E080160
Laatste revisie: 11-02-2009

E080160 - Voorstel voor een verordening tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen plus een mededeling over dit voorstel



De mededeling van de Commissie bevat achtergrondinformatie over de uitgangspunten van het controle regime en de effectiviteit daarvan tot op heden. De mededeling van de Commissie beschrijft vervolgens de nieuwe aanpak, die is neergelegd in het voorstel voor een nieuwe verordening.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: gepubliceerd in Europees publicatieblad.

Europees

Verordening (EG) nr. 1224/2009PDF-document werd ondertekend door de Raad en het Europees Parlement op 20 november 2009 en gepubliceerd in Pb EU L343 van 22 december 2009.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2008)721PDF-document, d.d. 14 november 2008

rechtsgrondslag

Artikel 37 van het EG-Verdrag.

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Behandeling Eerste Kamer

De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties heeft op 27 januari 2009 besloten dat zij onderhavig voorstel onder de aandacht wil brengen van de commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).

De commissie LNV heeft dit voorstel op 10 februari 2009 voor kennisgeving aangenomen.


Standpunt Nederlandse regering

Het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) is een exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing. De proportionaliteit is deels positief, deels negatief.

Het voorstel bevat vergaande maatregelen, die in algemene zin worden gerechtvaardigd door het belang van een effectieve en eenduidige controle op de naleving van de regels van het GVB. Daarom is het oordeel over de proportionaliteit deels positief. Die effectiviteit van de maatregelen is echter nog niet in alle gevallen evident, zoals bij de verplichting voor vissers om teruggooi te registreren. Daarnaast moet het toezicht op en de sanctionering van de Lidstaten door de Commissie evenredig zijn en met voldoende waarborgen zijn omkleed, met name voor wat betreft de bevoegdheden van communautaire inspecteurs bij autonome verificaties en inspecties. Die krijgen in het voorstel dezelfde bevoegdheden als nationale inspecteurs. Er zal meer duidelijkheid moeten komen over de meerwaarde van deze maatregel en het op de communautaire inspecteurs toepasselijke recht. Het voorschrijven van de minimumhoogte van boetes beperkt bovendien de vrijheid van Lidstaten bij de keuze voor het type en de hoogte van sancties. Het voorstel schrijft ook dwingend voorlopige maatregelen voor ten aanzien van vissers die van overtredingen worden verdacht of op heterdaad worden betrapt. Ook daar moet voldoende vrijheid voor lidstaten blijven bestaan. Het proportionaliteitsoordeel is om deze redenen ook deels negatief.

Nederland is in het BNC-fiche positief over de geïntegreerde aanpak in het voorstel en verwelkomt een meer eenduidige invulling van controle en inspectie van de regels van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Voor de effectiviteit van het controlesysteem is het voor de marktdeelnemers en de autoriteiten in de verschillende Lidstaten van belang dat er een gelijk speelveld in de controle is. Nederland zal de afzonderlijke maatregelen in het voorstel steeds beoordelen op effectiviteit en evenredigheid. De bevoegdheden van de Commissie, met name waar het autonome inspecties en verificaties betreft, moeten evenredig zijn en met voldoende waarborgen zijn omkleed. Bovendien wil Nederland dat voldoende vrijheid van Lidstaten blijft bestaan bij de keuze voor het type en de hoogte van sancties. Nederland is van mening dat deze verordening voldoende afgebakend moet zijn ten opzichte van bepaalde strafrechtelijke onderwerpen die tot het toepassingsgebied van de derde pijler van de EU behoren.

  • bnc-fiche Ministerie van Buitenlandse Zaken - 22.112, 762
    22 december 2008

Samenvatting voorstel Europese Commissie

De mededeling van de Commissie, COM(2008) 718, bevat achtergrondinformatie over de uitgangspunten van het controle regime en de effectiviteit daarvan tot op heden. Het controlesysteem, neergelegd in verordening (EG) nr. 2847/93, dat in 2002 naar aanleiding van de hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) is gewijzigd, vertoont volgens de Commissie dermate ernstige lacunes dat de doeltreffendheid ervan serieus kan worden betwijfeld. Zowel de Commissie als de Europese Rekenkamer noemt het huidige systeem inefficiënt, duur, ingewikkeld en niet in staat om de gewenste resultaten te boeken. Dit heeft negatieve gevolgen voor de effectiviteit van andere onderdelen van het GVB en het imago van het GVB als geheel. Tegen deze achtergrond stelt de Commissie voor om in het kader van een diepgaande hervorming de tekortkomingen van het controlesysteem van het GVB weg te nemen en de aanpak van het systeem te moderniseren. De mededeling van de Commissie beschrijft vervolgens de nieuwe aanpak, die is neergelegd in het voorstel voor een nieuwe verordening.

