28.484

Herijking wettelijke strafmaxima



Dit wetsvoorstel wijzigt het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de herijking van een aantal wettelijke strafmaxima. Daarnaast worden enkele strafbaarstellingen aanpast zodat de delictsomschrijvingen de straffen beter weergeven. De strafmaxima van de culpose delicten (verwijtbare delicten door getoonde onvoorzichtigheid) in het Wetboek van Strafrecht en die in de Wegenverkeerswet 1994 worden meer met elkaar in overeenstemming gebracht.

Met dit wetsvoorstel worden de strafmaxima voor drie groepen delicten: geweldsdelicten, culpose delicten en vermogensdelicten opnieuw vastgesteld. Verder worden de strafbaarstellingen van ambtsdwang, en geweld tegen de Staten-Generaal, provinciale staten en gemeenteraden aangepast en die van tweegevecht geschrapt.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 10 februari 2005 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 december 2005 zonder stemming aangenomen.

Het voorstel is plenair gezamenlijk behandeld met de novelle Reparatiewet II Justitie (30.171).


Kerngegevens

ingediend

22 juli 2002

titel

Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994, in verband met de herijking van een aantal wettelijke strafmaxima

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister van Justitie

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Hoofdlijnen

  • Geweldsdelicten: verhoging van het strafmaximum van eenvoudige mishandeling van twee naar drie jaren gevangenisstraf.
  • Vermogensdelicten: verhoging van het strafmaximum van afdreiging (chantage) en dat van oplichting van drie naar vier jaren gevangenisstraf.
  • Culpose delicten:
    • Bij fataal gevolg een strafmaximum van twee jaren gevangenisstraf en bij zwaar lichamelijk letsel een strafmaximum van één jaar gevangenisstraf. Bij roekeloosheid, worden de strafmaxima van twee jaren verdubbeld tot vier en twee jaren gevangenisstraf.
    • Bij verkeersongevallen verhoging met de helft tot drie jaren bij fataal gevolg en één jaar en zes maanden bij lichamelijk letsel. Bij roekeloosheid wordt dat zes en drie jaren gevangenisstraf
    • Rijden onder invloed en het in ernstige mate overschrijden van de maximumsnelheid brengen in het verkeer nog een verhoging van vijftig procent mee. Bij roekeloosheid met fataal gevolg een gevangenisstraf van negen jaar en bij roekeloosheid met lichamelijk letsel als gevolg vier jaren en zes maanden gevangenisstraf
    • Ook bij brand door schuld met fataal gevolg wordt een strafmaximum van twee jaren gevangenisstraf voorgesteld. Bij roekeloosheid een strafmaximum van vier jaren gevangenisstraf. Als er meer dan één slachtoffer is, wordt dit strafmaximum verhoogd tot vijf jaren en vier maanden gevangenisstraf.
    • Met het oog op verstoringen van parlementaire vergaderingen wordt de strafrechtelijke bescherming van parlementaire vergaderingen uitgebreid tot vergaderingen van parlementaire commissies, alsmede tot ministers en staatssecretarissen die optreden in plenaire vergaderingen of commissievergaderingen van het parlement. Ook is de strafrechtelijke bescherming van vergaderingen van provinciale staten en van gemeenteraden verruimd tot vergaderingen van commissies die door provinciale staten en door gemeenteraden zijn ingesteld.


Documenten