Dit wetsvoorstel vervangt de huidige Mediawet door een nieuwe (multimediale) Mediawet die beter aansluit bij het digitale tijdperk. Ook alle vormen van elektronisch aanbod, zoals themakanalen, websites en mobiel aanbod, behoren tot de hoofdtaak van de publieke omroep. Het aanbod van de publieke omroepen moet "altijd en overal" beschikbaar zijn. Lokale, regionale en landelijke publieke omroepen blijven in het kabelpakket wanneer veel huishoudens de overstap maken van analoog naar digitaal.

In dit voorstel zijn de afspraken uit het Coalitieakkoord van het Kabinet Balkenende IV over het zogenaamde 'programmeermodel' verwerkt. De huidige verplichte percentages zendtijd voor informatie en cultuur op de drie publieke zenders worden vervangen door de prestatieafspraken. Het vaste thuisnet van de omroepen komt te vervallen. Voortaan maken de omroepen programma's voor de hele publieke omroep. Deze programma's worden vervolgens verdeeld over de drie netten. Ook komt er voor 21.00 uur een verbod op alcoholreclame op radio en televisie en worden de regels voor reclame en sponsoring de commerciële omroepen versoepeld.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 3 juli 2008 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, PvdA, GroenLinks, D66, PvdD, ChristenUnie, SGP, CDA en het lid Verdonk stemden voor. De Eerste Kamer heeft het voorstel na stemming bij zitten en opstaan op 23 december 2008 aangenomen. De fractie van de VVD stemde tegen.

De wet is opgenomen in Staatsblad 583 van 30 december 2008.

De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 585 van 30 december 2008.

Op 20 april 2011 heeft de commissie een brief gestuurd aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap inzake toezegging T00956 (EK 31.356, J). Op 4 oktober 2011 heeft de commissie nogmaals een brief gestuurd naar de minister. De minister heeft hierop bij brief van 3 juli 2012 gereageerd. Beide brieven zijn opgenomen in een verslag van een schriftelijk overleg dat de commissie oo 29 augustus 2012 heeft uitgebracht (EK 31.356, K).

De commissie heeft op 10 juli 2012 het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) (EK 33.000 VIII / 31.356, J) inzake toezegging over wetsartikelen betreffende haatzaaien (T00956) gedaan tijdens de plenaire behandeling van dit wetsvoorstel voor kennisgeving aangenomen.


Kerngegevens

ingediend

25 februari 2008

titel

Vaststelling van een nieuwe Mediawet (Mediawet 20..)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

  • 1. 
    Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
  • 2. 
    Als deze wet na 31 december 2008 in werking treedt, werken de artikelen 2.145, 2.146 en 9.1, onderdeel a, terug tot en met 1 januari 2008.

Hoofdlijnen

Het voorstel regelt ook:

  • verhoging van de rijksomroepbijdrage aan de mediabegroting;
  • maximering van de reservevorming bij de publieke omroep;
  • toepassing van de principes van goed bestuur bij de Wereldomroep, het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, het Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Omroepproducties en het Muziekcentrum van de Omroep;
  • de verdeling van zendtijd over kleine kerkelijke en levensbeschouwelijke zendgemachtigden;
  • de mogelijkheid om haatzaaiende zenders te weren;
  • de mogelijkheid voor het Commissariaat om dwangsommen op te leggen.

Documenten