De Commissie heeft met het voorstel COM(2008) 721 de volgende doelstellingen, met daaraan gekoppelde maatregelen:

1. Een nieuwe benadering van controle

  • Voorschriften over de toegang tot de wateren en bestanden (vergunningen, waarnemers, uitbreiding satellietvolgverplichting met vaartuigen > 10meter);
  • Voorschriften over het uitoefenen van visserijactiviteiten (logboekplicht, regels bij aanlandingen, overladingen, data-uitwisseling, motorvermogen, technische maatregelen, teruggooiregistratie, gesloten gebieden en recreatieve visserij);
  • Voorschriften over het op de markt brengen van vis (informatieverstrekking aan de consument, traceerbaarheid, regels op afslagen, publieke registratieverplichting, transportregels, producentenorganisaties, interventies en prijzen);
  • De introductie van kwantitatieve ijkpunten voor controles.

2. Een nalevingscultuur door de gehele keten

  • Vereenvoudiging en stroomlijning van de regelgeving;
  • Harmonisatie van bestuurlijke boetes, waarbij de minimumboetes worden voorgeschreven en maximumboetes die boven een bepaald bedrag moeten liggen;
  • Een strafpuntensysteem bij overtredingen, met schorsing of intrekking van de visvergunning tot gevolg;
  • Harmonisatie van handhavingsmaatregelen, zoals het opbrengen van in overtreding zijnde vissersvaartuigen.

3. Een effectieve toepassing van de regels van het GVB

  • Versterken van het toezicht van de Commissie op de lidstaten (uitbreiding van de bevoegdheden van communautaire inspecteurs, follow-up van overtredingen, toegang tot informatiesystemen van de lidstaten);
  • Sancties voor lidstaten die niet voldoen aan communautaire verplichtingen (quota reducties, reductie EVF subsidies, noodmaatregelen door Commissie);
  • Uitbreiding van de taken en bevoegdheden van het Communautaire Bureau voor visserijcontrole.

De Commissie heeft de volgende opties onderzocht:

Optie 1: geen beleidswijziging. Het huidige beleid wordt voortgezet en het accent wordt gelegd op de toepassing en de handhaving van het bestaande kader, met daarbij suboptie 1 (geen beleidswijziging, voortzetting van de huidige situatie) en suboptie 2 (uitvoering en handhaving van het bestaande kader via uitvoeringsverordeningen.)

Optie 2: herschikking van de controleregeling, gecombineerd met een gedragscode. Over het algemeen zou deze aanpak de inhoud van de huidige bepalingen niet wijzigen, geen nieuwe rechtsinstrumenten toevoegen en te veel steunen op de vrijwillige toepassing door de lidstaten.

Optie 3: een regelgevingsinstrument in de vorm van een nieuwe bindende verordening. Bij deze aanpak worden binnen de EU gelijke voorwaarden gecreëerd. Dit garandeert dat de GVB-regels in de hele EU eenvormig worden toegepast en dat alle vissers op niet-discriminerende wijze worden behandeld. Als de inspecteurs van de Commissie meer bevoegdheden krijgen, zal het voor de lidstaten moeilijker worden om de tekortkomingen bij de toepassing van de GVB-regels te verbergen.

Optie 4: centralisatie van het controlebeleid van het GVB op EU-niveau, met meer bevoegdheden voor de Commissie en het Communautair Bureau voor visserijcontrole Bij deze optie bundelen de Commissie en het Communautair Bureau voor visserijcontrole de inspectiemiddelen van de lidstaten en stellen zij algemeen aanvaarde normen op, met de bedoeling op lange termijn een soort Europees kustbewakingssysteem op te zetten. Deze optie moest evenwel al in een vroeg stadium worden afgewezen aangezien de nieuwe taakverdeling tussen de Commissie en de Lidstaten verder zou gaan dan wat op grond van het Verdrag mogelijk is.

De Commissie kiest met dit voorstel voor optie 3. Nederland is het met deze keuze eens.

De Impact-assessment board is positief over de impact assessment. De impact assessment had naar haar mening wel meer in kunnen gaan op mogelijkheden om administratieve lasten te verminderen en de omvang daarvan. Ook de gevolgen voor de EU-begroting hadden uitgebreider onderzocht moeten worden. Het rapport was er duidelijker op geworden als de taken van het Europees Controle Agentschap en de Lidstaten nader besproken zouden zijn.

  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2008)718
    14 november 2008
  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2008)721
    14 november 2008
  • [en]PDF-document werkdocument Europese Commissie - SEC(2008)2760
    14 november 2008
  • PDF-document werkdocument Europese Commissie - SEC(2008)2761
    14 november 2008

Behandeling Raad

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Plenaire behandeling in het Europees Parlement vond plaats op 22 april 2009.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen