Dit wetsvoorstel voorziet in een maximale verjaringstermijn voor alle overtredingen van tien jaren.
Met dit reparatievoorstel worden problemen op het gebied van verjaring voorkomen waarbij in het per 1 januari 2006 inwerkinggetreden Initiatiefvoorstel-Dittrich / Van Haersma Buma inzake opheffing verjaringstermijn bij zeer ernstige delicten (28.495) geen rekening is gehouden. Het effect van de begrenzing tot maximaal twee maal de wettelijke verjaringstermijn (bij overtredingen vier jaar) zou namelijk kunnen zijn dat men rechtsmiddelen blijft instellen om meer kans te maken dat een zaak verjaart.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 15 juni 2006 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 3 juli 2006 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
2 juni 2006titel
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht (verlenging verjaring inzake overtredingen na stuiting)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst.
1
-
15 juni 2006
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2005/2006, nr. 91, blz: 5537