Dit wetsvoorstel voorziet in de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/542 van de Raad van 5 april 2022 van de verplichte onderdelen van de BTW-tarievenrichtlijn voor antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen en bepaalde virtueel geleverde diensten.
Doel van het wetsvoorstel is het verduidelijken van het toepassingsgebied van het lage btw-tatief van 6% voor antiek, kunst en verzamelvoorwerpen. Daarnaast worden de bepalingen over de plaats van de dienst voor de heffing van btw bij bepaalde diensten die virtueel aan een afnemer worden verricht aangepast. Deze diensten worden nu geacht plaats te vinden in de lidstaat waar de afnemer is gevestigd.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel op 21 september 2023 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 10 oktober 2023 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
15 mei 2023titel
Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met een aanpassing van de aanvullende regeling voor antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen, en in verband met aanpassingen van de bepalingen inzake plaats van dienst voor de heffing van omzetbelasting bij bepaalde diensten die virtueel aan een afnemer worden verrichtschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2025, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari 2025