Dit wetsvoorstel wijzigt de wijze van indexering van het lesgeld. Daarbij wordt aangesloten bij de wijziging van de indexeringswijze van het wettelijk collegegeld en het cursusgeld per studiejaar 2023–2024. Dit voorstel regelt tevens een wijziging van de hardheidsclausule in de Wet studiefinanciering 2000 (WSF 2000) en de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS).
In de Les- en cursusgeldwet (LCW) is vastgelegd dat het lesgeld, anders dan bij het collegegeld en cursusgeld, jaarlijks aan de hand van de consumentenprijsindex wordt geïndexeerd. Om deze huidige wijze van indexering minder gevoelig te maken van de inflatie is een wetswijziging vereist. Om in de toekomst makkelijker op veranderende omstandigheden te kunnen inspelen en qua wetsystematiek beter aan te sluiten bij het collegegeld en cursusgeld, wordt met deze wijziging niet opnieuw de wijze van indexering in de wet opgenomen, maar gedelegeerd naar lagere regelgeving. Hierdoor wordt voor alle drie de gelden de indexeringswijze bepaald op het niveau van AMvB. Door de wijziging van de hardheidsclausule wordt het voor de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) in alle gevallen waarin dit noodzakelijk wordt geacht, (namens de Minister) de mogelijkheid geboden maatwerk toe te passen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (TK, 2) is op 4 april 2023 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 18 april 2023 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
21 december 2022titel
Wijziging van onder andere de Les- en cursusgeldwet in verband met de aanpassing van de indexeringsbepalingen van het lesgeld en cursusgeld en aanpassing van de hardheidsclausuleschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.