-
-
22 november 2001
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2001/2002, nr. 27: blz. 1927