28.509

Verandering Grondwet inzake de benoeming van de commissaris van de Koning en de burgemeester



Dit voorstel bevat de tweede lezing voor het wijzigen van de Grondwet inzake wijziging van de bepaling inzake de benoeming van de commissaris van de Koning en de burgemeester. Het overwegingsvoorstel 27.551 is op 22 januari 2002 door de Eerste Kamer aangenomen.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 9 november 2004 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, GroenLinks, PvdA (met uitzondering van de leden Klaas de Vries, Van Heteren, Van Dijken en Noorman-den Uyl), de Groep Lazrak, de Groep Wilders, D66, VVD, CDA en LPF stemden voor.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 22 maart 2005 na hoofdelijke stemming met 42 stemmen voor (CDA, VVD, D66, LPF, OSF) en 31 stemmen tegen (PvdA, GroenLinks, SP, ChristenUnie en SGP) verworpen.


Kerngegevens

ingediend

5 september 2002

titel

Verandering in de Grondwet, strekkende tot wijziging van de bepaling inzake de benoeming van de commissaris van de Koning en de burgemeester

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties

inwerkingtreding

Procedure grondwetsherziening


Documenten

5