Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet personenvervoer 2000 in verband met verbeteringen van voornamelijk wetstechnische aard.
Met dit voorstel worden enige wijzigingen aangebracht in de bepalingen met betrekking tot het aan de reiziger kenbaar maken van de klachtafhandeling, het overleg over de afstemming van het openbaar vervoer tussen aangrenzende concessiegebieden, de opgave van rechten en plichten van het personeel bij de overgang van een concessie en de begripsomschrijving van een gemeentelijk vervoersbedrijf.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 11 december 2003 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 16 maart 2004 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 141 van 8 april 2004.
De inwerkingtreding, houdende technische wijzigingen alsmede enige andere verbeteringen is opgenomen in Staatsblad 399 van 19 augustus 2004.
Wijziging besluit personenvervoer 2000 is opgenomen in Staatsblad 666 van 21 december 2004.
De inwerkingtreding van bepalingen is opgenomen in Staatsblad 740 van 30 december 2004.
Het verslag van een schriftelijk overleg over de evaluatie van de Wet personenvervoer 2000 van 3 maart 2004 werd betrokken bij de behandeling van de Begrotingsstaat Verkeer en Waterstaat 2004 (29.200 XII).
ingediend
25 juni 2003titel
Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende technische wijzigingen alsmede enige andere verbeteringenschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.4