Inmiddels is een themapagina gemaakt voor de werkzaamheden van de Tijdelijke
Commissie Subsidiariteitstoets.
Op 28 maart 2006 hebben de Staten-Generaal de tijdelijke commissie subsidiariteitstoets ingesteld. Meer informatie leest u in het nieuwsbericht hierover.
Tijdens de vergadering van de Eerste Kamer op 31 januari 2006 heeft de plenaire vergadering op voorstel van de voorzitter van de commissie Europese Samenwerkingsorganisaties (ESO), René van der Linden, ingestemd met de instelling van een tijdelijke commissie subsidiariteit voor de duur van één jaar. Daarbij is aangetekend dat het werk van de commissie tijdens de evaluatieperiode door moet gaan, gelet op het belang van continuïteit en de betrokkenheid van de Staten-Generaal bij het Europese wetgevingsproces. Aangezien vertegenwoordigers uit beide Kamers zitting krijgen in de nieuwe tijdelijke commissie, heeft de plenaire vergadering besloten de evaluatie gezamenlijk door beide Kamers uit te laten voeren. De Voorzitter van de Eerste Kamer is verzocht samen met de Voorzitter van de Tweede Kamer zorg te dragen voor de samenstelling van de commissie volgens de verdeelsleutel uit het advies van de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit.
De Tweede Kamer heeft op 15 december 2005 in een plenair debat gesproken over de instelling van een nieuwe Commissie Subsidiariteitstoets, conform het advies van de Gemengde Commissie. Op 20 december 2005 is de motie Timmermans c.s. aangenomen, waarin is vastgelegd dat de nieuwe commissie tijdelijk wordt ingesteld voor de duur van één jaar, waarna een evaluatie zal plaatsvinden.
De laatste vergadering van de Gemengde Commissie vond plaats op 1 november 2005. Tijdens deze vergadering is het aanvullend advies vastgesteld.
Op 4 oktober 2005 heeft de commissie vergaderd over de inbreng van de Staten-Generaal tijdens de komende vergadering van de COSAC die plaatsvindt op 9-11 oktober 2005.
Op dinsdag 27 september 2005 vond een vergadering van de Gemengde Commissie plaats.
Het College van Senioren van de Eerste Kamer heeft op 5 juli 2005 besloten om aanvullend advies aan de Gemengde Commissie te vragen.
Het Presidium van de Tweede Kamer heeft op 29 juni 2005 besloten om aanvullend advies aan de Gemengde Commissie te vragen. Een en ander naar aanleiding van de uitslag van het referendum.
Op 28 juni 2005 stuurt de Gemengde Commissie een nader advies over de toepassing subsidiariteit. Dit nader advies is gebaseerd op het ontwerpadvies dat de Gemengde Commissie in oktober 2004 heeft uitgebracht en de ervaringen opgedaan met het experiment met het Derde Spoorwegpakket.
Op 27 juni 2005 reageert de Gemengde Commissie per brief op het verzoek van de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer van 16 juni 2005.
De voorzitters van Eerste en Tweede Kamer hebben op 16 juni 2005 een brief gestuurd aan de voorzitter van de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit. Hierin verzoeken de voorzitters van beide kamers de Gemengde Commissie in een commissievergadering te spreken over de ontstane situatie na de negatieve uitkomsten van de referenda in Frankrijk en Nederland. Zij verzoeken de Gemengde Commissie de voorzitters van beide Kamers hierover te adviseren zodat deze dit voor het zomerreces kunnen bespreken in het College van Senioren van de Eerste Kamer en het Presidium van de Tweede Kamer.
Op 26 april 2005 zal de Gemengde Commissie bijeen komen. Op de agenda staat de evaluatie van het subsidiariteitsexperiment met het Derde Spoorwegpakket, de vragenlijst van de COSAC inzake het subsidiariteitsexperiment en de beëindiging
van de werkzaamheden van de commissie.
De Gemengde Commissie heeft tijdens de bijeenkomst met de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste en Tweede Kamer op 7 april 2005 kennis genomen van de argumenten die ten grondslag liggen aan de adviezen van de commissies Verkeer en Waterstaat van beide Kamers en bereid de Gemengde Commissie -gehoord die adviezen- een ontwerpbesluit voor.
Tijdens de vergadering van de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit van 5 april 2005 bleek op basis van de adviezen dat er verschillende opvattingen bestaan tussen de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste Kamer en de Tweede Kamer ten aanzien van drie Europese voorstellen. Hierop heeft de Gemengde Commissie een conciliatiebijeenkomst georganiseerd op 7 april 2005 om te bezien of alsnog tot een gezamenlijk standpunt kan worden gekomen ten aanzien van deze Europese voorstellen.
