Dit wetsvoorstel biedt mogelijkheden voor de decentralisatie van arbeidsvoorwaarden in het primair onderwijs. Afspraken hierover zijn eerder uitgewerkt in het Convenant decentralisatie hoofdstuk I-C van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel, dat op 15 juli 2002 aan de Tweede Kamer is aangeboden.
Dit voorstel regelt dat de uit het convenant voortvloeiende wijzigingen worden opgenomen in de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 19 februari 2004 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 8 juni 2004 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 271 van 22 juni 2004.
De inwerkingtreding van enkele artikelen is opgenomen in Staatsblad 378 van 29 juli 2004.
De inwerkingtreding van de artikelen II, III, V en VI is opgenomen in Staatsblad 198 van 25 april 2006.
ingediend
20 oktober 2003titel
Wijziging van de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de decentralisatie van arbeidsvoorwaardenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.2
-
-
19 februari 2004
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2003/2004, nr. 54, blz: 3337