Dit wetsvoorstel maakt deel uit van het pakket Belastingplan 2018 en bevat belastingmaatregelen die per 1 januari 2018 budgettair effect hebben, zoals maatregelen die beogen de koopkracht van Nederlandse huishoudens te versterken, met name die van uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden.

Met nota's van wijziging van 6 november 2017 (TK, 8) en 21 november 2017 (TK, 30) zijn voorstellen met betrekking tot verschillende onderwerpen uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III in dit wetsvoorstel opgenomen.


Stand van zaken

Het voorstel (EK, B) is op 23 november 2017 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, PvdA, GroenLinks, PvdD, DENK, 50PLUS, D66, VVD, SGP, CDA en ChristenUnie stemden voor.

De plenaire behandeling van het pakket Belastingplan 2018, gezamenlijk met de Algemene financiële beschouwingen, vond plaats op 12 december 2017. Dit wetsvoorstel werd op 19 december 2017 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. De PVV-fractie stemde tegen.

Tijdens de plenaire behandeling werden vier moties ingediend, werd een tijdens de Algemene politieke beschouwingen op 5 december 2017 ingediende motie gewijzigd en werd een op 5 juli 2016 aangenomen motie bij het debat betrokken. Over deze 6 moties werd op 19 december 2017 gestemd.

De Eerste Kamercommissie voor Financiën (FIN) heeft op 9 mei 2018 het verslag van een schriftelijk overleg (EK 34.785 / 25.087, J) met de staatssecretaris van Financiën over zijn brief van 23 februari 2018 (EK 34.785 / 25.087, F) over de aanpak van belastingontwijking en belastingontduiking uitgebracht (naar aanleiding van de toezegging 'Brief over maatregelen belastingontwijking' (T02526)). Op 5 juni 2018 werd dit onderwerp tijdens een mondeling overleg met de staatssecretaris besproken. Van dat overleg is een woordelijk verslag en een videoverslag beschikbaar.

De commissie heeft op 9 mei 2018 ook het verslag van een schriftelijk overleg (EK 34.785 / 32.140, I) met de staatssecretaris van Financiën over zijn brief van 23 februari 2018 (EK 34.785 / 32.140, G) ter aanbieding van de Fiscale beleidsagenda uitgebracht (naar aanleiding van de toezegging 'Fiscale beleidsagenda aanbieden' (T02515)). Op 5 juni 2018 werd ook dit onderwerp tijdens het mondeling overleg met de staatssecretaris besproken, zie het woordelijk verslag en het videoverslag van dat overleg.

Op 28 november 2017 werd door medewerkers van het ministerie van Financiën voor de leden van de commissie een technische briefing over het pakket Belastingplan 2018 verzorgd.


Kerngegevens

ingediend

19 september 2017

titel

Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2018)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

  • 1. 
    Onder toepassing van artikel 12 van de Wet raadgevend referendum treedt deze wet in werking met ingang van 1 januari 2018, met dien verstande dat:
  • artikel I, onderdelen Abis tot en met D, eerst toepassing vindt nadat artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 bij het begin van het kalenderjaar 2018 is toegepast;
  • indien artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 bij het begin van het kalenderjaar 2019 wordt toegepast: artikel IA, onderdeel B, eerst toepassing vindt nadat artikel 10.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 bij het begin van genoemd kalenderjaar is toegepast;
  • artikel III, onderdelen A tot en met C, eerst toepassing vindt nadat artikel 22d van de Wet op de loonbelasting 1964 bij het begin van het kalenderjaar 2018 is toegepast;
  • indien artikel 22d van de Wet op de loonbelasting 1964 bij het begin van het kalenderjaar 2019 wordt toegepast: artikel IIIA eerst toepassing vindt nadat artikel 22d van de Wet op de loonbelasting 1964 bij het begin van genoemd kalenderjaar is toegepast;
  • indien artikel 90 van de Wet belastingen op milieugrondslag bij het begin van het kalenderjaar 2018 wordt toegepast, artikel IX, onderdelen J en K, eerst toepassing vindt nadat artikel 90 van de Wet belastingen op milieugrondslag bij het begin van genoemd kalenderjaar is toegepast;
  • artikel XIIA, onderdeel A, toepassing vindt voordat artikel V van het Belastingplan 2017 wordt toegepast;
  • artikel XIII toepassing vindt voordat hoofdstuk III, artikel II, vierde lid, van de Invoeringswet fiscaal stelsel BES wordt toegepast.
  • 2. 
    In afwijking van het eerste lid treedt artikel IX, onderdelen A tot en met I, in werking op een bij koninklijk besluit vast te stellen tijdstip, waarbij kan worden bepaald dat artikel IX, onderdelen A tot en met I, geen toepassing vindt ten aanzien van de overbrenging van afvalstoffen uit Nederland binnen een daarbij te bepalen aantal maanden na het tijdstip van inwerkingtreding, met toepassing van een ingevolge Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni betreffende de overbrenging van afvalstoffen (PbEU 2006, L 190) bij beschikking verleende toestemming tot overbrenging van afvalstoffen uit Nederland die is verleend vóór het tijdstip van inwerkingtreding.
  • 3. 
    In afwijking van het eerste lid treedt artikel VII, onderdelen A en C, in werking met ingang van 1 januari 2019.

Documenten

27