Op 1 maart 2005 heeft de gemengde commissie vergaderd. Tijdens de beoogde opheffingsvergadering werd echter - overeenkomstig de wens van de commissie Europese Zaken van de Tweede Kamer en commissie Europese Samenwerkingsorganisaties van de Eerste Kamer - het begin gemarkeerd van een proef met de subsidiariteitstoets in alle 25 lidstaten van de Europese Unie. De komende zes weken zal de gemengde commissie, vooruitlopend op de instelling van een (breder samengestelde) permanente gemengde commissie, de werkzaamheden op zich nemen om het derde spoorwegpakket aan een subsidiariteitstoets te onderwerpen en in samenspraak met de relevante vakcommissies een advies op te stellen.
Tenslotte werd de reactie besproken van het presidium van de Tweede Kamer en het College van Senioren op het advies van de commissie. Geconstateerd is dat het advies wordt overgenomen, dat enkele vraagpunten nog verhelderd zullen worden. De commissie zal de Eerste en Tweede Kamer schriftelijk informeren dat zij constateert dat het advies wordt overgenomen en dat zij haar werkzaamheden na afronding van de proef als beëindigd beschouwd. Brief plus advies zullen als kamerstuk gedrukt worden.
De gemengde commissie heeft op 12 oktober 2004 advies uitgebracht de Voorzitters der beide Kamers betreffende de parlementaire behandeling van Europese wetsvoorstellen.
bijlage (xls)
bijlage (pdf)
PILOT
In het kader van een EU-brede proef met de toepassing van de subsidiariteitstoets door de nationale parlementen is op 1 maart 2005 een proef gestart met het derde spoorwegpakket (E-dossiers E040148 t/m E040152).
1 maart 2005 Start proef met vijf Europese commissievoorstellen, persbericht verzonden
2 maart 2005 Een attenderingsbrief wordt verzonden naar enkele organisaties met het verzoek input te leveren.
4 maart 2005 Advies omtrent doorverwijzing naar gemengde commissie (GC) gezonden, inclusief eerste oordeel omtrent de Europese voorstellen
E040148 - COM(2004)140
E040149 - COM(2004)142
E040150 - COM(2004)143
E040151 - COM(2004)139
E040152 - COM(2004)144
8 maart 2005 Gemengde commissie beslist (via schriftelijke procedure) over de doorverwijzing. De betrokken vakcommissies, i.c. Verkeer en Waterstaat van de Eerste en de Tweede Kamer ontvangen de vijf commissievoorstellen met het (technisch) advies van de Gemengde Commissie en de leidraad voor de beoordeling van de voorstellen.
De procedures en inhoudelijke voorbereiding inzake de beoordeling van de Europese commissievoorstellen door de vakcommissies zijn terug te vinden in de afzonderlijke E-dossiers onder de kopjes "behandeling in Eerste Kamer" en "behandeling in Tweede Kamer".
22 maart 2005 Inbrengvergadering van de commissie Verkeer en Waterstaat van de Eerste Kamer
25 maart 2005 Advies van de commissie Verkeer en Waterstaat van de Eerste Kamer wordt gezonden aan de Gemengde Commissie
31 maart 2005 Inbrengvergadering van de commissie Verkeer en Waterstaat van de Tweede Kamer en toezending van het advies van de inbrengvergadering van de commissie Verkeer en Waterstaat van de Tweede Kamer aan de Gemengde Commissie
5 april 2005 Gemengde commissie bespreekt de adviezen zoals uitgebracht door de vaste kamercommissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste en Tweede Kamer op basis van beslispunten. Convocaat, conceptbesluitenlijst, bijlage bij agendapunt 4.
11 april 2005 deadline.
Voorgeschiedenis
In de eindfase van de Europese Conventie hebben de commissie Europese Zaken van de Tweede Kamer en de commissies Europese Samenwerkingsorganisaties en Buitenlandse Zaken en de bijzondere commissie voor de JBZ-Raad van de Eerste Kamer op 10 juni 2003 gezamenlijk een gelijktijdig openbaar mondeling overleg gevoerd met de minister-president, de minister van Buitenlandse Zaken en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken. Tijdens dit overleg is door het lid Van Dijk c.s. van de Tweede Kamer een motie (28473,13) ingediend en is door het lid Van de Beeten c.s. van de Eerste Kamer een gelijkluidende motie (28473, 158g) aangekondigd (ingediend in de plenaire vergadering van de Eerste Kamer op 17 juni 2003), waarin de voorzitters van beide Kamers worden opgeroepen een gezamenlijke commissie in het leven te roepen. In de moties is overwogen dat de voorstellen gedaan in de Europese Conventie m.b.t. de subsidiariteitstoets en de rol van nationale parlementen in de EU een grondige aanpassing vergen van de werkwijze van beide Kamers der Staten-Generaal, mogelijk gepaard gaande met herziening van de Grondwet. Er zou een gezamenlijke commissie in het leven geroepen moeten worden teneinde voorstellen te doen over de noodzakelijke en gewenste aanpassingen van de werkwijze van de Staten-Generaal.
