Dit wetsvoorstel wijzigt de Vreemdelingenwet 2000 zodanig dat er een nieuw toelatingsvereiste wordt toegevoegd voor de verlening van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd.
Met dit voorstel wordt de integratie van nieuwkomers in de Nederlandse samenleving bevorderd. Het toelatingsvereiste houdt in dat de vreemdeling reeds voor zijn komst naar Nederland moet beschikken over kennis op basisniveau van de Nederlandse taal en de Nederlandse maatschappij. Dit geldt voor vreemdelingen die voor hun komst naar Nederland in het bezit moeten zijn van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) en na hun komst inburgeringsplichtig zijn in de zin van de Wet inburgering nieuwkomers (WIN).
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 5 april 2005 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, Groep Wilders, D66, VVD, ChristenUnie, SGP, CDA en LPF stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 20 december 2005 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. GroenLinks en SP stemden tegen.
ingediend
21 juli 2004titel
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het stellen van een inburgeringsvereiste bij het toelaten van bepaalde categorieën vreemdelingen (Wet inburgering in het buitenland)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
3
-
20 december 2005
stemming (aangenomen, tegen: GL en SP) Handelingen EK 2005/2006, nr. 13, blz: 706-707 -
-