Dit wetsvoorstel voegt aan de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten een exploitatiecontractenrecht regeling toe. Hiermee wordt de positie van auteurs/uitvoerende kunstenaars ten opzichte van de exploitanten van hun werk verbeterd. Kunstenaars zijn voor het toegankelijk maken van het werk voor het publiek vaak afhankelijk van exploitanten. Bij exploitanten moet in dit geval gedacht worden aan uitgevers, platenmaatschappijen en filmproducenten. De voorwaarden voor verlening van een exclusieve licentie wordt gelijkgetrokken met de voorwaarden voor overdracht van het auteursrecht. Hierdoor is zowel voor de overdracht als voor de exclusieve licentieverlening een akte vereist is.
Met dit voorstel krijgen makers:
-
-recht op een redelijke vergoeding voor de verlening van het recht om een werk toegankelijk te maken voor het publiek. De hoogte van deze vergoeding kan op verzoek door de minister worden vastgesteld;
-
-een aanvullende redelijke vergoeding als er een groot verschil is tussen de vergoeding en de opbrengsten van de exploitatie van het werk (de zogenaamde bestseller bepaling);
-
-het recht op gehele of gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst met de exploitant als die het werk onvoldoende exploiteert (de zogenaamde non-usus bepaling).
Ook worden onredelijk bezwarende bedingen vernietigbaar verklaard en kan een geschillencommissie worden ingesteld voor de beslechting van geschillen. Tenslotte wordt de filmregeling verduidelijkt.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 33.308, A) is op 12 februari 2015 aangenomen door de Tweede Kamer. De PVV, de Groep Bontes/Van Klaveren, het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de VVD, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk, D66, GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 30 juni 2015 zonder stemming aangenomen.
ingediend
18 juni 2012titel
Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de versterking van de positie van de auteur en de uitvoerende kunstenaar bij overeenkomsten betreffende het auteursrecht en het naburig recht (Wet auteurscontractenrecht)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- staatssecretaris van Veiligheid en Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
39
-
-
18 november 2020
brief van de minister voor Rechtsbescherming ter aanbieding van de evaluatie van de Wet auteurscontractenrecht EK, G Bevat bijlage
Op 24 november 2020 voor kennisgeving aangenomen. -
-
-
29 juni 2018
brief van de minister voor Rechtsbescherming de eerste bevindingen drie jaar na inwerkingtreding van de Wet auteurscontractenrecht EK, F Bevat bijlagen
Voor kennisgeving aangenomen op 10 juli 2018. -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
10 februari 2015
Motie van het lid Verhoeven over consulteren van niet door PAM en RODAP vertegenwoordigde makers TK, 14 -
10 februari 2015
Motie van het lid Helder over bewerkstelligen dat de geschillencommissie er daadwerkelijk komt TK, 13 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-