Verslag van de vergadering van 18 december 2018 (2018/2019 nr. 13)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 18.20 uur
De heer Pijlman i (D66):
Dank u wel, voorzitter. Ik dank de minister voor de heldere antwoorden. Ik zei in eerste instantie al dat deze Wet ODE is ingevoerd door het kabinet-Rutte/Asscher. Het is goed om hier ook te melden dat dit kabinet, als het om de energietransitie gaat, flinke wendingen heeft gemaakt. Compliment daarvoor. Maar er komt ook buitengewoon veel op ons af. Ook de minister stelt nu de vraag of deze wet nog wel past bij de energietransitie en de kosten van de energietransitie, en of de verdeling 50/50 nog wel rechtvaardig is. Dat spreekt ons zeer aan. Ik hoop er vrijdag meer over te horen en ik hoop dat wanneer het hele pakket aan maatregelen voor de energietransitie op tafel ligt, dan opnieuw gekeken wordt naar een rechtvaardige verdeling van kosten. De kosten die door deze wet voor de burgers omhooggaan, zo'n €50, zitten verdisconteerd in de koopkracht, maar dat wil niet zeggen dat de burger dat ook zo voelt. Die leest en hoort alleen maar over een toename van lasten, maar ik hoop dat die in januari ook aan zijn loonstrookje ziet dat de belastingen zijn verlaagd. Ik heb in eerste instantie gezegd dat daarvoor hele gerichte communicatie van de overheid nodig is en dat dat in deze tijd weleens wat minder traditioneel zou mogen dan tot dusver.
In Europees verband roep ik nogmaals op om er via SDE en ETS voor te zorgen dat de kosten die de industrie moet maken — we mogen zeker de concurrentiepositie van de industrie en de energiemaatschappijen niet uit het oog verliezen — er niet toe leiden dat we in een race tussen landen terechtkomen, waardoor de kosten onterecht omlaaggaan en de burgers dat extra voelen. Dat blijft een aandachtspunt.
Ik ben blij te horen dat de onderbesteding die er bij SDE+ was, inmiddels opgelost wordt, en dat ook de najaarsronde overtekend was, zodat er snel verdergegaan kan worden om Nederland van meer duurzame energie te voorzien.
De heer Aardema i (PVV):
Ik heb een vraag voor meneer Pijlman. U bent ook met de cijfers aan de gang en u probeert net als de minister het bedrag een beetje te bagatelliseren. Maar u bent toch vast met mij eens dat de lasten ondanks compensatie sowieso omhooggaan? En dan hebben we bijvoorbeeld de Poolse top en de resultaten van de klimaattafels niet eens meegerekend. Kunt u daar een reactie op geven?
De heer Pijlman (D66):
Ik zei juist dat ik absoluut de mensen serieus neem die zien dat die energierekening omhooggaat. Ik heb de minister in eerste instantie overigens ook gevraagd of hij het met mij eens is dat de mensen die in de sociale woningbouw zitten, het eerst aan de beurt zijn bij investeringen daarin en dat zij als eerste de positieve effecten van de energietransitie in de portemonnee voelen. Daar hoor ik graag nog een antwoord op. En ja, als het gaat om de doelstelling van de energietransitie staan wij volledig aan de andere kant van het speelveld. U bent een klimaatontkenner en ik denk dat wij heel erg aan de slag moeten om de effecten van de klimaatverandering beheersbaar te houden.
De voorzitter:
Meneer Aardema, tot slot.
De heer Aardema (PVV):
Ik heb in mijn betoog gezegd dat mensen die dat doen, mogelijk een beetje aan grootheidswaanzin lijden, maar ik vind u een aardige man, dus ik ga u daar niet van beschuldigen.
De heer Pijlman (D66):
Dat scheelt dan alweer.
De voorzitter:
Bent u bijna klaar met uw inbreng?
De heer Pijlman (D66):
Ik ben bijna klaar met mijn inbreng ...
De voorzitter:
U bent al een minuut over uw tijd heen.
De heer Pijlman (D66):
Ik ben ook geïnterrumpeerd, voorzitter, maar ik rond ...
De voorzitter:
Nee, nee, want toen heb ik de klok stilgezet.
De heer Pijlman (D66):
Neem me niet kwalijk, voorzitter. Als u het goed vindt, reageer ik meteen op de motie en dan ben ik klaar. Of wilt u liever dat ik dat later doe?
De voorzitter:
U reageert op welke motie?
De heer Pijlman (D66):
De motie van mevrouw Fiers.
De voorzitter:
Maar u bent al bijna één minuut over uw tijd heen.
De heer Pijlman (D66):
Dan stop ik en doe ik het straks. Dat is ook goed.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Pijlman. Ik geef het woord aan de minister van Economische Zaken en Klimaat.