De Eerste Kamer heeft dinsdag 28 januari een wetsvoorstel aangenomen dat de gegevensverwerking regelt bij de persoonsgerichte aanpak van radicalisering en terroristische activiteiten. De fracties van OPNL, GroenLinks-PvdA, SGP, D66, Volt, CDA, PVV, SP, VVD, JA21, BBB, 50PLUS en de ChristenUnie stemden voor het wetsvoorstel van minister Van Weel van Justitie en Veiligheid (J&V), de fracties van FVD en PvdD stemden tegen.
Met het wetsvoorstel krijgen burgemeesters de wettelijke taak om zogeheten casus-overleggen te organiseren waarin de aanpak van radicaliserende of geradicaliseerde personen wordt besproken. Op deze manier wordt de gegevensuitwisseling geregeld tussen organisaties die betrokken worden bij een casus. De bestaande praktijk van de persoonsgerichte aanpak radicalisering wordt op deze manier gecodificeerd (als wettekst opgeschreven – red.), toekomstbestendig gemaakt en aangesloten op AVG-regelgeving. De Kamer heeft ook twee moties aangenomen.
-
-Motie-Nicolaï c.s. over na gaan of er een beroep openstaat op grond van de Algemene wet bestuursrecht. Deze motie had het advies ‘Oordeel Kamer’ gekregen van de minister.
-
-Motie-Van de Sanden c.s. over onderzoek doen naar de wettelijke kaders en richtlijnen om online te monitoren. Ook deze motie had als advies ‘Oordeel Kamer’.
De zogenoemde ‘lokale aanpak’ die tot doel heeft radicalisering, extremisme en dreigingen te herkennen en daarop in te grijpen wordt met dit voorstel wettelijk vastgesteld. Wanneer signalen over mogelijke radicalisering bij politie en/of gemeenten binnenkomen, kunnen deze worden besproken in het casusoverleg. Het doel van dit overleg is het bereiken van een effectieve persoonsgerichte, integrale aanpak om radicalisering te voorkomen, verminderen en bestrijden. Als een persoonsgerichte, integrale benadering noodzakelijk is, wordt voor elke casus beoordeeld welke organisaties een taak hebben en betrokken moeten worden. Hierbij valt te denken aan onder andere het Openbaar Ministerie, de gemeente, reclasseringsinstellingen, de politie en de Raad voor de Kinderbescherming. Daarnaast wordt beoordeeld welke organen of instanties relevante gegevens, waaronder ook persoonsgegevens, nodig hebben.
Deel dit item: