Dit wetsvoorstel voegt aan het Wetboek van Strafrecht een nieuwe strafbaarstelling toe waardoor het verwerven en voorhanden hebben van een voorwerp afkomstig uit een door de dader zelf gepleegd misdrijf strafbaar wordt. Hiermee wordt het witwassen van misdaadgeld aangepakt.
Met dit voorstel wordt witwassen gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste 6 maanden of een geldboete in de vierde categorie, en wordt schuldwitwassen gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste 4 maanden of een geldboete in de vierde categorie. De strafbaarstelling op het (schuld)witwassen heeft een lager strafmaximum omdat de dader nog geen handelingen heeft verricht die gericht zijn op het verbergen of verhullen van de (criminele) herkomst van de voorwerpen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (TK 34.294, nr. 2) op 30 juni 2016 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 12 juli 2016 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
26 september 2015titel
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht met het oog op het verbeteren van de mogelijkheden tot bestrijding van het verwerven en voorhanden hebben van uit misdrijf afkomstige voorwerpen (aanpassing witwaswetgeving)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Veiligheid en Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.