Op 18 november 2003 is de gemengde commissie geïnstalleerd. Na de installatie is een persbericht uitgebracht.
Op 9 december 2003 is de commissie in een eerste vergadering bijeengekomen.
GC1 - agendapunten en GC7 bevat de besluitenlijst
GC2 rev1 - naamgeving en mandaat
GC4 rev1 - werkwijze commissie
De besluitenlijst van de vergadering van 20 januari 2004 is weergegeven in document GC11. Een vragenlijst is geclusterd rond een vijftal invalshoeken en zal tijdens de volgende vergaderingen per cluster besproken worden GC13.
De vergadering van 3 februari 2004 is komen te vervallen.
De besluitenlijst van de vergadering van 17 februari 2004 is weergegeven in document GC16.
De besluitenlijst van de vergadering van 9 maart 2004 is weergegeven in document GC19.
De besluitenlijst van de vergadering van 23 maart 2004 is weergegeven in document GC29.
Op 26 maart 2004 heeft de gemengde commissie in een besloten bijeenkomst gesproken met prof. Van Schendelen over zijn advies "Naar Binnenhofse beïnvloeding van EU-besluitvorming" GC24. Vervolgens heeft de commissie gesproken met prof. Geelhoed over diens (nog) niet openbare advies (advies wordt opgenomen bij eindrapport van de gemengde commissie).
Op 29 maart 2004 heeft de gemengde commissie in een besloten bijeenkomst gesproken met prof. C. Kortmann over diens (nog) niet openbare advies (advies wordt opgenomen bij eindrapport van de gemengde commissie).
De besluitenlijst van de vergadering van 6 april 2004 is weergegeven in document GC32.
De besluitenlijst van de vergadering van 20 april 2004 is weergegeven in document GC38.
Op 11 mei 2004 was er een ingelaste vergadering. De besluitenlijst van deze vergadering vindt u in document GC 51
De commissie heeft tevens op 11 mei 2004 een bijeenkomst georganiseerd om van gedachten te wisselen met wetenschappers en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties over de subsidiariteitstoets en het betrekken van input van externen bij de parlementaire behandeling.
Op 18 mei 2004 heeft de gemengde commissie vergaderd. De besluitenlijst van deze vergadering vindt u in document GC 55
Op 8 juni 2004 heeft de gemengde commissie vergaderd. Er zijn tijdens deze vergadering geen besluiten genomen.
Op 28 juni 2004 heeft een extra lange vergadering plaatsgevonden, waarmee de reguliere bijeenkomst van 29 juni 2004 is komen te vervallen, om het concept-advies van de commissie te bespreken. Besloten werd de discussie over een tweetal onderwerpen op 31 augustus 2004 voort te zetten.
Op 28 september 2004 heeft een voorlopig laatste commissievergadering plaatsgevonden waarin een concepttekst werd besproken. De geplaatste opmerkingen zijn verwerkt in een concept advies d.d. 8 oktober 2004 en via een schriftelijke ronde zal het definitieve eindadvies worden vastgesteld. De voorzitter is voornemens het advies aan de voorzitters van Eerste en Tweede Kamer aan te bieden op 12 oktober 2004.
Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit
T.a.v. de griffers mw. K. van Dooren/dhr. F. Mittendorff
p/a Eerste Kamer
Postbus 20017
2500 EA Den Haag
E-MAIL: Kim.vandooren@eerstekamer.nl / F.Mittendorff@tk.parlement.nl
Relevante publicaties:
CIG 87/04 addendum 1, protocol 1 en 2 (engelstalig)
CONV850/03 einddocument Europese Conventie
CONV353/02 eindrapport werkgroep IV rol nationale parlementen
CONV286/02 conclusies werkgroep I "subsidiariteit"
kamerstuk 28632, 1: rapport "Op tijd is te laat" - Van Baalen
ECPRD-rapport "European Affairs Committees: The Influence of National Parliaments on European Policies"
"De Nederlandse Grondwet en de Europese Unie", Dr. L.F.M. Besselink, prof.mr. H.R.M.B. Kummeling, prof.mr. R. de Lange, mr. P. Mendelts, m.m.v. prof.mr. S. Prechal, European Law Publishing, Groningen 2002
Essaybundel "Europese grondwet, De doorwerking van de ontwerp-Europese Grondwet op beleidsterreinen van BZK", februari 2004 uitgebracht door het ministerie van BZK, met bijdragen van prof.dr. Bart Hessel, Dr. B.J.S. Hoetjes, S. Princen en D. Curtin, Taco Brandsen/Kim Putters, Mr.dr. H.G. Hoogers en mr.dr.F. de Vries, prof.dr. Wim Voermans, T.C. Spapens en dr. A.J.J. Meershoek)
Er zijn (nog) geen documenten aanwezig.